Laatste nieuws
Hans Nobel Herman Suichies
8 minuten leestijd
opinie

ANW-zorg niet alleen door praktijkhouders

Alle huisartsgeneeskundige professionals verantwoordelijk voor zorg buiten kantooruren

19 reacties
Beeld: ANP
Beeld: ANP

De verantwoordelijkheid voor de organisatie voor de ANW(avond-nacht-weekend)-diensten rust nu op de schouders van de praktijkhouders. Maar hun aandeel slinkt, terwijl het aantal freelancewaarnemers en hidha’s groeit. Tijd om het over een andere boeg te gooien.

In de huidige opzet van de ANW-spoedzorg zijn de praktijkhoudende huisartsen verantwoordelijk voor de organisatie van dit element van de zorg. Er doen zich echter verschillende problemen voor waardoor een andere opzet nodig is.

VPHuisartsen vindt dat de verantwoordelijkheid voor de ANW-spoedzorg op de schouders van álle werkzame huisartsen – hidha’s, waarnemers en praktijkhouders – hoort te rusten en niet alleen op die van praktijkhouders. De VPH beoogt daar consensus over te bereiken. De huisartsendienstenstructuur (HDS) zou de formele verantwoordelijkheid voor de organisatie van deze ANW-spoedzorg moeten dragen en niet alleen de praktijkhouders.

Het aantal nieuw gevestigde praktijkhouders neemt de laatste jaren relatief af: van een groei van gemiddeld zestig praktijkhouders per jaar in het eerste decennium naar gemiddeld zestien per jaar in het tweede decennium. Van alle werkzame huisartsen was begin deze eeuw nog ruim 84 procent praktijkhouder, in 2015 is dat 68 procent. In 2025 zal bij ongewijzigd beleid en dalende of zelfs negatieve groei, tussen de 50 en 60 procent van de huisartsen nog praktijkhoudend zijn en verantwoordelijk voor de ANW-zorg (zie tabel 1).

Leveringsplicht

Kwaliteit en patiëntveiligheid van de steeds complexere en meer belastende gewone dagelijkse zorg lijden onder de huidige dienstbelasting van de ‘eigen huisarts’. Al in 2012 meldde Movir dat de werkdruk bij huisartsen riskant hoog is.

De motivatie voor de ANW-spoedzorg onder praktijkhouders en andere huisartsen neemt af. Oorzaken zijn de niet-onderhandelbare ‘ANW-contracten’, geringe flexibiliteit en onvoldoende rechten voor praktijkhouders, waarnemers en parttimers aangaande hun inzet voor de ANW-spoedzorg. Bij ziekte, zwangerschap, senioriteit of overbelasting blijft een praktijkhouder z’n leveringsplicht behouden. Waarnemers worden vaak pas onder restricties – opgelegd door het bestuur of de directie van de HDS – toegelaten tot de ANW-spoedzorg. Huisartsen met jonge gezinnen kunnen echter niet altijd garanderen dat ze beschikbaar zijn voor ANW-diensten. Een potentiële praktijkhouder in een normpraktijk (2168 patiënten) heeft in de huidige opzet een verplichte werklast in ANW-dienst van gemiddeld 195 uur per jaar. Dat is vijf extra werkweken per jaar naast de reguliere dagzorg. Voor jonge huisartsen is dit een extra hindernis om zich zelfstandig te vestigen. Anderzijds leidt een grootschalig geleide huisartsenpost met rigide protocollering en risicomijdend triage­beleid tot demotivatie, vervreemding en toenemende afstand tussen huisartsenpost en uitvoerende medische professionals.

Zorgconsumentisme veroorzaakt een toename van verplaatste dagzorg en dus onnodige ondoelmatigheid en onnodig dure ANW-zorg.

Nachtdiensten zijn uiterst impopulair bij (senior)werkers die de volgende ochtend doorgaans niet beschikbaar zijn voor hun patiënten.

Ten slotte vormen ANW-diensten een financiële schadepost van 10-15 miljoen euro per jaar voor praktijkhouders (met een gemaximeerd NZa-uurtarief) als ze waarnemers (zonder gemaximeerd NZa -uurtarief) inschakelen. Bovendien bestaat de kans dat de minister van VWS het honorarium van praktijkhouders bij macrobudgetoverschrijding terugvordert vanwege gestegen zorgvraag en/of kostenstijgingen: de achterafboete voor geleverde prestaties!

De financieringssystematiek van de HDS lijkt een open eind te kennen, wat niet uitnodigt tot doelmatiger werken door de huisartsenpost. Het leidt tot ANW-consulten van 120 euro en visites van 180 euro en hoger.

De afgelopen jaren zijn de kosten van de HDS gestegen, ook als de productie niet overeenkomstig toenam. Twee keer per jaar wordt per HDS het consulttarief herzien; stijgt de productie dan neemt het tarief af. En daalt de productie dan wordt het consulttarief verhoogd.

De kosten van de huisartsenzorg (zonder ANW-diensten) stegen tussen 2006 en 2015 van 1,72 miljard maar 2,06 miljard. Dat is 2,2 procent per jaar. De kosten van de ANW-diensten door de HDS daarentegen stegen van 209 miljoen in 2006 naar 329 miljoen in 2015, ofwel 6,4 procent per jaar. Het jaarlijkse ANW-budget stijgt dus drie keer zo snel als het budget voor de huisartsenzorg.

