Handhaving vermelden BIG-nummer uitgesteld
Artsen hoeven voorlopig hun BIG-nummer nog niet te vermelden, ook al gaat de regelgeving rondom het vermelden per 1 januari 2021 van start.
Artsen hoeven voorlopig hun BIG-nummer nog niet te vermelden, ook al gaat de regelgeving rondom het vermelden per 1 januari 2021 van start.
Het heeft ruim vijf jaar geduurd, maar nu is er dan eindelijk een definitief kwaliteitsstatuut voor de geestelijke gezondheidszorg. Heet hangijzer in de afgelopen jaren was het onderdeel regiebehandelaarschap, dat in de plaats komt van het hoofdbehandelaarschap .
Na het invoeren van een systeem dat regelmatig feedback geeft over de uitkomsten van geopereerde patiënten, neemt het aantal complicaties af. Dit blijkt uit onderzoek van Antoine Duclos e.a. dat in The BMJ is verschenen.
Het concept ‘juiste zorg op de juiste plek’ is massaal omarmd. Maar er is weinig oog voor de praktische consequenties ervan, zoals de investeringen in tijd en geld. Laurens Huisman en Wilma van der Scheer zetten de kanttekeningen op een rij.
Bij slokdarm- en maagchirurgie komen veel complicaties voor. Om hier iets aan te doen, staken de chirurgen de koppen bij elkaar. In een vertrouwelijke sfeer bespraken ze hun resultaten openlijk en dat leidde tot een vruchtbare uitwisseling.
De Inspectie Gezondheidzorg en Jeugd (IGJ) was tijdens de coronagolf in het voorjaar zeer terughoudend in het uitvoeren van inspectiebezoeken, maar stelt nu als voorbereiding op een eventuele tweede golf vaker in ziekenhuizen en (particuliere) klinieken aanwezig te zullen zijn. Hiermee wil de inspectie toetsen of alle geleerde lessen uit de eerste golf effectief worden toegepast.
Het heeft vijf jaar geduurd en het Zorginstituut moest zijn doorzettingsmacht ervoor inzetten, maar het Kwaliteitskader Spoedzorgketen is nu vastgesteld. ‘Een belangrijke stap in het continu blijven verbeteren van de spoedzorgketen, schrijft minister Martin van Rijn in een brief aan de Tweede Kamer over het kwaliteitskader dat in februari in het kwaliteitsregister werd opgenomen.
Stijgende zorgkosten hebben veel oorzaken. Overbehandeling is er een van. Dit kan alles te maken hebben met verkeerde interpretaties van het verschijnsel pijn, en in het bijzonder chronische pijn.
Hard werken, laten zien dat je enthousiast bent, medisch-inhoudelijk goed doen en daarnaast ‘gewoon een fijne collega’ zijn. Er werd niet gevraagd of ik kon meedenken wat een optimale manier van communicatie op een volle zaal was, en of er qua organisatie misschien nog dingen anders konden.
Steeds meer acuut zieke kinderen belanden via de huisartsenpost op de SEH. In Nijmegen slaan de opleidingen van huisartsen en kinderartsen daarom de handen ineen. Huisartsen en kinderartsen in opleiding gaan tijdens de dienst samen kinderen beoordelen, op de huisartsenpost en op de SEH.
We leren niet vaak van wat al goed gaat. Toch had een project in Ede precies dat doel. Door video-opnames te maken van standaardwerkwijzen en deze samen te bespreken werd het zorgproces geoptimaliseerd.
Er moet een kwaliteitsstandaard komen waarin staat op welke manier taalbarrières in de zorg geslecht kunnen worden. Daarvoor pleiten 85 artsen, wetenschappers, deskundigen en patiëntvertegenwoordigers in een brief aan gynaecoloog Jan Kremer, de voorzitter van de kwaliteitsraad van het Zorginstituut.
De behandeluitkomsten van artsen die vaak meerdere dagen achter elkaar werken zijn iets beter dan die van artsen die dat veel minder vaak doen. Dit blijkt uit onderzoek van James Goodwin e.a. dat in JAMA Internal Medicine verscheen.
Chronische pijn heeft fysieke én mentale componenten. De zorgstandaard erkent dat, maar wordt helaas slecht nageleefd. Dat kost de patiënt kwaliteit van leven en de samenleving nodeloos veel geld. Andere financiële prikkels kunnen dit voorkomen.
Sommige patiënten met traumatisch hersenletsel, zoals een ernstige hersenschudding, lopen vast in de zorg en wijken uit naar een gespecialiseerde kliniek in de VS. Die pakt het probleem radicaal anders aan en meldt opvallend gunstige resultaten. Dat vraagt om een kritische beschouwing.
Weeg de kwaliteit van zorg in de mate waarin het bijdraagt aan een goed leven. Goede zorg moet hierop aansluiten door de gezondheid van patiënten te versterken voor eigen regie, sociale activiteiten en persoonlijke zingeving.
De groeiende groep overlevenden van kanker krijgt op termijn alsnog te maken met gezondheidsproblemen. Maar die worden vaak te laat herkend. Betrokken specialisten pleiten voor betere zorg, die de mens centraal zet.
Mensen met een ernstige psychische aandoening of verstandelijke beperking hebben een verhoogd risico op onder meer hart- en vaatziekten, maar juist deze doelgroep wordt over het hoofd gezien. De werkgroep GGZ van de Huisartsenkring Amsterdam-Almere wil hier wat aan doen.
Immunotherapie is steeds vaker geïndiceerd bij kankerpatiënten. Maar het beslag op personeel en voorzieningen wordt daarmee onhoudbaar groot. Toedienen in de thuissituatie blijkt een uitstekend alternatief, voor alle partijen, zeggen artsen van het Radboudumc.
Slaapproblemen komen veel voor en hebben zeer nadelige gezondheidseffecten. Er is een effectieve eerstelijnsbehandeling, maar de organisatie en de financiering daarvan staan nog in de kinderschoenen.
De centrale registraties van verslavingshulp en traumazorg worden al geruime tijd niet of niet volledig gevuld. Privacywetgeving is een sta-in-de-weg. Een wetswijziging moet hier verandering in brengen. Dat lost niets op voor andere kwaliteitsregistraties.
De landelijke multidisciplinaire kwaliteitsregistratie ParkinsonInzicht is voorlopig stopgezet. De deelname was beperkt, er waren geen relevante uitkomsten en de administratieve lasten waren hoog. Een harde leerschool.
Tot aan zijn plotselinge overlijden in januari 2018 koppelde Lany Slobbe gegevens uit verschillende administratieve zorgdatabases voor een beter inzicht in bijvoorbeeld kwaliteit van ziekenhuiszorg.
Veel artsen gaan ten onder in de huidige prestatiecultuur, waarin het tonen van onzekerheid een zwakte is en foutloos handelen een must. Oplossingen als weerbaarheidstraining zijn puur gericht op de persoon, en pakken het ziekmakende systeem niet aan. Terwijl dát juist moet veranderen, stellen Liesbeth van der Jagt en collega’s.
Tijdens een waarneming in Duitsland ziet neuroloog Jan Bonte hoe desastreus kwaliteitsindicatoren kunnen zijn voor de gezondheidszorg.