Actieve forenzen dunner dan automobilisten

Mensen die lopen, fietsen of met openbaar vervoer naar hun werk reizen, hebben een lager BMI dan autoforenzen. Dit stellen Ellen Flint en Steven Cummins vast op basis van Brits observationeel onderzoek. De resultaten zijn te lezen in The Lancet Diabetes & Endocrinology.

De onderzoekers gebruikten gegevens van ruim 150 duizend werkende Britten tussen de 40 en 69 jaar, die aan een langlopend onderzoek meedoen (UK Biobank). Zij vulden vragen in over hoe zij naar en van het werk reisden, over persoonsgegevens zoals opleidingsniveau, soort werk en alcohol, roken en eetgedrag. Ruim 60 procent reisde alleen met de auto. De rest werd in zes categorieën ingedeeld, zoals ‘alleen lopen’, of ‘auto en openbaar vervoer’.

Na analyse en correctie voor verstorende factoren blijkt er een statistisch significante samenhang tussen manier van reizen en BMI en percentage lichaamsvet. Alles is beter dan alleen autorijden, ook alleen openbaar vervoer. Fietsers scoorden gemiddeld het beste: rond de 1,7 kg/m² lager in hun BMI dan hun autorijdende tegenhangers. Dat komt voor een gemiddelde Brit neer op een verschil van 4 tot 5 kilo. Hoe langer de actief afgelegde afstand, hoe beter.

Let wel: het gaat hier over een associatie, dat is nog geen causaal verband. Het is denkbaar dat fietsende en lopende forenzen ook andere, gezondere keuzes maken, waarvoor niet is gecorrigeerd. Maar deze data ondersteunen wel het idee dat ook lichte inspanning, meerdere keren per dag, zinvol is om obesitas op middelbare leeftijd te voorkomen. Hier valt dus winst te behalen voor beleidsmakers: maak het zo aantrekkelijk mogelijk voor forenzen (en scholieren) om te fietsen, te lopen en het openbaar vervoer te gebruiken. Dat zet zoden aan de dijk.

Sophie Broersen

Lancet Diabetes-Endocrinol, 2016. Doi: 10.1016/S2213-8587(16)00053-X en Doi: 10.1016/S2213-8587(16)00077-2