SEH-arts hoefde patiënt niet te reanimeren
Plaats een reactieDe echtgenoot van klaagster was COPD-patiënt. Hij is meermaals opgenomen geweest in het ziekenhuis waar beklaagde (SEH-arts) werkzaam is. Tijdens de laatste opname heeft de SEH-arts in overleg met patiënt afgesproken geen reanimatie uit te voeren. Hij heeft dit vastgelegd en dit is nadien nog tweemaal door andere behandelaars in het patiëntendossier genoteerd.
Toen patiënt enkele maanden later met ernstige benauwdheidsklachten naar de SEH werd gebracht, heeft de SEH-arts geen reanimatie toegepast. Klaagster verwijt de SEH-arts onder meer dat hij haar echtgenoot niet heeft gereanimeerd. Zij is van mening dat hij dit wel wilde en het met de familie overlegd had moeten worden.
Volgens het regionaal tuchtcollege mocht verweerder afgaan op de afspraken die met klager tijdens diens volle bewustzijn zijn gemaakt en in het patiëntendossier zijn vastgelegd. Doordat verweerder het besluit bovendien in overleg met collega-artsen heeft genomen, heeft verweerder niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. De klacht wordt ongegrond verklaard.
RTG Amsterdam, 17 april 2020
Elke week selecteren KNMG-juristen opvallende uitspraken in het gezondheidsrecht. Een volledig overzicht kunt u vinden op medischcontact.nl/recht Tegen uitspraken van regionale tuchtcolleges kan tot zes weken na de uitspraak nog hoger beroep worden aangetekend.
- Er zijn nog geen reacties