Wat ziet u?
Elaine Schepers
2 minuten leestijd
Gezien

Zeldzame locatie EUG

Plaats een reactie

Een 26-jarige patiënte (G2, P1) werd bij een amenorroeduur van 7 5/7 weken op de poli gynaecologie gezien wegens een milde, niet krampende buikpijn zonder vaginaal bloedverlies.

Stuur ook úw casus in >

We besloten een transvaginale echo te maken. Daarop was een leeg cavum uteri te zien, beide ovaria waren à vue zonder bijzonderheden en er was geen vrij vocht in cavum Douglasi.

Het serum bèta-HCG was 8977 IE/l. Differentiaaldiagnostisch dachten we aan een missed abortion dan wel zwangerschap met onbekende locatie (ZOL). Ook een kiemceltumor was een, zij het aanzienlijk minder waarschijnlijke, differentiaaldiagnostische mogelijkheid. Bij herbeoordeling een dag later zagen we een stijgend bèta-HCG (9886 IE/l) en echoscopisch een vitale zwangerschap in de rechtertuba (een foetus met hartactie in een vruchtzakje), CRL (Crown-Rump Length) conform 6 2/7 weken. We stelden de diagnose extra-uteriene graviditeit. Conform de richtlijn ‘Tubaire EUG en ZOL’ werd diezelfde dag – in overleg met patiënte – een therapeutische laparoscopie verricht. Peroperatief zagen we echter geen tubaire extra-uteriene graviditeit (EUG), maar een EUG tegen de rechterbekkenwand. We besloten het retroperitoneum te openen en de vruchtzak grotendeels te verwijderen middels zuigen en coagulatie. Om hemostase te bevorderen en te controleren werd Novacol tegen de bekkenwand en een drain in cavum Douglasi achtergelaten. De eerste postoperatieve dag bleek het serum bèta-HCG gedaald tot 4474 IE/l en het Hb stabiel. De drain kon worden verwijderd. Diezelfde dag kon patiënte in goede conditie met ontslag. Het serum bèta-HCG werd herhaaldelijk bepaald en normaliseerde binnen vijf weken.

Abdominale implantatie van een vruchtzak is een zeer zeldzame lokalisatie van een extra-uteriene graviditeit. Afwachten kan leiden tot complicaties en een minder succesvolle behandeling. De NVOG-richtlijn verwijst hierbij naar de RCOG-richtlijn (Royal College of Obstetricians & Gynaecologists) of adviseert een expertisecentrum te consulteren. RCOG Green-top Guideline No 21 vermeldt dat laparoscopische behandeling veilig en effectief is bij een vroege diagnose en implantatie zonder vascularisatie. Alternatieve behandelingen zijn systemische toediening van methotrexaat en ultrasound-geleide foeticide. Bij vergevorderde abdominale zwangerschap wordt een laparotomie aangeraden.

1. De EUG wordt door het rechterovarium aan het zicht onttrokken.
1. De EUG wordt door het rechterovarium aan het zicht onttrokken.

2. Het rechterovarium en de tuba zijn naar ventraal verplaatst, zodat de EUG zichtbaar wordt.
2. Het rechterovarium en de tuba zijn naar ventraal verplaatst, zodat de EUG zichtbaar wordt.
auteurs

Elaine Schepers, destijds coassistent obstetrie en gynaecologie, Zuyderland Medisch Centrum

dr. Mirjam Engelen, gynaecoloog, Zuyderland Medisch Centrum

contact

e.schepers@student.maastrichtuniversity.nl cc: redactie@medischcontact.nl

gezocht

Meer interessante casussen voor deze rubriek!

Stuur tekst (max. 300 woorden) en beeld naar redactie@medischcontact.nl.

Als uw casus wordt gepubliceerd, ontvangt u van ons het boek Canon van de geneeskunde in Nederland.

spelregels

Gezien 46 2017 (pdf)

Gezien zwangerschap
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.