Meer van Bert Keizer

  • Adieu, vaarwel, tot ziens, dag…

    Dit is mijn 196ste column en ik heb het, als ik goed reken, iets meer dan zeventien jaar gedaan. Het is me nooit overkomen dat de redactie zei: dit kan écht niet! Wel dat ze zeiden: we volgen je niet – verhaal is niet sluitend – zeg het duidelijker.

  • Bonus

    Meer geld voor onze helden in de zorg? Er werken ongeveer 180 duizend verpleegkundigen. Als ze 250 euro per maand extra krijgen, dan kost dat 540 miljoen euro per jaar. Er zijn ongeveer 25 duizend specialisten en als we die 250 euro extra geven, dan kost dat 75 miljoen euro. Er zal van alles mankeren aan deze calculatie, maar in grote lijnen klopt het wel en dan zie je ook meteen het probleem. Dit is echt te duur. Waarmee we zijn aangeland in het gesprek over de rechtvaardiging van inkomensverschillen.

  • Wij menen te kunnen beweren dat Freud ernaast zat

    In het kader van een voordracht herlas ik Freud. Nee, niet alles. Wat mij trof was de absurde aard van Freuds duidingen. Ik geef u een voorbeeld: meneer Müller is met zijn vrouw op vakantie in de bergen. Ineens krijgt hij een fitnessaanval. Hij vindt zichzelf te dik. Maar dat is hij helemaal niet. Maakt niet uit, hij gaat bergop bergaf joggen om zijn ‘dikte’ te bestrijden.

  • Naast ellende heeft de coronacrisis ook iets goeds opgeleverd

    In precoronatijden was er ergens in de zomer, als ook het wereldnieuws op vakantie ging, altijd weer ruimte om breeduit in te gaan op het beroerde zorgniveau in verpleeghuizen. Het jaarlijks terugkerende shot betrof een halfnaakte verpleeghuisbewoner – verwilderde haren, tot op de enkels afgezakte incontinentieluier, afwezige blik – die zich onverstaanbaar mompelend in diepe eenzaamheid voortsleepte door een helverlichte troosteloze gestichtsgang.

  • ‘Stille ramp’

    Een aardige illustratie van het verschil tussen cure en care was de uitzinnige publieke aandacht voor ‘de heldhaftige strijd’ op de ic-afdelingen waar ‘helden in de frontlinie’ et cetera. Terwijl er op datzelfde moment in de verpleeghuizen sprake was van wat men op onvergeeflijke wijze kenschetste als ‘een stille ramp’.

  • Beter zicht

    Bent u ook zo trots op het feit dat u zo trots mag zijn omdat iedereen zo trots is op u? Vind ik wel iets om trots op te zijn. Ja, ik hou op.

  • Vooroordeel

    In 1973 publiceerde David Rosenhan een essay in Science onder de titel On being sane in insane places. Hij beschreef hoe acht pseudopatiënten zich onder zijn leiding aanmeldden bij twaalf psychiatrische ziekenhuizen. Deze mensen mankeerden niets, afgezien van het feit dat ze bij hun aanmelding zeiden stemmen te horen.

  • Een akelig formulier

    Elk jaar worden artsen zesduizend keer geconfronteerd met het formulier dat je bij euthanasie moet invullen bij wijze van verslaglegging aan de Regionale Toetsingscommissie. Het is een vervelend formulier, omdat je gedwongen wordt zaken uit te zoeken die volstrekt irrelevant zijn voor een oordeel over de euthanasie die plaatsvond.

  • Tunnel

    In menig doktershoofd zit dit rijtje: anamnese – nader onderzoek – diagnose – therapie. Pijn in de lies – X-check – coxartrose – totale heup. Ja, soms loopt het als een trein. Of deze: hoesten, koorts, benauwd – auscultatie – pneumonie – antibiotica. Het rijtje aan het eind waarvan de pneumonie opduikt is uitermate dubieus.

  • Terugblik

    Precies de helft van ons werk doen we uitstekend. Als het erom gaat uit te zoeken wat er fout zit in een ziek lichaam dan zijn we bereid en in staat om diagnostisch door te graven tot desnoods moleculair niveau. De andere helft: goed gezelschap zijn voor een lijdend mens, wordt vaak met rust gelaten, of vluchtig afgeraffeld. Ik neem u mee naar een doorsneehuisartsdossier. Het gaat om mevrouw X, nu 85 jaar oud. Ik heb geturfd wat haar aan geneeskunde is overhandigd in de afgelopen drie jaar van haar leven.

  • Helemaal dood?

    Elke dokter moet weleens de dood vaststellen, een medische handeling die niet altijd even overzichtelijk is. Dat komt deels door een historische dimensie. Want vroeger, toen er nog een ziel in het lichaam aanwezig was, ging iemand in een oogwenk dood en wel precies op het moment dat de ziel het lichaam verliet.

  • Aletrino was ziekelijk gevoelig

    Collega R. zei laatst tegen mij: ‘Schrijf jij nou eens iets opgewekts over geneeskunde, want je zeurt vaak over het vak, wist je dat?’ Ik zei maar niks.