Geïntegreerde medische zorg

De meeste huisartsen lijken nog steeds bereid om, naast hun inzet voor de reguliere dagzorg, ANW-spoedzorg te verrichten. Hun professionele expertise en doelmatigheid van werken bieden in principe de mogelijkheid ook op termijn een breed netwerk van geïntegreerde acute medische zorg te blijven bieden, samen met tweedelijnsfuncties en instellingen. Van belang is dat de huidige problemen worden opgelost en dat onderhandelbare ANW-contracten uit­­gangs­punt worden voor de inzet in de ANW-spoedzorg van alle actieve huisartsen.

VPHuisartsen voelt zich medeverantwoordelijk voor een ‘collectieve uitvoering’ van die verantwoordelijkheid voor de ANW-spoedzorg. Voor de discussie legt de VPH een aantal mogelijke, oplossingsgerichte maatregelen voor.

Discussiepunten

  • De formele verantwoordelijkheid voor de organisatie van de ANW-spoedzorg en de financiële lasten en risico’s worden aan HDS-zorginstellingen overgedragen.
  • De HDS zorgt voor de benodigde capaciteit aan professionals middels eigen acquisitiebeleid: hidha’s, praktijkhouders, waarnemers, nurse practitioners, verpleegkundig specialisten, physician assistants.
  • Capaciteitsacquisitie vindt plaats afhankelijk van dienstsoort en regio, bij gereguleerde (regionale) maximumuurtarieven. Sommige diensten zullen een lager gereguleerd uurtarief kennen, andere een hoger.
  • Alle werkzame huisartsen voeren collectief de ‘morele plicht voor de huisartsenzorg’ uit en participeren gelijkwaardig in de dienstbelasting van de ANW-spoedzorg. Niet gekoppeld aan de omvang van een specifieke praktijkpopulatie, parttimedagtaak of waarnemersfunctie, maar vanuit de functie van huisarts. Met een gezamenlijke maatschappelijke inzet en verantwoordelijkheid voor verantwoorde ANW-spoedzorg voor alle burgers.
  • De 1,51 miljoen diensturen worden over alle praktiserende huisartsen verdeeld. Ieder van hen zal circa 130 (110) uur per jaar ANW-zorg leveren (zie tabel 2).
  • Nachtdiensten worden zoveel mogelijk door vrijwilligers, al of niet in HDS-dienst, uitgevoerd. De patiëntveiligheid is er – óók overdag – mee gebaat.
  • Bij overname van de nachtdiensten onder beheer van de HDS, gaat de gemiddelde dienstbelasting van 130 naar 110 uur per jaar per huisarts.
  • Er moet een maatschappelijke discussie op gang komen over gewenste maatregelen tegen ongewenst zorgconsumentisme en meer invloed van huisartsen op beleid van HDS (risicomijdende triage, toestroom naar hap, controledruk, werksfeer e.a.).
  • De gescheiden financiering van ANW-spoedzorg en het huisartsenkader voor de reguliere basisdagzorg blijven gehandhaafd.
  • De herregistratie-eis van vijftig diensturen blijft gehandhaafd.

ANW-spoedzorg toen en nu

Van oudsher konden patiënten ‘s avonds of ‘s nachts in geval van nood een beroep doen op hun eigen huisarts of op iemand uit diens kleinschalige waarneemgroep. Tijdens de beroemde Woudschotenconferentie in 1959, waarin huisartsen hun vak opnieuw afpaalden, stelde de beroepsgroep als norm dat huisartsenzorg 24 uur per dag beschikbaar zou zijn. In 2004 nam de LHV de 24-uursbeschik­baarheid ook weer als uitgangspunt voor de huisartsenzorg. De verant­woordelijkheid hiervoor kwam bij de praktijkhouders te liggen. Vijftien jaar geleden zetten praktijkhouders de eerste grootschalige door henzelf bemande en gefinancierde waarneemposten op, aanvankelijk alleen voor ‘eigen’ patiënten. Op dit moment leveren huisartsen deze zorg in 121 centrale huisartsenposten aan individuele patiënten en bepaalde groepen in bijvoorbeeld zorginstellingen, asielzoekerscentra en militaire complexen. Zorgverzekeraars nemen de ANW-spoedzorg tegelijk met de huisartsenzorg overdag op in hun contract met de huisarts. Bij herregistratie na vijf jaar zijn huisartsen verplicht 250 ANW-diensturen te hebben gemaakt.

Collectieve verantwoordelijkheid

De huidige opzet van de ANW-spoedzorg is gebaseerd op de NHG- en LHV-besluiten dat huisartsenzorg 24/7-uurszorg is, met een collectieve verantwoordelijkheid van de beroepsgroep. Maar hoe houdbaar is een besluit over ‘collectieve verantwoordelijkheid’ als de organisatorische en financiële risico’s en lasten van de ANW-spoedzorg de facto bij een steeds kleiner wordend deel van de werkzame huisartsen liggen?

De VPH besloot in 2011 de ANW-spoedzorg los te koppelen van de reguliere basiszorg overdag. Inzet was niet om geen diensten meer te doen maar om de onderhandelbaarheid over en de organisatie van de ANW-spoedzorg te verbeteren. Voor de VPH werd de ANW-spoedzorg een facultatief, onderhandelbaar zorgaanbod.

