SCEN 25 jaar: ‘Een onmisbare schakel in onze euthanasiepraktijk’

Zorgvuldig en weloverwogen, zo gaan SCEN-artsen al 25 jaar te werk. Woensdag 16 november stonden we stil bij dit jubileum met een congres voor SCEN-artsen.

De aanwezige SCEN-artsen werden onder andere toegesproken door minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport: ‘De rol van de SCEN-arts is iets om heel zuinig op te zijn. De zorg­vuldigheid waarmee SCEN-artsen te werk gaan, heeft er in 25 jaar voor gezorgd dat er voor artsen en patiënten duidelijkheid is. Daarmee is de euthanasiewet stevig verankerd in een praktijk van medemenselijkheid.’ 

Steun 

SCEN-arts, huisarts en KNMG-bestuurslid Carin Littooij opende vandaag het congres: ‘SCEN-artsen hebben een ontzettend verantwoordelijke taak. Euthanasie is altijd emotioneel belastend, natuurlijk voor de patiënt en de naasten, maar ook voor de arts die de euthanasie uitvoert. De steun van een SCEN-collega is dan ontzettend waardevol. Een collega die advies en informatie geeft, die luistert en doorvraagt. Om zo bij te dragen aan een zorgvuldige besluitvorming bij euthanasie en hulp bij zelfdoding. Een onmis­bare schakel in onze euthanasiepraktijk.’ 

Niet langer wachten 

SCEN ging 25 jaar geleden, in 1997, van start met de pilot van SCEA in Amsterdam. De euthanasiewet kwam pas in 2002, maar de wens van artsen om steun bij levenseindezorg te krijgen én te bieden kon eind jaren negentig niet langer wachten. Tegen de tijd dat de euthanasiewet van kracht werd, was het SCEA-model over Nederland uitgerold en had iedere regio SCEN-artsen. De basis­elementen van toen zijn ook vandaag nog de pijlers. Het consul­teren van een arts met kennis van zaken, het kennis delen via intervisie, het evalueren via spiegelinformatie, dit gebeurt allemaal al sinds de start in 1997.