Laatste nieuws
Marieke van Twillert
Marieke van Twillert
7 minuten leestijd
enquête

Arts vindt vak zwaar maar haalbaar

TNO-onderzoek naar arbeidsbelasting van artsen

3 reacties

TNO en CBS onderzochten de arbeidsomstandigheden van artsen en vergeleken die met die van alle werknemers. Artsen hebben een zware klus te klaren, ze worden soms gepest en geïntimideerd, maar zijn niet ontevreden over de omstandigheden waaronder ze werken.

Artsen hebben ruim 2,5 keer vaker te maken met intimidatie door patiënten of andere externe ‘klanten’ dan de gemiddelde Nederlandse werknemer. Ook ondervinden ze meer dan gemiddeld ongewenste seksuele aandacht en lichamelijk geweld. Dat blijkt uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), die jaarlijks wordt uitgevoerd door TNO en CBS onder bijna 46.000 werknemers. Op verzoek van Medisch Contact heeft TNO speciaal de artsen onder geënquêteerden er uitgelicht.

Of het nu om het klaslokaal gaat, de spreekkamer of de ziekenhuiszaal – de etterbak is overal. En als het gaat om onderling pesten en intimideren, verschillen artsen nauwelijks van de rest van de Nederlanders. Eén op de acht (12,5%) artsen geeft aan soms geïntimideerd te worden door leidinggevenden of collega’s – ietsje meer dan de rest van de Nederlandse werknemers. Dat is misschien teleurstellend voor wie dacht dat juist artsen zich beschaafder zouden gedragen op de werkvloer. Of het is juist geruststellend: artsen zijn ook maar mensen met kennelijk onbeheersbare driften. Iets vergelijkbaars geldt voor pesten: 6,5 procent van de ondervraagden zegt dat ze soms (‘enkele keren tot dagelijks’) gepest worden door collega’s. Daarmee gedragen artsen zich maar iets beter dan de andere Nederlandse werknemers, die een pest-gemiddelde hebben van 8 procent.

De volle laag

TNO-onderzoeker Wendela Hooftman, projectleider van de NEA, noemt het in ieder geval niet zo verrassend dat artsen weinig afwijken. Wél opzienbarend vindt zij het hoge aantal incidenten dat artsen rapporteren. Of het nu gaat om pesten, intimideren, ongewenste seksuele aandacht; dokters krijgen de volle laag. Meer dan de helft van alle artsen zegt dat ze te maken heeft gehad met ‘extern ongewenst gedrag’, zoals dat wordt genoemd in de NEA. De TNO-onderzoeker noemt dat grote aantal schokkend. ‘Bijna de helft van de artsen (45,6%) heeft enkele keren tot dagelijks te maken met intimidatie door mensen “van buiten”. Dat is een ontzettend hoog percentage in vergelijking met de gemiddelde Nederlandse werknemer. Ook is het hoger dan in vergelijkbare sectoren zoals de zorg in het algemeen en het onderwijs. In de hele zorgsector zegt 23 procent last te hebben van intimidatie, in het onderwijs 20 procent. De artsen steken er echt bovenuit.’

Binnen de artsenpopulatie hebben vrouwen niet méér te maken met intimidatie dan mannen, zegt Hooftman. Dat noemt ze opvallend omdat het over het algemeen wel het geval is. Ze voegt eraan toe dat de geënquêteerden zelf hebben geïnterpreteerd wat ze beschouwen als intimidatie. ‘De vraag was: bent u geïntimideerd? We weten niet wat mensen daar precies onder verstaan.’ Dat kan om een concrete bedreiging gaan, maar ook om een patiënt of diens familie die ‘iets te veel opkomt voor de belangen van die patiënt’, geeft ze als voorbeeld.

De beperkte autonomie is een risico bij het beroep van arts

Artsen krijgen ook drie keer meer te maken met ongewenste seksuele aandacht van patiënten. Bij mannelijke artsen is dat percentage al iets hoger (7,5) dan het Nederlandse gemiddelde (5,2). Voor vrouwelijke artsen geldt dat, minder verrassend, in nog hogere mate. Ruim één op de vijf vrouwelijke artsen zegt – soms of geregeld – last te hebben van ongewenste seksuele aandacht van patiënten. In sommige gevallen (4,5%) bezondigen leidinggevenden of collega’s van deze vrouwelijke artsen zich hier ook aan. Mannelijke artsen hebben daar geen last van.

