Antipsychotica verminderen agressie

Het voorschrijven van de nieuwste generatie antipsychotische medicijnen bij patiënten met schizofrenie kan het risico op gewelddadig gedrag aanzienlijk verminderen. Uit een twee jaar durende studie blijkt dat patiënten die nieuwere middelen kregen, zoals clozapine, risperidon en olanzapine, drie keer minder vaak in gevecht raken en geweld gebruiken dan patiënten die oudere antipsychotische medicijnen, zogenoemde neuroleptica, krijgen. Dit schrijven onderzoekers van het Duke University Medical Center, onder leiding van J.W. Swanson, in het Schizophrenia Bulletin.

Om de zes maanden werd bij 229 patiënten met schizofrenie gekeken naar het effect van de behandeling, eventuele opnamen in een psychiatrisch ziekenhuis, het optreden van gewelddadige episoden en het gebruik van drugs. Vervolgens zijn de data van de patiënten die de nieuwe atypische antipsychotische medicijnen gebruiken, vergeleken met gegevens van patiënten die conventionele medicijnen slikken en met patiënten zonder medicatie. Onder gewelddadig gedrag verstonden de onderzoekers slaan, duwen, schoppen of bijten, en het dreigen met een dodelijk wapen.

Ook als de resultaten werden gecorrigeerd voor het bij de patiënten bestaande risico op gewelddadig gedrag, bleef de verminderde agressie significant verschillend. De verminderde gewelddadigheid is grotendeels te verklaren door een betere therapietrouw. Hoe langer de patiënten namelijk consistent hun medicatie namen, hoe sterker de kans op gewelddadig gedrag verminderde. Swanson c.s. menen dan ook dat de nieuwe atypische antipsychotische middelen een goed hulpmiddel kunnen zijn bij het reduceren van de kans op gewelddadig gedrag bij patiënten met schizofrenie die niet zijn opgenomen in een instelling. << TvV