In 2012 deed KPMG/Plexus in opdracht van de VPH onderzoek naar de spoedeisende zorg. Het resulteerde in ‘De basisspoedzorg, hoe het anders kan’, waarin werd voorgesteld te komen tot spoedeisende medische diensten door integratie van huisartsenposten met SEH’s. De berekende kostenbesparing bedroeg ruim 170 miljoen euro.

Verder onderhandelt de Coöperatie Praktijkhoudende Huisartsen (CPH) met zorgverzekeraars aan de hand van hun modulaire huisartsgeneeskundige zorgaanbod. Daarin wordt de ANW-spoedzorg als onderhandelbaar zorgaanbod bij de zorginkopers ingebracht. De CPH vertegenwoordigt circa achthonderd praktijkhouders – zowel LHV-leden als VPH- en niet-leden.

Hans Nobel, bestuurslid Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen

Herman Suichies, bestuurslid Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen

hansnobel@nlzorg.net

cc: redactie@medischcontact.nl

Geen belangenverstrengeling gemeld door de auteurs.

Reactie LHV:

ANW-probleem kunnen we alleen samen oplossen

Steeds vaker benaderen huisartsen de LHV met vragen en klachten over hoe de ANW-zorg bij hen in de regio is georganiseerd. Te hoge werkdruk, hoge waarneemtarieven, onvervulde diensten, zeker in de zomerperiode was het schering en inslag. Hoog tijd voor verandering in de manier waarop de ANW-zorg is georganiseerd.

Laten we beginnen vast te stellen dat de druk op huisartsen in de ANW-uren inderdaad vaak te hoog is. Het gaat om veel diensten, bovenop een toch al volle werkweek. Daar moeten we voor de toekomst met elkaar een oplossing voor vinden. Maar als we eerlijk zijn, dan weten we eigenlijk niet precies waardoor dit probleem wordt veroorzaakt. Verkopen praktijkhouders te veel diensten? En zo ja, waarom is dat dan? Willen waarnemers onvoldoende diensten doen? Vragen ze te veel geld? Gaat de triage niet goed? Zet de huisartsenpost te veel diensten uit? Maakt de patiënt oneigenlijk gebruik van de post? Allemaal vragen die beantwoord moeten worden, voordat we aan een oplossing kunnen gaan werken.

Wat bovendien opvalt in de discussie over de toekomst van de ANW-diensten, is de dreigende tweespalt. De huisartsenpost wijst naar de artsen, de praktijkhouders naar de waarnemers en vice versa. En met zijn allen vragen we ons af of de patiënt niet onnodig vaak gebruikmaakt van de huisartsenpost. Terwijl we dit probleem alleen samen kunnen oplossen.

Veel collega’s doen suggesties. ‘Laten we de ANW-verantwoordelijk­heid overdragen aan de hap’, ‘laten we waarnemers verplichten meer diensten te doen’ of ‘laten we zorgen voor eerlijkere tarieven’. Begrijpelijke voorstellen, vanuit de juiste intentie. Maar op dit moment is het symptoombestrijding. De vraag is: lossen we de onderliggende problemen ermee op? Wij denken van niet.

Wat is er nodig? Om te beginnen een duidelijk beeld van wat er nu precies aan de hand is. Daar is de LHV mee bezig. Via enquêtes, eigen onderzoek en ronde tafels. Om vervolgens, liefst samen met de collega’s van de Vereniging voor Praktijkhoudende Huisartsen en InEen, te werken aan een toekomstbestendige ANW-zorg. Niet alleen voor de huidige praktijkhouder, maar voor alle huisartsen.

Het staat als een paal boven water dat het tijd is voor verandering in de ANW-zorg. Die zal er binnen nu en vijf jaar heel anders uitzien. De LHV wil, samen met alle andere partijen, alles in het werk stellen zodat huisartsen met plezier en verantwoord hun werk kunnen blijven doen, in het belang van de beste patiëntenzorg.

Download het artikel (PDF)

werk opinie huisartsen
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Gerritzen

    huisarts, Lichtenvoorde

    De huisartsenzorg moet behapbaar blijven.
    De onvrede over de ANW diensten heeft zijn oorzaak in de toenemende werkelijke en gevoelde werkdruk overdag. Door de drukte in de dagpraktijk, verminderd gevoel de regie te hebben en de diverse overlegmomente...n en vergaderingen tijdens en aansluitend aan de normale werkdag is het animo om diensten te doen afgenomen.
    Andere argumenten die betrekking hebben op het werk op de huisartsenpost zijn naar mijn mening minder relevant.
    De zorgconsumptie tijdens de ANW-uren is nagenoeg hetzelfde gebleven de afgelopen 10 jaar.
    De Nederlandse Triage Standaard is een veilig instrument. Dit versoepelen veroorzaakt meer diagnose denken en vergroot de onveiligheid.
    De verdeling van de diensturen over praktijkhouders en niet-praktijkhouders is in onze regio, met een kleine pool niet-praktijkhouders, 66% van de diensturen door praktijkhouders en 34% door niet-praktijkhouders. Dit is conform de verdeling aantal praktijkhouders en niet-praktijkhouders landelijk. Ik neem aan dat dit op andere posten ook het geval is.
    Veel van de diensten gedaan door niet-praktijkhouders zijn nacht- en weekenddiensten.
    Om ook in de toekomst de dienstbelasting voor alle huisartsen in Nederland hetzelfde te houden kan een voorstel zijn het verhogen van het aantal uren ANW-diensten per jaar naar 110 uur voor herregistratie. Hierdoor worden de diensten gelijk verdeeld over praktijkhouders en waarnemers/hidha's.
    Dit zijn 4 diensten per 3 maanden.
    Voorwaarde is een behoorlijke vergoeding die gelijk is voor beide groepen en betaald wordt via de “HAP-organisatie".
    Daarnaast moet het gevoel te druk te zijn overdag afnemen door de praktijkgrootte te verkleinen.
    Spoedzorg is een onderdeel van de huisartsenzorg zowel tijdens de uren dat de dagpraktijk open is als tijdens de ANW-uren. Wanneer er geen verplichting meer is om diensten op de HAP te doen dan gaat ervaring verloren en dit heeft ook zijn weerslag op spoed- en semispoedzorg verleent door de huisarts overdag.

