Laatste nieuws
R. Crommentuyn
6 minuten leestijd
chirurgie

Banengroei zet door

1 reactie

Lobby om opleidingsplaatsen alweer begonnen

De groei van het aantal artsenvacatures gaat gestaag door. Sommige specialismen voorzien structurele tekorten en pleiten voor extra opleidingsplaatsen.

De economische crisis heeft definitief geen vat op de arbeidsmarkt voor artsen. Na een dip in het aantal artsenbanen in het eerste kwartaal van dit jaar is de vraag naar artsen flink aangetrokken. In januari, februari en maart waren er in totaal 1080 vacatures. Een laagterecord.

Het vorige kwartaal kende met 1307 vacatures al een flinke opleving. En uit de arbeidsmarktmonitor van het derde kwartaal van 2009 blijkt dat deze opleving doorzet. In juli, augustus en september waren er 721 banen voor basisartsen en 636 vacatures voor artsen met een vervolgopleiding (zie tabel Banenmarkt). In totaal dus 1357 banen.

Grard Nieuwenhuijzen, chirurg-opleider in het Eindhovense Catharina-ziekenhuis en secretaris van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde, ziet ook de vraag naar algemeen chirurgen toenemen. ‘Binnen een jaar zijn we als chirurgen van de onderkant naar de bovenste regionen van de banenthermometer gestegen. Ook onze eigen jaarlijkse enquête onder pas afgestudeerde chirurgen geeft aan dat de behoefte sterk toeneemt.’

Uit de enquête blijkt bovendien dat er steeds vaker wordt gezocht naar chirurgen voor de tijdelijke functie van chef de clinique. Nieuwenhuijzen: ‘Mogelijk dat daarbij de inkomensonzekerheden van de laatste jaren een rol spelen.’ Door de tijdelijke basis van hun contract kunnen chefs de clinique bij economische tegenwind relatief snel weer van de loonlijst verdwijnen. Een maatschapverband kent deze flexibiliteit niet en kan niet zomaar worden beëindigd.

Volgens Nieuwenhuijzen is de groeiende vraag naar algemeen chirurgen zo groot dat er zich op middellange termijn problemen kunnen voordoen. ‘Op dit moment is de situatie nog niet nijpend, maar binnen enkele jaren voorzien wij dezelfde problemen die nu de maag-, darm-, leverartsen en de plastisch chirurgen ervaren.’

Advies verzilverd
Net als mdl-artsen, kinderartsen en plastisch chirurgen vroegen de heelkundigen eerder dit jaar bij het Capaciteitsorgaan om een hogere instroom in de opleiding. De mdl-artsen en de plastisch chirurgen wisten hun zaak goed te beargumenteren en kregen een aangepast advies. Alleen de mdl-artsen wisten het nieuwe advies bij het ministerie van Volksgezondheid te verzilveren met drie extra opleidingsplaatsen. De andere drie disciplines visten tot nog toe achter het net.

Nieuwenhuijzen: ‘Het Capaciteitsorgaan heeft zojuist alle wetenschappelijke verenigingen gevraagd om met een gedegen onderbouwing de opleidingsbehoefte voor de komende jaren uit te spreken. De urgentie is bij ons misschien op dit moment minder groot dan bij de plastisch chirurgen; toch hoop ik dat wij het Capaciteitsorgaan ervan kunnen overtuigen dat er in de nabije toekomst een tekort aan algemeen chirurgen dreigt.’

Dat er volgens de plastisch chirurgen sprake is van urgentie bleek vorige week. Volgens de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (NVPC) zou het tekort aan plastisch chirurgen zo hoog oplopen dat er inmiddels wachttijden van meer dan een jaar zijn voor hersteloperaties na een borstverwijdering. De noodkreet van de beroepsgroep bereikte zelfs de Tweede Kamer.

‘We zijn eigenlijk al een hele tijd bezig om de instroom voor ons vak op te hogen’, zegt NVPC-voorzitter Irene Mathijssen. Eerder dit jaar wisten wij het Capaciteitsorgaan van ons gelijk te overtuigen. Het advies voor de jaarlijkse instroom voor plastisch chirurgen ging omhoog van zeven naar negen. Tot verrassing van iedereen, inclusief het Capaciteitsorgaan, heeft het ministerie van Volksgezondheid het advies voor de plastisch chirurgen niet opgevolgd.’

Gemeenschapsgeld
Volgens Mathijssen speelt het imago van het vakgebied de plastisch chirurgen parten. ‘Men denkt dat wij de hele tijd bezig zijn met esthetische chirurgie, maar dat is helemaal niet waar. Dat beslaat slechts 14 procent van onze tijd. En los daarvan is esthetische chirurgie een wezenlijk onderdeel van ons vak. Door een gebrek aan regelgeving is er veel ellende van privéklinieken. Die ellende mogen wij dan weer oplossen.’

En het is ook helemaal niet gek dat er met gemeenschapsgeld specialisten worden opgeleid die vervolgens niet-verzekerde zorg gaan verlenen, vindt Mathijssen. De grens tussen noodzakelijke zorg en pure cosmetica is immers vaag. ‘Hans Hoogervorst (minister van VWS van 2003 tot 2007, RC) gooide de buikwandcorrectie uit het pakket. Steeds meer mensen krijgen een maagband waarna de overtollige huid rond hun middel wappert. Maar om daar wat aan te doen, moeten die mensen naar een privékliniek. Bovendien werken in dergelijke klinieken ook dermatologen, orthopeden en andere specialisten. Van hen vragen we ons ook niet af of we ze allemaal met belastinggeld moeten opleiden.’