Al te assertief

Hoewel intimidatie en pesten door artsen wordt erkend en gezien, lijken ze daar voor het overgrote deel geen hinder van te hebben. ‘Ze zijn niet ontevreden met hun werk’, constateert Hooftman op basis van de cijfers. ‘Mogelijk is hun houding ten aanzien van deze externe aandacht iets als: “Ja, ik constateer dat het gebeurt, maar ik kan het gedrag van mijn patiënt ook begrijpen”. Misschien voelen ze zich niet echt bedreigd, al kunnen we dat op grond van deze cijfers alleen niet zeker weten.’ Voor de meeste artsen is al te assertief gedrag van patiënten geen risicofactor op grond waarvan ze burn-outklachten kunnen krijgen.

Burn-out, het woord is gevallen. Artsen mogen kennelijk minder gevoelig zijn voor intimidatie, dat wil uiteraard niet zeggen dat ze geen burn-out kunnen oplopen. Het gevaar schuilt in deze beroepsgroep in de balans tussen ‘taak-eisen’ en ‘autonomie’. Wat wordt daarmee bedoeld? Hooftman: ‘Hoogopgeleide mensen hebben vaak te maken met hoge taakeisen, maar ze hebben vaak ook veel autonomie om die taakeisen naar eigen goeddunken in te vullen. Ze kunnen zelf bepalen wanneer ze iets doen, hoe ze dat werk uitvoeren, met wie. Hierdoor hebben zij minder last van de hoge taakeisen en dus minder kans op uitval.’

Er is iets raars aan de hand met de arbeidsbelasting van artsen; zij hebben inderdaad te maken met hoge taakeisen, veel hoger dan gemiddeld. Maar artsen scoren tegelijkertijd minder hoog in autonomie dan je zou verwachten, zegt de TNO-onderzoeker. Artsen zijn hoog-opgeleid, maar ze hebben minder zeggenschap over hoe en wanneer ze hun werk kunnen uitvoeren dan andere hoogopgeleide werknemers. Ze kunnen maar weinig taken op een zelfgekozen tijdstip afmaken – of het zou het dicteren van brieven moeten zijn. Ze zijn gebonden aan diensten, en de diensten van hun collega’s. En omdat artsen daarnaast in toenemende mate aan protocollen gebonden zijn, is het ‘hoe’ ook beperkt. ‘Dit kenmerk van beperkte autonomie is een risico bij het beroep van arts. Het is funest als je al te veel moet en niks mag. Het is niet gezegd dat alle artsen hieronder lijden, wel is het iets om in de gaten te houden.’

Daar komt bij dat artsen veel overwerken, meer dan gemiddeld. Werkt de gemiddelde Nederlandse werknemer al drie uur per week over, artsen doen daar een schepje bovenop: zes uur per week. Het gaat daarbij vaak om taken die nog afgemaakt moeten worden, zoals administratie. Het zijn met name mannelijke artsen die vaker overwerken, oproepbaar zijn, zondags- of andere onregelmatige diensten draaien. Ruim één op de vijf van de mannelijke artsen zegt dat hij door zijn werk vaak ‘familie- en gezinsactiviteiten’ verwaarloost. Hoe dat komt? Vrouwelijke artsen werken meer parttime dan mannen, constateert Hooftman. ‘Het kan goed zijn dat zij eerder in hun carrière een keuze hebben gemaakt. Zij bevinden zich daardoor nu in een andere positie.’