  • jos rensing

    huisarts, den haag

    @ ruud gebel: wij zijn het denk ik eens dat wij als huisartsen baas moeten blijven over ons eigen domein, inclusief de 7x24 uurs zorgplicht. Wij zijn het kennelijk oneens over de vraag op wiens bordje die zorgplicht dient te berusten: ik vind bij al...le praktiserende huisartsen, u vindt kennelijk alleen bij de praktijkhoudenden.
    @ jojanneke kant: Wij zijn het denk ik eens dat InEen de praktijkhoudenden niet representeert. U stelt als oplossing voor om in gesprek te gaan met elkaar en wensen en gedachten met elkaar te delen. Dat lijkt mij een nobel uitgangspunt , maar het verleden leerde dat als belangen zo sterk divergeren praten weliswaar helpt om standpunten te verhelderen maar fundamentele oplossingen zelden dichterbij brengt. Ik ben benieuwd naar uw ideeën over oplossingen.

  • Jojanneke Kant

    Huisarts, kaderarts huisarts en spoedzorg i.o., Den Haag

    @collega Rensing. Ik begrijp de reflex om het aanbod van mevrouw Mosterdijk van Ineen direct af te serveren; het voelt niet direct alsof zij de (praktijkhouder) huisarts vertegenwoordigen. Maar moeten we niet juist ervoor zorgen dat ze dat wel gaan d...oen? Door in gesprek te gaan met elkaar en onze wensen en gedachten met elkaar te delen? Problemen constateren blijft makkelijker dan oplossingen vinden. Het lijkt mij dat op dit moment elke hulp wenselijk is.

  • Ruud Gebel

    huisarts, Alphen aan den Rijn

    @Jos Rensing: Ziekenhuizen kunnen geen blik huisartsen opentrekken, maar nergens staat geschreven dat spoedzorg door huisartsen geleverd moet worden. SEH-artsen in combi met basisartsen kunnen dat ook overnemen. Waar het om gaat is dat wij als huisar...tsen baas moeten blijven ver ons eigen domein, en dat komt in gevaar als je de 7x24 uurs zorgplicht los laat.

  • Jos Rensing

    huisarts, den Haag

    Collega Ruud Gebel schetst twee scenario's waarvan volgens hem sprake zou kunnen zijn wanneer de hele beroepsgroep huisartsen verantwoordelijk zou zijn voor uitvoering van wat de hele beroepsgriep wenst: 24 uur huisartsenzorg, 7 dagen per week:

    1: H...DS' en zouden eigen dag - praktijken gaan openen om waarnemers in staat te stellen om voor registratie benodigde werkzaamheden in dagdienst te kunnen vervullen.
    Een onwaarschijnlijk scenario volgens mij omdat waarnemers als zelfstandige ondernemers heus wel zelf in staat zijn om voor registratie voldoende dagdiensten te vervullen.
    2,. HDS' en gaan allianties aan met ziekenhuizen. Dit is echt een onwaarschijnlijk scenario omdat ook ziekenhuizen niet beschikken over een blik beschikbare waarnemende huisartsen.
    '
    De opmerking van collega Gebel dat praktijk houdende huisartsen alléén verantwoordelijk zijn voor uitvoering van de ANW plicht omdat zij ondernemers zijn houdt geen stand: 0ok waarnemers zijn immers ondernemer.

  • Hans Nobel

    secr. VPHuisartsen, ALPHEN AAN DEN RIJN

    @ Simon van Hemsbergen. Wel of niet een verplichte 130u als herregistratie-eis, is zeker een discussiepunt.

    Voordeel van een verplichting lijkt de eenvoud van de afspraak met een gelijke werklastverdeling over alle werkzame huisartsen. Nadeel van 1...30 uur als individuele (verplichte) herregistratie-eis, is dat dat minder flexibel is.

    Wanneer je uitgaat van de huidige 50 uur als herregistratie-eis blijven er 80 diensturen over. Daarvoor draag je weliswaar de verantwoordelijkheid voor de invulling maar kun je (geheel/deels) ook een waarnemer inschakelen. Eventuele extra kosten draag je zelf en dat alles binnen een sluitend organisatorisch en registrerend verband met de HDS.