Mathijssen mikt op een verhoging van de jaarlijkse instroom naar twintig aios voor de plastische chirurgie. Ook haar vereniging zal dat getal moeten onderbouwen bij het Capaciteitsorgaan. Of het ook gaat lukken, is nog de vraag. Het Capaciteitsorgaan hanteert een complex rekenmodel om de gewenste instroom vast te stellen. Daarin worden bijvoorbeeld demografische en epidemiologische ontwikkelingen gekwantificeerd.

Ook kijkt het Capaciteitsorgaan of er sprake is van taakherschikking en wat de man-vrouwverhouding is in een specialisme. Om de bestaande behoefte te peilen, wordt verder onder meer gekeken naar de gepubliceerde vacatures en wachtlijsten in de ziekenhuizen. ‘Maar alleen naar de vacatures in ziekenhuizen’, zegt Joris Meegdes van het Capaciteitsorgaan. ‘De banen in privéklinieken en andere instellingen voor onverzekerde zorg laten wij buiten beschouwing.’ Het Capaciteitsorgaan is hoe dan ook altijd bereid om serieus te luisteren naar de argumenten van de wetenschappelijke verenigingen, zegt Meegdes. ‘Wij zijn er niet op uit om dwars te liggen.’

Goede hoop
‘Dat is ook mijn ervaring als voorzitter van de capaciteitscommissie van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK), zegt Hein Brackel, kinderarts in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven. ‘Wij zijn in gesprek met het Capaciteitsorgaan over de opleidingsbehoefte. Onze jaarlijkse instroom is in 2005 abrupt verlaagd tot 39. In de periode tot 2002 mochten gemiddeld zo’n 50 à 55 artsen per jaar aan de opleiding beginnen. De NVK is ervan overtuigd dat voor een stabiele arbeidsmarkt ook nu een instroom van deze omvang noodzakelijk is.’

Volgens Brackel komt de voorspelling van een overschot aan kinderartsen in 2010 niet uit. ‘Meerdere vacatures worden momenteel niet vervuld en het effect van het toenemende aantal vrouwen in ons vak wordt steeds duidelijker.’ Ook door inhoudelijke ontwikkelingen neemt het werk toe, zegt Brackel. ‘We weten dat taakherschikking in de kindergeneeskunde vrijwel geen rol speelt. Daarnaast is er meer chronische zorg nodig voor kinderen die ernstige ziektes langer en beter overleven, neemt de zorg voor allochtone kinderen toe en groeit de extramurale vraag naar kindergeneeskundige expertise.’

Het Capaciteitsorgaan stond dit voorjaar niet onwelwillend tegenover uitbreiding van de instroom, maar vond het verzoek getalsmatig onvoldoende onderbouwd. ‘Het Capaciteitsorgaan vraagt om kwantitatieve gegevens voor hun rekenmodel’, zegt Brackel. ‘De NVK vergaart daarom via een ledenenquête informatie over de formatie aan kinderartsen en het aantal vacatures.’ Aan het eind van deze maand moeten de enquêtegegevens compleet zijn. ‘Ruim op tijd voor de geplande consultatieronde met het Capaciteitsorgaan voor het Capaciteitsplan 2010.’

Medisch Contact maakte zelf alvast een overzicht van het aantal vacatures voor specialisten uit de disciplines die bij het Capaciteitsorgaan aan de bel trokken (zie tabel 2). In de Arbeidsmarktmonitor ligt de mediaan rond de 1,5 vacature per 100 geregistreerde artsen. Uit het overzicht blijkt dat mdl-artsen en plastisch chirurgen daar sinds januari 2008 structureel boven zitten. De heelkundigen en de kinderartsen cirkelen rond de 1,5 vacature per 100 artsen. In die vakken is de vraag niet extreem hoog of laag. 

Brackel zet vraagtekens bij de uitkomst: ‘De arbeidsmarkt van kinderartsen verschilt fors van andere disciplines. Bijna de helft werkt in academische ziekenhuizen. Die kennen een intern banencircuit. Vacatures worden vaak direct door eigen aios vervuld of artsen uit andere ziekenhuizen worden informeel gevraagd. Ik ben er zeker van dat onze enquête een groter aantal vacatures voor kinderartsen zal laten zien.’

Robert Crommentuyn

Samenvatting
- De arbeidsmarktmonitor telt 1357 vacatures in het derde kwartaal van 2009. De banengroei zet door.
- Sommige specialismen vrezen artsentekorten en willen een hogere instroom in de opleiding.
- Zij moeten daarvoor cijfermatig onderbouwde gegevens aanleveren bij het Capaciteitsorgaan.
- Mdl-artsen en plastisch chirurgen hebben de beste papieren voor extra opleidingsplaatsen.

 

<strong>PDF van dit artikel</strong> Recente artikelen over de arbeidmarkt voor artsen

Dossier Arbeidsmarkmonitor

chirurgie arbeidsmarktmonitor arbeidsmarkt artsentekort
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • W.J. den Ouden

    , SPIJKENISSE

    Ik kan de reactie van collega Brackel volledig onderschrijven. In de kleinere ziekenhuizen blijkt het invullen van een vacature al weer geruime tijd erg moeilijk. Jarenlang was er een dramatisch tekort, dat werd uiteindelijk deels opgevuld met colleg...a's uit het buitenland. Nu zijn die merendeels weer vertrokken en blijkt dat een vacature weer zeer lang blijft openstaan. Het is op zijn zachtst gezegd niet optimaal als wij in het rijke westen moeten gaan werven in bijv. Zuid Afrika, om kinderartsen aan te trekken omdat we hier niet wensen te investeren in de opleiding.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.