Beter
Plaats een reactie
In 2017 werd het KNMG visiedocument ‘Zorg die werkt’ uitgebracht over de toekomst van de arbeidsgerelateerde medische zorg in Nederland.1 Dat document zag het licht op initiatief van de NVAB en de NVVG en werd met federatiebrede steun vastgesteld.
Het rapport stelt dat arbeidsgerichte medische zorg een integraal onderdeel van de zorg is en de gezondheid van werkenden centraal staat. De zorg richt zich verder op participatie van werkenden en voorkomt medicalisering. Daarnaast pleit het rapport voor toegankelijkheid van deze zorg voor alle werkenden, en vraagt het alertheid van alle artsen op arbeid als determinant van gezondheid. Dat zijn helaas nog geen vanzelfsprekendheden.
Exact dát is de achtergrond van een recent manifest van de Samenwerkende Organisaties Arbeid & Gezondheid.2 Deze patiëntorganisaties pleiten met steun van tal van maatschappelijke organisaties, waaronder de NVAB, voor een gezamenlijk actieprogramma van VWS en SZW. Werk moet volgens dit manifest een behandeldoel worden en vanaf de diagnose opgenomen zijn in het zorg- en behandeltraject. En dus moet er ook passende financiering komen voor arbocuratieve zorg.
Medische zorg schiet tekort als die zich beperkt tot diagnostiek en behandeling
In dit verband moet ook zeker een unaniem in de Tweede Kamer aangenomen motie over oncologische klinische arbeidsgeneeskunde genoemd worden.3 Alhoewel de motie uit 2020 stamt komt de uitwerking daarvan nu op gang. Opnieuw wordt erop gewezen dat te veel (kanker-)patiënten hun baan verliezen en daarna ook lastig weer aan het werk komen. Dat duidt dus op een gemis in de medische zorg voor werkenden met kanker, en pleit voor het integreren van op functioneringsherstel gerichte medische zorg in curatieve zorg. De NVAB treedt nu in nauwe samenwerking met de NVKA op als penvoerder voor een gesubsidieerd projectvoorstel. Wij zien dit is als een ideale pilot om op één specifiek ziektedomein de noodzakelijke brug te slaan en financiering te vinden. Wat ons betreft kan dit als voorbeeld dienen voor bredere toepassing. Dat wij daarbij tegen een groot aantal systeemobstakels zullen aanlopen, is nu al duidelijk. Maar zonder het bij elkaar brengen van de noodzakelijke kennis en ervaring zal de voorgestane verandering en samenwerking in de zorg er niet komen.
Medische zorg schiet tekort als die zich beperkt tot diagnostiek en behandeling. ‘Behandeling afgerond, baan kwijt’ is geen incident. Herstel van functioneren in algemene zin, en waar gewenst zeker ook in werk, moet een uitkomstmaat zijn van goede (medische) zorgverlening.
In 2017 was het een doktersgeluid, in 2022 een maatschappelijk geluid met brede politieke steun.
Ik ben er echt van overtuigd dat betere zorg niet afhangt van nog meer specialisatie en technologische vooruitgang, maar vooral van betere samenwerking. Laten we daar dus op blijven inzetten. Laten we samen inzien dat de medische gezondheidszorg uit meer bestaat dan geneeskundige zorg. Artsen van de toekomst, werkend in en aan zorg van de toekomst. Elkaars competenties kennend en zoekend, over domeinen en specialisaties heen. Stichtende woorden maar vergeef me: het is mijn laatste voorzitterscolumn. Ik heb in ruim vier jaar NVAB-voorzitterschap met heel erg veel plezier en motivatie mijn steentje bijgedragen.
Voetnoten
1. KNMG: Arbeidsgerichte medische zorg
2. Patientenfederatie: Bouw de brug tussen werk en gezondheid voor beter werk(behoud) bij ziekte
- Er zijn nog geen reacties