Tuchtrecht
1 minuut leestijd
Actuele uitspraak

Huisarts verantwoordelijk voor handelen assistente

2 reacties

Klager heeft zich met rug- en beenklachten tot de huisartsenpraktijk gewend, waar hij te woord is gestaan door de assistente. Zij heeft hem geadviseerd pijnstillers te nemen tegen de pijn.

Na een week belde klager met de praktijk en sprak opnieuw de assistente. Zij vertelde dat de huisarts naar de rug en benen van klager zou kijken als hij naar de praktijk zou komen. Maar daartoe achtte klager zich niet in staat en hij beëindigde het telefoongesprek.

Klager stelt dat er sprake is van plichtsverzuim en dat de assistente hem medicijnen heeft voorgeschreven zonder dat de huisarts een diagnose heeft gesteld. Volgens het college is de huisarts in beginsel verantwoordelijk voor het handelen van de assistente. In zoverre is klager dus ontvankelijk in zijn klacht, maar inhoudelijk is de klacht ongegrond. De assistente heeft overeenkomstig het beleid van de praktijk – conform de NHG-Standaard – gehandeld, door een inschatting te maken van de ernst van de klachten en vervolgens eerst pijnstilling te adviseren.

RTG Amsterdam, 1 augustus 2023

Elke week selecteren KNMG-juristen opvallende uitspraken in het gezondheidsrecht. Een volledig overzicht kunt u vinden op medischcontact.nl/recht. Tegen uitspraken van regionale tuchtcolleges kan tot zes weken na de uitspraak nog hoger beroep worden aangetekend.

Meer tuchtrecht:
Tuchtrecht
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • P.J. Mitra

    arts en jurist, onafhankelijk medisch adviseur ArtsTotaal, Schaijk

    Typisch een flutklacht, die veel pennen in beweging brengt, maar vooral weer een huisarts van zijn werk houdt.

    @collega Van Koningsveld

    Wat ik ervan begrijp, is dat iemand vanwege pijnklachten in de rug en benen (= niet spoedeisend behoudens alarm...tekenen) naar de praktijk komt, zonder afspraak en verlangt direct door een huisarts te worden gezien. Dat dat niet kan is algemeen bekend.

    Vervolgens vraagt de assistente (terecht) of er al pijnstilling is gebruikt, dat is niet het geval, maar wel het advies. Hierop neemt de patiënt het initiatief om weer heen te gaan. Een nieuwe afspraak wordt niet gemaakt.

    Twee dagen later (oudjaarsdag) belt hij de huisartsenpost met dezelfde klacht. De triagist geeft hem (terecht) hetzelfde advies en stuurt (terecht) niet een huisarts langs. Immers: geen spoed, geen pijnstilling geprobeerd en kan prima door de eigen huisartsenpraktijk worden opgepakt, voor zover geïndiceerd.

    Zes dagen later belt de patiënt de spoedlijn met dezelfde klacht, die daar niet voor is bedoeld. De klachten zijn niet afgenomen, maar hij heeft ook geen pijnstilling genomen. Hij wil eerst een dokter zien. Hij kan een consult krijgen, maar (terecht) geen visite. Dat hij niet zou kunnen lopen naar de praktijk is immers een logistiek probleem en geen reden voor een visite. Hierop verbreekt hij weer de verbinding. De waarnemend huisarts belt later terug en spreekt de partner.

    Vervolgens wordt er een tuchtklacht ingediend tegen de praktijkhouder, die betrokkene alleen kent van een kennismaking maanden daarvoor. De praktijkhouder hoort ervan en probeert de dialoog aan te gaan met de patiënt, maar die geeft niet thuis.

    De doktersassistenten werken onder de verantwoordelijkheid van de praktijkhouder; overigens ook onder die van de andere huisartsen inclusief de waarnemer. In zoverre is de patiënt dus ontvankelijk in de klacht tegen de praktijkhouder. Maar door het volgen van de NHG-richtlijn is er niets fout gedaan. Ook is er meer dan genoeg gedaan om de patiënt te helpen. Verder heeft de praktijkhouder nooit hem eigenhandig zorg verleend, dus een direct verwijt, anders dan supervisor zijn van de doktersassistentes, is hem niet te maken.

    Daarom (terecht) als uitkomst, dat de klacht wordt afgewezen jegens de praktijkhouder. De waarnemer kreeg geen klacht, dus dat laat men verder onbesproken, maar ook in diens geval zou de klacht afgewezen moeten zijn, als die klacht ook diens handelen zou hebben betroffen.

    De lessen die uit deze uitspraak getrokken moeten worden zijn onder meer:
    1. als arts ben je eindverantwoordelijk voor het handelen en nalaten van iedereen die wel/niet met BIG-registratie functioneel onder je werkt, en ongeacht of die wel of niet met jou communiceert, behoudens grove nalatigheid, onjuist of onterecht niet informeren en nog een hoop mitsen en maren die ook in de jurisprudentie zijn vastgelegd (dit idee roept in mijn ervaring veel weerstand op, maar toch is het zo).
    2. zolang je je aan de vigerende richtlijnen houdt (en ongelijke gevallen geen ongelijke benadering vergen) is er in principe geen verwijt te maken
    3. je dossiervoering moet op orde zijn en controleerbaar (dus o.a. niet in Word); al wat daarin beschreven staat is gebeurd, behoudens tegenbewijs; wat er niet in staat is niet gebeurd, behoudens tegenbewijs; kunnen aantonen dat je moeite hebt gedaan om in dialoog te blijven en het probleem op te lossen, ook al ligt de schuld (grotendeels) niet bij jou, is goed.
    4. slechts in een minderheid van gevallen komt een tuchtklacht tot het opleggen van een maatregel, niet zelden omdat het flutklachten betreft.

    [Reactie gewijzigd door Mitra, Peter John op 30-09-2023 17:12]

  • M.P. van Koningsveld

    Psychiater, Zwolle

    Ik begrijp het niet helemaal, misschien heb ik niet goed gelezen. Is er door het handelen van de assistente en de huisarts iets gemist?? Of klaagt patiënt alleen over het feit dat hij een arts had willen zien (voor zijn rug- en beenpijn die inmiddels... alweer over is)?

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.