    Individuele huisartsen blijven zo enige flexibiliteit houden over de in- en verdeling van hun werklast in ANW, al of niet gekoppeld aan individuele omstandigheden (gezin, ziekte, leeftijd ea)

    De discussie in breed verband zal ons ongetwijfeld helpen de meest acceptabele organisatie voor de ANW-spoedzorg te realiseren

  • Hans Nobel

    secretaris VPHuisartsen, ALPHEN AAN DEN RIJN

    @Erik Pleij vindt het jammer dat de cijfers ontbreken van de hoeveelheid diensturen van praktijkhouders en niet-praktijkhouders want dan zou je weten ‘hoe het zit met de dienstbelasting van praktijkhouders’.
    De dienstbelasting van praktijkhouders sta...at vermeld in het artikel: gemiddeld 195u per normpraktijk met een spreiding van 131-353u. (zie referentie Benchmark InEen). Het wel of niet inschakelen van waarnemers verandert overigens niets aan de (formele) dienstbelasting van de praktijkhouder

    Het aantal uur dat een waarnemer wordt ingeschakeld is sterk wisselend per regio, per praktijk en per periode en hangt af van de beschikbaarheid van waarnemers. In onze regio werd recent het contract tussen een HDS en twee waarneembemiddelingbureaus beëindigd die al langere tijd de nachtdiensten invulden met waarnemers. De animo bij waarnemers om nachtdiensten te doen, was echter teveel afgenomen. De praktijkhouders worden nu weer zelf verantwoordelijk (ook) voor de invulling van de nachtdiensten.

    We weten overigens van praktijkhouders allang hoe ze hun dienstlast ervaren (zie referentie KPMG, HuisartsVandaag ea) daar hebben we de door Pleij gevraagde cijfers natuurlijk niet echt voor nodig.

    Dat VPHuisartsen de optie openhoudt om nachtdiensten direct vanuit de HDS te organiseren vindt Pleij niet gepast. Dat een overgrote meerderheid van de praktijkhouders van mening is dat nachtdiensten naast de dagzorg in eigen praktijk nauwelijks zijn te combineren, ziet Pleij niet als probleem. Hij houdt krachtig vast aan de bestaande verantwoordelijkheden en verbanden.
    Hij heeft een groter vertrouwen in de toekomstbestendigheid van de huidige ANW-opzet dan veel van zijn collega’s. Het zoeken naar oplossingen voor niet-bestaande problemen is voor hem dan ook overbodig......................





  • Hans Nobel

    secr. Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen, ALPHEN AAN DEN RIJN

    Het is positief dat de LHV bereid is de ANW-problemen te willen bespreken, zoals die door VPHuisartsen zijn geagendeerd. Doel: het vinden van een brede consensus over de reorganisatie van de ANW-spoedzorg.

    Dat de LHV met ‘enquêtes, eigen onderzoek e...n ronde tafels’ de oorzaak wil achterhalen van de gesignaleerde problemen in de ANW, werkt echter onnodig vertragend. Er wordt niet inhoudelijk ingegaan op de genoemde feiten (68% van de huisartsen is verantwoordelijk voor de ANW-zorg, het zorgconsumentisme, de ‘vrije markttarieven’ voor waarneming etc). Ook wordt niet gereageerd op de concrete voorstellen (collectieve uitvoering van een collectieve verantwoordelijkheid, beperking zorgconsumptie ea). Uit de reactie krijg je de indruk dat de LHV pas sinds deze zomer bekend is met de ANW-problemen en met alle vragen hierover. Dat kan niet waar zijn.

    De uitgebreide referentielijst bevat de artikelen waarmee alle vragen van de LHV beantwoord kunnen worden en zelfs meer. Gewoon omdat de problemen al jaren bestaan en er onderzoek naar gedaan is.

    De belangrijke beroepsorganisatie als de LHV moet beter weten en weet ook beter. De olifanten in de kamer (Rensing) zijn niet sinds september pas aanwezig. Vertraging van de reorganisatie van de ANW-spoedzorg is dan ook ongewenst.

  • Ruud Gebel

    huisarts, bestuurslid Samenwerkende Huisartsendiensten Rijnland (SHR), Alphen aan den Rijn