Reactie LAD: Bewustwording is essentieel

Caroline van den Brekel, directeur van de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD), vindt de uitkomsten niet verrassend en ziet in de cijfers van TNO/NEA een bevestiging van eerder onderzoek naar de arbeidsbelasting van artsen. ‘Artsen hebben te maken met grotere fysieke en vooral ook psychosociale belasting. Dat laatste komt omdat ze een medische eindverantwoordelijkheid hebben. Als het gaat om levensbedreigende situaties, waarbij patiënten én hun familie vaak kritisch zijn, vraagt dat wel wat van je. Het is dan ook een punt van aandacht, en één van de speerpunten van de LAD.’ Op de vraag wat eraan gedaan kan worden, zegt Van den Brekel: ‘Bewustwording van de arbeidsbelasting is het begin. Daarna kun je pas verdergaan en zorgen voor een veilige werkomgeving, waarin aandacht is voor werktijden, rusttijden, de combinatie werk-privé en de omgang met kritische patiënten.’ Ze benadrukt dat de LAD daarover ‘concrete afspraken’ maakt in cao’s, maar ze weet dat de ‘cultuur’ het niet altijd eenvoudig maakt die afspraken goed na te leven. ‘Artsen hebben onderling soms weinig oog voor elkaar en voor de zwaarte van het werk. Daarom is bewustwording essentieel.’ Om dat te bereiken, verzorgt de LAD trainingen – onder meer over time- en stressmanagement. Ook stimuleert de vakbond voor artsen intervisiesessies.

Wat het pesten betreft, zegt Van den Brekel dat uit ander onderzoek al bleek dat onder meer coassistenten daar weleens mee te maken hebben. ‘Probleem is dat het zelden wordt gemeld. Een open cultuur, het gesprek aangaan is ook in dit geval de sleutel tot de oplossing.’ Het gesprek aangaan kan in de setting van intervisie, suggereert ze. Gevraagd naar ‘good practices’ noemt Van den Brekel onder meer het AMC, waar de internisten sinds een paar jaar kleinschalige intervisiegroepen hebben. ‘Dat biedt een veilige omgeving. Aiossen worden gestimuleerd om zaken te delen en er wordt goed in de gaten gehouden hoe ze in hun vel zitten. Het effect is dat er minder uitval is onder aiossen dan voorheen.’

Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden

De Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) wordt jaarlijks uitgevoerd door TNO en CBS. Bijna 46.000 werknemers deden eind 2015 mee aan het onderzoek dat voor de elfde keer is gehouden. TNO en CBS voeren de NEA uit in samenwerking met het ministerie van SZW. De NEA richt zich op ‘kwaliteit van arbeid’ van Nederlandse werknemers. Op verzoek van Medisch Contact heeft TNO alle artsen uit de geënquêteerden geselecteerd. Het betreft een representatieve groep van 317 artsen, met de kanttekening dat het uitsluitend artsen in arbeidsverband zijn. De gemiddelde leeftijd van de ondervraagde artsen is rond de 40 jaar.

Lees ook: Download dit artikel (PDF)

werk patiënten intimidatie enquête burn-out AMC aiossen
  • Marieke van Twillert

    Marieke van Twillert is sinds eind 2015 journalist bij Medisch Contact. Arbeidsmarkt en internationale gezondheidszorg hebben haar speciale aandacht, maar ze volgt ook het levenseindedebat, medische technologie en internationale gezondheid. Marieke is een van de presentatoren van MC de Podcast en schrijft geregeld een bijdrage voor de rubriek Media en Cultuur.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • A.Blok

    radioloog n.p, Arnhem

    Is er ook wel eens onderzoek gedaan naar intimidatie en ongewenst sexueel gedrag door artsen?
    Lijkt me ook wel eens interessant, want ik ken diverse medische specialisten die hun ondergeschikten ,met name de doktersassistenten en verpleegkundigen ver...schrikkelijk behandelen. Daar hoor je nooit iets over.

  • A.Blok

    radioloog n.p, Arnhem

    Is er ook wel eens onderzoek gedaan naar intimidatie en ongewenst sexueel gedrag door artsen?
    Lijkt me ook wel eens interessant, want ik ken diverse medische specialisten die hun ondergeschikten ,met name de doktersassistenten en verpleegkundigen ver...schrikkelijk behandelen. Daar hoor je nooit iets over.

  • Bart Bruijn

    Huisarts, Streefkerk

    Jammer, dat je pas helemaal aan het einde, als je goed oplet, uit het kadertje kunt peuren dat het hier gaat om artsen IN DIENSTVERBAND. Dus lang niet alle artsen.

    Dat moet toch beter kunnen, nietwaar?

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.