Federatienieuws
René Heman
2 minuten leestijd
Federatienieuws

If it ain’t broke, don’t fix it

Voorzitter KNMG

Plaats een reactie

Je ziet de dood niet altijd aankomen. Een hartaanval bijvoorbeeld kan in één klap een leven beëindigen. Maar ook een ziekbed kan soms opeens een fatale wending nemen, waardoor het einde toch nog abrupt komt. Het zijn gebeurtenissen die nabestaanden in verbijstering achterlaten. Hoe heeft dit kunnen gebeuren?

Een goed gesprek met de behandelend arts, in alle rust en openheid, kan nabestaanden enorm helpen bij de verwerking van het verlies. Ook als zij twijfels hebben over de behandeling kan zo’n gesprek boosheid of verlangen naar genoegdoening vaak al wegnemen voordat die gevoelens worden geformuleerd. In dit proces kan ook het patiëntendossier een rol vervullen: nabestaanden vinden hier zwart-op-wit de feiten waar ze naar op zoek kunnen zijn.

Het is een praktijk die in jaren is opgebouwd en die is bevestigd in jurisprudentie en literatuur over de WGBO, met name in situaties waarin een patiënt is overleden. Op basis van zijn kennis van de overledene, het medisch dossier én zijn ervaring met dit soort situaties maakt de dokter vooraf een inschatting van wat hij de nabestaanden kan vertellen en kan laten zien in het dossier, met als kernvraag: zou de overledene hiervoor toestemming hebben gegeven? Ofwel: hij handelt zoveel mogelijk in de geest van de overledene – en dus met ‘veronderstelde toestemming’ van de patiënt.

Maar nu ligt er een nieuwe wet bij de Eerste Kamer, een wijziging van de WGBO, waarin deze ‘veronderstelde toestemming’ niet is opgenomen voor inzage in of afschrift van het dossier voor nabestaanden. De minister voor Medische Zorg en Sport is van mening dat hij zo tegemoetkomt aan ‘de behoefte aan verduidelijking van de inzageregeling na overlijden’.

Het kan zowel nabestaanden als artsen in een onnodig ingewikkelde situatie brengen

Dit kan zowel nabestaanden als artsen in een onnodig ingewikkelde situatie brengen. Nabestaanden die antwoord zoeken op hun vragen zullen voortaan moeten aantonen dat zij een ‘zwaarwegend belang’ hebben en dat inzage in of afschrift van het dossier noodzakelijk is voor de behartiging van dit belang. Alleen bij een medisch incident of bij schriftelijke toestemming die de patiënt bij leven al gaf, heeft de nabestaande direct een inzagerecht. Anders moet de arts de lastige afweging maken of de nabestaanden, die hij niet altijd goed kent, daadwerkelijk een zwaarwegend belang hebben – dat is een afweging die dus eigenlijk van de wil van de patiënt is losgemaakt. Dit geeft een onnodige druk, zowel emotioneel als juridisch, op nabestaanden en artsen.

Het is een bekend Amerikaans gezegde: ‘If it ain’t broke, don’t fix it’. Als iets goed gaat, laat het dan met rust. Samen met de

Patiëntenfederatie Nederland en andere zorgpartijen vinden wij dat de gegroeide praktijk rond ‘veronderstelde toestemming’ prima werkt. De bestaande praktijk respecteert de autonomie en zelf­beschikking van de patiënt het meest.

Nu de Tweede Kamer ondanks een stevig debat met de wetswijziging van de minister akkoord is gegaan, hebben wij onze hoop gevestigd op de Eerste Kamer. Ik hoop dat de Chambre de Réflexion hier nog eens goed over nadenkt. Want als iets goed gaat, waarom zou je het dan willen repareren?

René Héman, voorzitter artsenfederatie KNMG

Federatienieuws KNMG
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.