Passende zorg in de laatste levensfase

Artsenfederatie KNMG wil een evenwichtige en gedeelde besluitvorming over medisch handelen in de laatste levensfase een logisch onderdeel van de zorgverlening maken. Diverse obstakels aan artsen- en patiëntenzijde moeten hiervoor worden geslecht. Op 17 april 2013 lanceert de KNMG de stuurgroep die het project ‘Passende zorg in de laatste levensfase’ gaat leiden.

De stuurgroep kent een brede samenstelling vanuit artsen ( LHV, Verenso en OMS), verpleegkundigen (V&VN) en patiënten- en ouderenorganisaties (NPCF, NFK en PCOB). Prof. dr. Gerrit van der Wal, voorzitter van de stuurgroep: ‘Wat we willen, is dat artsen én patiënten het vanzelfsprekend gaan vinden om te praten over de kwaliteit van leven. Dat dus niet de behandeling van de ziekte centraal staat, maar wat de zieke nog wil met de rest van zijn leven. Dan kan het soms ook een goede keuze zijn om af te zien van een mogelijk levensverlengende behandeling. In dit project onderzoeken we welke obstakels dit open vizier in de weg staan en hoe we die kunnen slechten.’

Moet alles wat kan?

Het project sluit goed aan op het ZonMw-signalement ‘Moet alles wat kan?’. Dit gaat in op de factoren die zorgen dat patiënten bij het levenseinde te lang of onnodig behandeld worden. Van der Wal: ‘Wij gaan deze analyse verdiepen en voorzien van ondersteunende instrumenten voor artsen en patiënten. Zo nodig zullen wij ook aanbevelingen doen voor de opleiding en nascholing en voor de financiering van de zorg. De KNMG-stuurgroep richt zich niet op de vooral financieel gestuurde vraag welke behandeling nog doelmatig is bij ouderen, maar op de vraag hoe wij kunnen bevorderen dat mensen passende zorg krijgen in de laatste levensfase. Zorg die behalve effectief en veilig vooral ook patiëntgericht is.’