    De animo voor het doen van diensten neemt af. In het artikel somt Hans daar de nodige oorzaken voor op, en zegt hij paradoxaal genoeg "De meeste huisartsen lijken nog steeds bereid om, naast hun inzet voor de reguliere dagzorg, ANW-spoedzorg te verri...chten." In zijn visie dient de totale beroepsgroep de ANW-diensten te dragen en dienen de HDS'en de verantwoordelijkheid daarvoor over te nemen. Hoe de huisartsen in deze nieuwe structuur plots weer enthousiast worden voor het doen van ANW-diensten, laat hij onbeantwoord.
    Ik zie in het geval dat alle huisartsen verantwoordelijk worden voor ANW-diensten als enige oplossing het verplichten van zo veel diensturen voor herregistratie dat er geen gevaar ontstaat dat er geen huisartsen te vinden zullen zijn voor het invullen van diensten. Dat lijkt mij om meer redenen erg onwenselijk.
    Als je een HDS verantwoordelijk maakt voor het vullen van de ANW-diensten, zullen zij naar wegen zoeken om dat ook te garanderen. Te denken valt aan het in dienst nemen van huisartsen. Deze huisartsen dienen ook twee dagen per week in een reguliere praktijk dienst te doen. Dat betekent mogelijk dat een HDS zelf praktijken gaat openen en huisartsen in dienst neemt. Een andere weg is dat de HDS een alliantie met het ziekenhuis aangaat voor het vervullen van deze diensten. Dat betekent dat het ziekenhuis voet aan de grond krijgt in het huisartsendomein, en dat gaat ook consequenties hebben voor de dagzorg.
    Ik pleit er voor de praktijkhouders verantwoordelijk te houden voor het vervullen van ANW-diensten. Praktijkhouders zijn ondernemers. Als je praktijkhouder wordt, weet je dat ANW-diensten 'part of the deal' zijn. Dat betekent niet dat we niet het nodige kunnen verbeteren: beperking van de toegang tot de huisartsenpost, betere triage aan de poort, betere beloning, betere onderlinge afspraken over waarneming na een nachtdienst, een ouderenregeling, betere werkplekken, grotere betrokkenheid van huisartsen. Daar moeten we ons hard voor maken.

  • Jos Rensing

    huisarts, den Haag

    Collega Erik Pleij veronderstelt dat het huidige ANW systeem wellicht onhoudbaar is voor de gehele beroepsgroep.
    Dat is misschien zo, maar dat heb ik nooit beweerd. Mijn stelling is dat de situatie waarin minder dan 70% van de beroepsgroep ( de prakt...ijkhouders) dienstplichtig is om uit te voeren wat de hele beroepsgroep wenst( 24 uur huisartsenzorg 7 dagen per week) niet houdbaar is.
    Dat is een verschil. Oplossingen zijn denkbaar maar vergen wel enig out of the box denken.

    Collega Rieuwk Visser ziet twee principes: 50 diensturen per jaar als een van de voorwaarden voor herregistratie (1) en een contractuele verantwoordelijkheid voor praktijkouders (2) en is verbaasd dat die principes door anderen niet worden gezien
    Ik denk: omdat het geen principes zijn.
    Ad 1: Die 50 uur zijn ooit bedacht door de HVRC, de voorganger van de RGS. Zonder enige onderbouwing. Is iemand met gemiddeld 40 uur per jaar een slechtere en met 60 uur een betere huisarts? Is 50 uur genoeg om een goede huisarts te zijn?
    Niemand die het weet.
    Natte vinger werk is geen principe.
    Ad2. Een contract heeft een looptijd. Inschrijving op naam onlosmakelijk verbonden aan 24 uurs zorg? Oh, ja? Wie heeft dat bedacht? Zou het ook anders kunnen? Tja, als je zo de onderhandelingen over een nieuw contract ingaat...
    Een contract is geen principe.

    Collega Visser zou als bestuurder van de HDS den Haag eo (SMASH) als geen ander moeten weten dat bij SMASH de rol van de praktijkhouders - de oprichters van SMASH- inmiddels is gereduceerd van bestuurders tot een tandeloze "Raad van Advies".

    PS. De bijdrage van Visser verscheen op deze site op 12/10 en tegelijkertijd op de papieren versie van MC op 13/10. Huh?. De redactie van MC vindt iedereen vast wel gelijk, maar sommigen toch weer wat gelijker dan anderen. Bang voor kritisch commentaar?

  • Erik Pleij

    Huisarts, Zwammerdam

    Geachte collega Rensing, beste Jos,
    Ik ben het geheel met je eens dat een ANW-systeem dat onhoudbaar is voor de beroepsgroep, ongewenst is. De vraag is echter: wat dienen we hieraan te veranderen? Ik geloof niet de de door de VPH voorgestelde maatreg...el dit voor ons gaat doen, en vrees averechtse effecten. Wat dan wel? In ieder geval dienen we onze acties te baseren op gegevens die er toe doen. Vanuit een gemeenschappelijke agenda, dat zeker.

  • Rieuwk Visser

    huisarts en medisch directeur SMASH (HDS), Den Haag

    Nobel en Suichies willen de koppeling tussen de huisartsenzorg overdag en de zorg in avond, nacht en weekenden loslaten (MC 38/2016: 38). De diensten zouden verdeeld moeten worden over alle huisartsen, ook de niet-praktijkhouders.
    De vertegenwoordig...ers van de VPH en de bestuursleden van de LHV laten twee principes in deze discussie ongenoemd.
    Ten eerste moet elke huisarts het vereiste aantal van 50 diensturen per jaar kunnen behalen voor de herregistratie. Met zoveel niet-praktijkhoudende huisartsen is het denkbaar dat niet iedereen voldoende diensten kan doen. Op dit moment lijkt daar echter geen sprake van. Op dit punt biedt de VPH dus een oplossing voor een non-existent probleem. Op vrijwillige basis zullen waarnemend huisartsen zich niet melden en een verplichtend karakter vraagt om controle op naleving en sancties. Dat moeten we niet willen. Als het behalen van het benodigde aantal diensten ooit onder druk komt te staan, dan moeten wij als HDS-en de mogelijkheid bieden aan de waarnemers en HIDHA’s om het benodigde aantal diensten toegewezen te krijgen. Het restant wordt dan alsnog verdeeld onder de praktijkhouders.
    Ten tweede zijn praktijkhouders contractueel verantwoordelijk voor het leveren van 24-uurs zorg. Dat is een belangrijk gegeven, en onlosmakelijk verbonden met de inschrijving op naam. Het maakt de ‘eigen’ huisarts verantwoordelijk voor de totale huisartsgeneeskundige zorg voor de bij die praktijk ingeschreven patiënten. Voor de ANW-uren wordt deze zorg overgedragen aan de HDS, waar de praktijkhouder zelf deel van uitmaakt. De HDS valt bij lacunes in de bezetting terug op praktijkhouders. Het loslaten van de verantwoordelijkheid van praktijkhouders voor de ANW-zorg is het begin van het loslaten van de inschrijving op naam.
    De door de VPH voorgestelde wijzigingen zijn erg vrijblijvend.