  • Het Recht is geen bovenmenselijke instantie

    Om maatschappelijk op de minst schadelijke wijze samen te hangen hebben we een rechtssysteem nodig. En hoewel wij het zelf scheppen, hebben we het enigszins buiten ons geplaatst. We zeggen ‘Het Recht zal zegevieren’, alsof Het Recht zich boven ons bevindt en wij maar moeten afwachten hoe het ons zal aangrijpen.

  • Tóch een X-thorax: wat bezielt deze collega’s?

    Van professor Kuiper, ooit hoogleraar psychiatrie aan de UvA, hoorde ik het dictum: ‘Wo die Begriffe fehlen, stellen die Wörter sich ein.’ En hiermee is mijn voorraad Goethe-citaten op. Een jaargenoot maakte ervan: ‘Waar geen genezing is, daar komen de pillen tevoorschijn.’ Een van de opvallendste aspecten van de geneeskundige praktijk is immers dat we met allerlei onzin aankomen tegen nare toestanden waarvoor eigenlijk geen remedie voorhanden is.

  • Dokters en sterfbedden

    Sommige, of nee, verreweg de meeste van onze handelingen kun je niet binnen de veilige omheining van een protocol krijgen. Zo weet niemand hoe vaak u op uw scherm mag kijken terwijl de patiënt tegenover u zit. Of hoeveel telefoontjes u tijdens zo’n gesprek mag beantwoorden. Of welke disciplinaire maatregelen u tegemoet kunt zien als u een patiënt drie kwartier laat wachten. Vooral dat laatste, helaas niet-bestaande, protocol zou mij erg aanspreken.

  • Kunnen we in godsnaam terug naar de boerenverstandregel?

    In ons werk sturen we veel informatie over patiënten heen en weer. Vroeger met de post. Ik zette dan met koeienletters ‘VERTROUWELIJK’ op de envelop, alsof dat ertoe zou leiden dat de postbode, geheel tegen zijn gewoonte in, deze nou eens niet zou openmaken. Magisch denken.

  • Gespartel voorkomen

    In 2016 verleende een collega euthanasie aan een mevrouw die zo ver heen was in haar dementie dat ze niet meer kon zeggen dat ze wilde sterven. Ze had eerder opgeschreven dat ze niet naar een verpleeghuis wilde, maar (klassiek) daar eindigde ze toch.

  • In het ziekenhuis begint het gemieter

    Mevrouw Frederiksen is opgenomen op de PG-afdeling in het verpleeghuis. Ze heeft helaas ruzie met mevrouw Pietersen. De onvermijdelijke confrontatie volgt: op een dag geeft mevrouw Pietersen mevrouw Frederiksen een gemene duw. Frederiksen valt en breekt haar heup.

  • Ik beschouw dr. Kneipp en dr. Vogel niet als collega’s

    Ergens in 2014 zat Sjoerd Repping, hoogleraar voortplantingsgeneeskunde aan de UvA, in Buitenhof. Ik weet dit niet vanwege mijn olifantengeheugen (of zoals we tegenwoordig zeggen: mijn uitzonderlijk alerte hippocampus) maar omdat ik er iets over schreef in Filosofie Magazine.

  • Nog altijd voorpaginanieuws

    Tot 1850 stond de dokter er hoofdschuddend bij, na 1900 waagde hij zich steeds dieper en verstandiger het lichaam in, en na 1950 is er ogenschijnlijk geen houden meer aan: geneeskunde kan meer, en meer, en meer. Maar één ding bleef hetzelfde: het sterftepercentage van de mens is nog steeds 100 procent.

  • Bedside manner

    Geheel tegen mijn neiging weet ik er niet zo’n goed Nederlands woord voor. Maar ik werd er weer eens op gewezen door een jonge collega, die zich ongemakkelijk voelde toen ze een huiskamer betrad waar zich zo’n tien familieleden rond het bed hadden geschaard, die vol verwachting uitkeken naar wat zij zou gaan doen.

  • De emotionele amygdala

    Tijdens een voordracht over de hersenscan zei ik nogal overmoedig over Het puberende brein van Eveline Crone dat het hele boek neerkwam op: ‘Sanne ruimt haar kamer niet op omdat haar kameropruimkwab nog niet rijp is. Gerda ruimt haar kamer wel op, want haar kameropruimkwab is vroegrijp.’

  • Fondsenwerving

    Het blijft een bloeddruk verhogend schouwspel, de collega die de media in stormt met een ongefundeerd ‘Eureka!’. De pijnlijkste blijft voor altijd professor Buck, die in 1990 heel even wereldnieuws was omdat hij meende iets te hebben ontdekt tegen wat we toen nog aids noemden.

  • Schriftelijk

    Een van de vele dingen die mensen niet goed begrijpen, is de schriftelijke wilsverklaring bij euthanasie. Vanuit de kringen waarbinnen je enige helderheid van geest verhoopt op dit punt werd er onlangs een aanzienlijke hoeveelheid dichte mist de gemeenschap in geblazen.

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.