Met z’n allen verantwoordelijk voor een goede kwaliteit van de geneeskunde

De Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS) voert regels uit rond (her)registratie van geneeskundig specialisten en profielartsen, de registratie bij opleiding tot geneeskundig specialist en profielarts en de erkenning van opleiders en opleidingen. De RGS telt 44 leden en 14 adviseurs; artsen en bestuurders uit de praktijk die de gezondheidszorg een warm hart toedragen. In de rubriek ‘RGS in beeld’ stellen enkele leden en adviseurs van de RGS zich voor. Deze keer is het woord aan Cornella Visser.

Cornella Visser is specialist ouderengeneeskunde en zit namens Verenso als waarnemend lid in de RGS. ‘Ik zit er niet zozeer om de belangen van mijn achterban te verdedigen, maar voor een goede kwaliteit van zorg waar elke Nederlander op moet kunnen vertrouwen.’

In de RGS gaat het om de kwaliteit van de beroepsuitoefening

‘Natuurlijk ben ik er wel alert op dat specialisten ouderengeneeskunde hun vak goed kunnen blijven uitoefenen. Ik vind mijn vak het mooiste specialisme van de geneeskunde. En dat geldt vast ook voor de kleine vijftienhonderd collega-specialisten ouderengeneeskunde. Naast mijn werk heb ik altijd interesse gehad in de bestuurlijke kant van de geneeskunde. Dat gaat verder dan de individuele patiënt in het bed of in de spreekkamer. Dan zit ik hier goed: in de RGS gaat het om de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de volle breedte van het specialistenspectrum.’

Redelijk

‘Regels lopen bijna altijd achter op de actualiteit. Daarom worden ze vaak als zo vervelend ervaren. De regels waar de RGS op toeziet, zijn vastgesteld door de beroepsgroep zelf. Bij uitvoeringskwesties kijken we eerst naar onszelf: interpreteren wij de regel goed? En zo ja, is de regel wel zo handig en redelijk? Waar nodig wordt met de desbetreffende beroepsgroep en het CGS bekeken hoe de regelgeving meer kan aansluiten op de actualiteit en op toekomstige ontwikkelingen.

Binnen mijn vak speelt er van alles. Door het uitkleden van de AWBZ blijven patiënten veel langer thuis. In de toekomst zal een groot deel van onze werkzaamheden dan ook niet meer plaatsvinden in een instelling, maar bij de mensen thuis. Een andere ontwikkeling is dat er nieuwe arbeidsconstructies ontstaan. Er komen steeds meer specialisten ouderengeneeskunde die op ZZP-basis werken. Hoe laat je de regelgeving daarop aansluiten en hoe houd je met al deze veranderingen zicht op de kwaliteit van de individuele beroepsuitoefening? Dat is een uitdaging voor de RGS.’

Aanspreken

‘De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit kun je natuurlijk niet volledig bij instanties als de RGS neerleggen. Als specialist ben je immers vooral zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van je beroepsuitoefening. Zo mag verwacht worden dat bij nascholingen specialisten niet alleen hun handtekening op de presentielijst zetten, maar dat ze de scholing ook daadwerkelijk volgen. Ik hoop en vertrouw er op, dat we toe gaan naar een klimaat waarin collega’s elkaar daar ook op aanspreken. Elke Nederlander moet kunnen rekenen op een goede kwaliteit van de geneeskunde en daar zijn wij met z’n allen verantwoordelijk voor.’