  • Jos Rensing

    huisarts, den Haag

    ?Mevrouw Anoeska Mosterdijk, directeur InEen te Utrecht vraagt zich af waarom de werkdruk tijdens de avond- nacht- en weekenduren "zo vervelend"wordt ervaren? Zij denkt dat maatschappelijke en organisatorische ontwikkelingen daar achter zitten.
    O...f misschien wel de toegenomen en complexere zorgvraag in de eerstelijnszorg.
    Misschien ook wel ander zaken? Zij weet het niet.
    Ook zij ziet de olifant in de kamer niet.
    Welke olifant?: de anachronistische en niet toekomstbestendige situatie dat alleen de praktijkhouders dienstplichtig zijn om uit te voeren wat de gehele beroepsgroep kennelijk nog steeds als taak ziet: 24 uurs huisartsenzorg 7 dagen per week.
    De niet dienstplichtigen lijken als gelovigen die naar de hemel kijken en zeggen "daar is het eeuwige geluk, maar voor mij nog even niet". En mevrouw Mosterdijk arrangeert nog maar eer eens een nieuw onderzoekje omdat ze niet begrijpt wat dienstplichtige praktijkhouders nu "zo vervelend" vinden.
    Zij biedt aan het voortouw te nemen, maar dat is mi haar rol noch haar taak niet. Zij representeert immers de dienstplichtige praktijkhouders niet.
    Integendeel.,

  • Anoeska Mosterdijk

    directeur InEen, Utrecht

    Evaluatie avond-, nacht- en weekendzorg

    VPHuisartsen kaart terecht de problematiek rondom de inrichting van de avond-, nacht- en weekendzorg aan. De spoedzorg in Nederland is van hoog niveau en de aandacht voor de patiëntveiligheid wordt 24/7 gewaar...borgd. Maar om dit zo te houden is de inzetbaarheid en tevredenheid van dienstdoende medici cruciaal.

    Tijd voor een evaluatie. Het is daarbij goed om, zoals de LHV al aangaf, te achterhalen waar de pijn echt zit. Wat maakt dat de werkdruk tijdens de avond- nacht- en weekenduren zo vervelend wordt ervaren? Welke maatschappelijke en organisatorische ontwikkelingen zitten daar achter? Is het de toegenomen en complexere zorgvraag in de eerstelijnszorg, of spelen er (ook) andere zaken?

    InEen heeft het Nivel een paar maanden terug gevraagd om onderzoek te doen naar de ontwikkeling van de zorgvraag. De uitkomsten van dit onderzoek kunnen worden meegenomen in het zoeken naar een oplossing. Oplossingsrichtingen zijn er in ruime mate. Aan het ideeënlijstje waar VPHuisartsen een aanzet voor gaf in hun artikel, kunnen we in elk geval domeinoverstijgende samenwerking zetten (op een aantal plaatsen in Nederland werken huisartsenposten in de nachtelijke uren al samen met SEH artsen). Ook taakdifferentiatie, door inzet van verpleegkundig specialisten of POH’s GGz op de huisartsenpost, is een mogelijke oplossing.

    Op tal van plaatsen in het land nemen huisartsenposten initiatieven om in te spelen op de veranderingen. Laten we als landelijke koepels inderdaad de krachten bundelen en samen uitzoeken wat we kunnen doen. InEen neemt daarin graag het voortouw.

  • Jos Rensing

    huisarts, den Haag

    Collega Pleij wil weten hoeveel diensten door andere huisartsen dan de dienstplichtige praktijkhouders worden "gekocht". Mogelijk wil hij weten hoe groot de dienstlast voor praktijkhouders is nadat zij flink betaald hebben aan waarnemers.
    Ook hij zie...t de olifant in de kamer niet: de anachronistische en niet toekomstbestendige situatie dat de praktijkhouders dienstplichtig zijn om uit te voeren wat de gehele beroepsgroep kennelijk nog steeds als taak ziet: 24 uurs huisartsenzorg 7 dagen per week.
    De niet dienstplichtigen lijken als gelovigen die naar de hemel kijken en zeggen "daar is het eeuwige geluk, maar voor mij nog even niet".

