Klacht tegen huisarts ongegrond
Plaats een reactieKlager is patiënt van beklaagde (huisarts). Hij verwijt beklaagde onder meer te lang afwachtend beleid te hebben gevolgd. Klager kwam met pijnklachten in linkerbeen en onderrug bij beklaagde. Op grond van lichamelijk onderzoek werd de diagnose hernia gesteld.
Wegens aanhoudende pijnklachten heeft klager meerdere malen contact gehad met (de praktijk van) beklaagde. Daarbij werd telkens gevraagd naar alarmsymptomen. Deze deden zich niet voor. Na drie weken werd een verwijzing naar een neuroloog opgestart. Klager ondergaat intussen een rugoperatie.
Wegens fors krachtsverlies in zijn linkerbeen nadien, wordt klager door een waarnemer met spoed doorverwezen naar een neuroloog. Het regionaal tuchtcollege overweegt dat beklaagde heeft gehandeld conform de NHG-Standaard Lumbosacraal radiculair syndroom. Deze staat een afwachtend beleid voor. Bij bepaalde alarmsymptomen kan besloten worden eerder te verwijzen naar neuroloog of orthopeed. Uit het medisch dossier is niet gebleken dat er voor de rugoperatie sprake was van alarmsymptomen. De klacht wordt ongegrond verklaard.
RTG Den Haag, 26 februari 2020
Elke week selecteren KNMG-juristen opvallende uitspraken in het gezondheidsrecht. Een volledig overzicht kunt u hier vinden. Tegen uitspraken van regionale tuchtcolleges kan tot zes weken na de uitspraak nog hoger beroep worden aangetekend.
- Er zijn nog geen reacties
