Gz-psycholoog had persoonlijk gesprek moeten aangaan
Plaats een reactieKlager is in zijn jeugd gediagnosticeerd met het syndroom van Asperger en depressies. Vanwege depressieve gevoelens is klager verwezen naar de instelling waar beklaagde als gz-psycholoog en psychotherapeut werkzaam is.
Beklaagde is bij de behandeling van klager betrokken geraakt in zijn rol als werkbegeleider van de basispsycholoog die klager behandelde. Klager twijfelde aan de diagnose asperger. De basispsycholoog en beklaagde kwamen echter tot de conclusie dat er onvoldoende aanwijzingen waren om de diagnose asperger weg te strepen.
Dit heeft de basispsycholoog vervolgens met klager gedeeld, waarop deze aangaf de bevindingen schriftelijk te willen ontvangen. Beklaagde wilde dit niet doen en vond het verslag van de basispsycholoog voldoende. Klager verwijt beklaagde dat hij onzorgvuldige diagnostiek heeft bedreven, dat hij de communicatie over de betwiste diagnose en de afsluiting van de behandeling aan de basispsycholoog heeft overgelaten, dat hij herhaaldelijk heeft geweigerd met klager in gesprek te gaan en dat hij heeft nagelaten het medisch dossier in te zien. Het college acht alleen de klacht van het overlaten van de communicatie aan de basispsycholoog en het weigeren van een persoonlijk gesprek gegrond. Waarschuwing.
RTG, 15 april 2022 (GZ-psycholoog)
RTG, 15 april 2022 (psychotherapeut)
Elke week selecteren KNMG-juristen opvallende uitspraken in het gezondheidsrecht. Een volledig overzicht kunt u vinden op medischcontact.nl/recht. Tegen uitspraken van regionale tuchtcolleges kan tot zes weken na de uitspraak nog hoger beroep worden aangetekend.
Meer tuchtrecht- Er zijn nog geen reacties