Laatste nieuws
2 minuten leestijd

''Artsen te terughoudend behandeling vroeggeboorten''

Plaats een reactie

Nederlandse neonatologen zijn terughoudender met het behandelen van kinderen die voor 26 weken zwangerschap zijn geboren dan hun collega’s in andere landen. Soms vertrekken ouders met vroeggeborenen naar het buitenland omdat ze in Nederland geen behandeling kunnen krijgen. Het Nederlandse beleid moet daarom tegen het licht worden gehouden.

Dit stelt Professor L. Kollée in zijn oratie bij het aanvaarden van zijn hoogleraarschap kindergeneeskunde aan het Universitair Medisch Centrum St. Radboud afgelopen vrijdag. ‘De behandeling van extreem vroeg geboren kinderen, voor 26 weken zwangerschap, staat internationaal ter discussie’. De Nederlandse ondergrens voor behandeling van een extreem vroeg geboren kind ligt volgens de hoogleraar laag. ‘Men is bij geboorten onder 26 weken zwangerschap zeer selectief met actieve behandeling.’ De Wereldgezondheidsorganisatie  hanteert een zwangerschap van 22 weken als ondergrens voor mogelijke behandeling van het kind. In de meeste landen behandelen neonatologen levend geboren kinderen vanaf 23 of 24 weken.

Over de Nederlandse situatie zegt Kollée: ‘In Nederland bevatten de richtlijnen voor verwijzing door gynaecologen naar perinatologische centra de aanbeveling om bij dreigende vroeggeboorte vanaf 24 weken de moeder naar een centrum te verwijzen voor een afgewogen oordeelsvorming. Er bestaan geen formele landelijke richtlijnen voor de behandeling van extreem vroeg geboren kinderen, maar de Nederlandse neonatologen zijn zeer terughoudend om onder 26 weken een behandeling te beginnen. Dit heeft ertoe geleid dat gynaecologen de verwijzingsrichtlijn in de praktijk niet altijd volgen en een 24 of 25 weken zwangere met dreigende vroeggeboorte niet verwijzen omdat de betreffende NICU niet tot behandeling zal overgaan.’ Volgens Kollée komt het voor dat Nederlandse vrouwen naar het buitenland vertrekken omdat zij daar wel een behandeling kunnen krijgen.

De hoogleraar onderschrijft dat het moeilijk is om de vooruitzichten voor extreem vroeg geboren kinderen goed te voorspellen. Uit internationaal onderzoek blijkt dat veel extreem vroeg geboren baby’s alsnog overlijden. Een aanzienlijk deel van hen houdt een ernstige handicap. Maar naarmate de zwangerschap vordert, stijgen de kansen. ‘Een dag meer of minder kan een groot verschil maken’, volgens Kollée. Hij vindt dan ook dat het behandelingbeleid zorgvuldig moet worden bepaald, door de gynaecoloog en de neonatoloog samen.

Ook vindt Kollée dat een actief verwijsbeleid nodig is en dat de centra ook bereid moeten zijn bij dreigende vroeggeboorte rond 25 weken een verwijzing te accepteren. Dit om te voorkomen dat ouders naar het buitenland vertrekken. ‘Dat mag naar mijn mening niet gebeuren’, zegt de hoogleraar. Hij vindt verder dat langdurig voortgezet follow-up onderzoek van de overlevende kinderen noodzakelijk is. ‘De neonatologen die deze kinderen behandelen, moeten daaraan zelf deelnemen.’

zwangerschap
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.