Aanpak zuurstofschade neonaten
Plaats een reactieDe uitkomsten van een onderzoek naar ontstekingsbevorderende eigenschappen van meconium opent de weg naar therapieën die de schade door zuurstof kunnen beperken. Dit schrijft neonatoloog Arend Jan de Beaufort in zijn proefschrift Meconium and inflammation, waarop hij deze week promoveerde.
De Beaufort onderzocht de pathogenese en gevolgen van behandeling van het meconiumaspiratie-syndroom (MAS). Hij ontdekte dat zowel directe als indirecte processen een rol spelen bij ontstekingsbevorderende eigenschappen van meconium wanneer babys dat binnenkrijgen. Volgens De Beaufort kan meconium een directe ontstekingsreactie in de long teweegbrengen en een eventueel aanwezige ontstekingsreactie versterken. De combinatie van deze twee effecten veroorzaakt het klinisch beeld van respiratoire distress, onder andere door surfactantschade en hoge zuurstofbehoefte als gevolg van persisterende pulmonale hypertensie. Samen met de behandeling van hypercapnie en hypoxie ontstaat een vicieuze cirkel die de lokale ontsteking steeds verder aanwakkert.
Aan de hand van in vitro- en proefdierstudies concludeert De Beaufort onder meer dat stikstofinhibitie bij kinderen met MAS aan de ene kant de posthypoxisch-ischemische hersen- en longschade kan beperken en aan de andere kant de pulmonale hypertensie kan doen toenemen. Toch is de toepasbaarheid op babys niet zonder meer vanzelfsprekend, vindt De Beaufort. Hij meent dat er vergelijkend onderzoek moet worden gedaan naar hypoxie-ischemie in combinatie met MAS en hypoxie-ischemie alleen. Daarmee zal inzicht komen in de plaats van reactieve zuurstof- en stikstofradicalen bij reperfusieschade, ontsteking en pulmonale hypertensie in MAS. Voorts moeten er nog in-vitro- en dierstudies komen om de impact van specifieke, op meconium gerichte therapieën tegen MAS te beoordelen voordat ze op kinderen kunnen worden toegepast. << ILS
- Er zijn nog geen reacties