Laatste nieuws
3 minuten leestijd

Alles over alternatieve geneeswijzen

Plaats een reactie

De reacties van de lezers op alleen al de kop boven dit stukje zijn voorspelbaar, meer dan bij welk ander onderwerp ook. Enkelen zijn blij: ‘Eindelijk aandacht voor wat ik doe!’ Anderen leggen het tijdschrift woedend ter zijde en starten hun pc voor een pittige ingezonden brief: ‘Heeft de redactie niets beters te doen?’ En er zijn lezers die, nieuwsgierig gemaakt, gaan lezen waar het eigenlijk over gaat. Al was het maar omdat ze zojuist nog met een patiënt zaten te praten over de voors en tegens van homeopathie, een bedevaart naar Lourdes of een bezoek aan een acupuncturist.

Paul van Dijk, regulier werkend huisarts in Zaltbommel, is zo’n geïnteresseerde dokter. Eind vorig jaar verscheen alweer de negende druk van

Geneeswijzen in Nederland

, hét standaardwerk op het gebied van de alternatieve geneeswijzen en geschreven voor een breed publiek. Na de eerste editie, die in 1976 uitkwam, heeft Van Dijk zijn boek al enkele keren geheel herzien. Ook nu weer: (kennelijk) niet meer toegepaste geneeswijzen als medische astrologie zijn verdwenen, nieuwe takken van sport als de islamitische geneeskunde kwamen ervoor in de plaats.



Gebleven is de neutrale, objectieve toon van het boek, waarin valt te bladeren als in een encyclopedie. Een vaak interessante, soms hilarische caleidoscoop van 404 verschillende alternatieve geneeswijzen: van quasi reguliere als manuele geneeskunde en psychoanalyse tot exotische als avatar en piramidegenezing (die mensen verleidt te gaan slapen met een replica van Cheops onder het bed). En alles in eenzelfde neutrale toon. ‘Mijn persoonlijke visie op alternatieve geneeswijzen komt niet aan de orde’, schrijft Van Dijk in het voorwoord. Hij wil beschrijven, zoveel mogelijk los van propaganda of kritiek. 


In de inhoudelijke hoofdstukken lukt hem dat goed. (Een uitzondering is het korte paragraafje over - wie herinnert het zich nog? - de iatrosofie, waarvan de oprichter in 1994 werd veroordeeld tot twee jaar cel vanwege het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan een patiënt. ‘Sindsdien lijkt de iatrosofie aan het einde van haar geschiedenis te zijn.’). Van Dijk volgt een strak stramien, waarin van iedere geneeswijze achtereenvolgens geschiedenis, filosofie, diagnostiek, therapie, schadelijke effecten, resultaten, indicaties en een aantal praktische gegevens worden behandeld.



In zijn weergave van de onderzoeksresultaten is de neutraliteit niet altijd even passend. Voor bekende geneeswijzen als homeopathie en acupunctuur zijn al zoveel effectstudies gedaan dat hij wel móet kiezen en - terecht - volstaat met het vermelden van de resultaten van meta-analyses en reviews. Maar waar hij wél ingaat op afzonderlijke effectstudies, maakt de beoogde objectiviteit het de lezer niet gemakkelijk. Zo komen de vier genoemde studies naar het effect van behandeling in een kuuroord, waaronder één review, tot wel heel uiteenlopende conclusies. Een poging tot duiding - bijvoorbeeld op basis van methodologische kwaliteit - was op z’n plaats geweest.



Het boek begint met een inleidend hoofdstuk over de positie van de alternatieve geneeswijzen in Nederland. Hier is Van Dijk verre van neutraal. Deels op basis van oude  onderzoeksgegevens, schetst hij een wel erg optimistisch (pessimistisch, zouden de critici zeggen) beeld van ‘toenemende belangstelling en integratie’. Voor de jaren zeventig en tachtig is dat passend: de Nationale Raad voor de Volksgezondheid (NRV, voorloper van de RVZ) kreeg een Commissie Alternatieve Geneeswijzen, de Gezondheidsraad (en niet, zoals Van Dijk schrijft, de NRV) kwam met een advies over wetenschappelijk onderzoek op dit gebied, de samenwerking met reguliere hulpverleners kwam op gang en het NIVEL deed onderzoek. Maar inmiddels is de commissie alweer opgeheven, kwijnde het advies van de Gezondheidsraad weg in een donkere bureaula, bloedden de formele samenwerkingsprojecten in Winterswijk en Friesland dood en kreeg het NIVEL voor dit onderzoek geen subsidie meer (vandaar ook dat gebrek aan recente cijfers). De Inspectie voor de Gezondheidszorg - opvallend afwezig in het relaas van Van Dijk - bezint zich op haar toezichthoudende taak (een rapport verschijnt zeer binnenkort) en voor minister Hoogervorst staan de alternatieve geneeswijzen nagenoeg gelijk met kwakzalverij. Hoezo ‘belangstelling en integratie’?



Het doet niets af aan de waarde van dit boek. Het maken ervan moet een enorme klus zijn geweest. Het lezen, of althans raadplegen, is dat niet. Verplichte kost voor wie patiënten die zich op het alternatieve pad begeven, niet uit het oog wil verliezen. ‘Willen patiënten dit?’, vraagt de verbaasde lezer zich soms af. Ja, patiënten willen dit. En hun dokter moet minstens weten wát zij willen. Om hen te kunnen begeleiden. Of verdere stappen op het pad af te raden.

<< JV


Paul van Dijk, Geneeswijzen in Nederland: compendium van alternatieve geneeswijzen, Uitgeverij Ankh-Hermes bv, ISBN 90 202 4374 8, 995 blz., 39,50 euro.

Media en cultuur alternatieve & complementaire zorg
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.