  • Erik Pleij

    Huisarts, Zwammerdam

    Met belangstelling heb ik in Medisch Contact nr 38 kennis genomen van de voorstellen van de VPH om de last van diensten van huisartsen meer aan niet-praktijkhouders te laten toevallen. Helaas toont het artikel niet de cijfers van het aantal (nacht)di...ensturen dat de praktijkhoudende huisartsen momenteel uitvoeren tegenover het aantal diensturen dat door de niet praktijkhouders wordt ingevuld. Jammer, want juist die getallen hebben we nodig om te beoordelen hoe het nu zit met de dienstbelasting van de praktijkhouder.
    Wat mij daarnaast opvalt in het artikel is dat de VPH voorstelt om de formele verantwoordelijkheid van de organisatie van de ANW-spoedzorg gedurende de nacht, over te dragen aan de HDS-en, en los te koppelen van de praktijkhouders. Gedacht wordt aan een invulling met vrijwilligers en daarnaast hoopt de VPH dat haar morele appel weifelaars over de streep trekt. Anderen oproepen iets te doen waar je jezelf niet verantwoordelijk voor voelt werkt meestal niet, en dat zal hier niet anders zijn. Ik zie niet in welk probleem hiermee wordt opgelost. Veel nachtdiensten worden reeds ingevuld door waarnemers en de HDS-en gaan er niet goedkoper van worden. Voor de nachten worden de HDS-en eigenstandige organisaties of de nachtdiensten zullen geregeld gaan worden door weer andere organisaties. En of de ontlasting van de praktijkhouder inderdaad 20 uur per jaar (2 à 3 nachtdiensten, een halve week op de door VPH becijferde 5 werkweken) zal bedragen weten we niet, het aantal nachtdiensten dat momenteel wordt ingevuld door waarnemers wordt immers niet genoemd. Als we niet uitkijken doet de gemiddelde praktijkhouder als gevolg van haar morele appel op een gelijke verdeling van de nachtdiensten straks nog meer nachtdiensten dan nu het geval is, en hebben we er in Nederland een organisatie bij die de huisartsen(spoed)zorg gedurende de nachten gaat invullen.
    Erik Pleij, huisarts
    Alphen aan den Rijn.

  • Simon van Hemsbergen

    gepensioneerd huisarts / medewerker Levenseindekliniek, Willemstad NB

    Prima artikel. Ik ben het eens met alle suggesties/discussiepunten, behalve de laatste, want daar zit de oplossing : Maak de herregistratie-eis voor iedereen gelijk, praktijkhoudenden, waarnemers en hidha's : 130 uur ANW dienst per jaar
    Probleem op...gelost !

  • Bram ter Keurst

    Huisarts/praktijkhouder, Eindhoven

    De LHV in de persoon van Carin Littooij en Wendy Borneman draaien helaas (weer) om de het brij heen:"Gaat de triage niet goed? Zet de huisartsenpost te veel diensten uit? Maakt de patiënt oneigenlijk gebruik van de post?Allemaal vragen die beantwoord... moeten worden, voordat we aan een oplossing kunnen gaan werken." Vanaf 2005 tot 2016 stijgt het aantal telefoontjes naar de HAP met gemiddeld 7% per jaar en het aantal consulten met 6% per jaar. Het aantal visites blijft gelijk in die periode en als, zoals dan elders wel gesuggereerd wordt, dat zou komen door vergrijzing en langer thuis wonen van ouderen, zou met name visites toenemen ipv consulten. Deze stijging, die we ook terug zien in de kosten van de ANW in dezelfde periode, komt tot stand door een andere vraagformulering (eisender) en een triagesysteem dat geen onderscheid wil en kan maken in wat medisch noodzakelijk is en wat zonder schade kan wachten tot de volgende werkdag.
    Op de post zien we in toenemende frequentie hulpvragen die niet medisch urgent zijn maar door de patiënt "spoedeisend worden beleefd" maar vaak meer met gemak en eigen agenda te maken heeft. Het gaat om comfort en de wens om zelf te kiezen. Ondertussen stelt de LHV de normen op dat patiënten met maximaal 2 verschillende huisartsen in de dagdienst van doen heeft.
    Het is evident dat aan de vraag-kant een correctie moet komen of we kunnen de huisartsgeneeskunde in de huidige vorm, inclusief ANW-diensten, ten grave dragen.

  • Jos Rensing

    huisarts, den Haag

    Collegae Nobel en Suichies adresseren een tamelijk acuut probleem in de organisatie van de ANW-spoedzorg.
    De LHV meent in haar reactie dat nog nader onderzoek nodig is, maar ik denk dat hoeveel enquêtes, onderzoek en ronde tafels je er nog op los wil... laten de twee olifanten in de kamer niet verdwenen zullen zijn:

    1. De situatie waarin de praktijkhouders (in 2015 nog 68%) voor de ANW verantwoordelijk zijn en contract plichtig zijn is altijd al een anachronisme geweest maar is anno 2016 zeker niet toekomstbestendig. Als de hele beroepsgroep zich verantwoordelijk wil weten voor de ANW-spoedzorg dan moet de dienstlast ook verdeeld worden over alle praktiserende huisartsen.

    2. Het alom geconstateerde consumentisme en het risicomijdende triagesysteem leidt tot overbelasting en demotivatie.

    Welke oplossing van beide problemen er ook wordt bedacht: de financiering van ANW-zorg en het huisartsenkader voor reguliere basiszorg dienen strikt gescheiden te worden. Als je daar communicerende vaten van laat maken val je in een kuil waar de LHV in het verleden al een keer teveel in is gevallen.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.