‘Studenten vragen vaak alleen feedback aan hun supervisor’
Plaats een reactieCharlotte Eijkelboom, basisarts, pleit voor meer ‘feedbackgeletterdheid’ bij geneeskundestudenten én artsen. Onlangs promoveerde ze aan de Universiteit Utrecht op patiëntparticipatie in de geneeskundeopleiding, met als focus patiëntfeedback.
‘Toen ik aan mijn promotieonderzoek begon, zei een bestuurslid van de universiteit: “Het is hartstikke mooi werk wat je doet, maar je zult ook veel weerstand krijgen”’, zegt Charlotte Eijkelboom, anios kindergeneeskunde, onderzoeker en docent. ‘Ik heb inderdaad wel wat weerstand ervaren tijden mijn promotieonderzoek, maar óók veel bijval.’ Ze herinnert zich geen concrete situaties waarin ze op weerstand stuitte, maar wel reacties van zorgverleners als: wat kunnen we van patiënten leren dat we niet van elkaar kunnen leren? Een hoop, zo blijkt uit haar proefschrift. Het betreft grotendeels kwalitatief onderzoek via interviews en vragenlijsten die ze afnam bij geneeskundestudenten van het UMC Utrecht.
Gelijkenissen
Aan de hand van een college waarin ouders (patiëntdocenten) hun verhaal vertelden over de zorg en ziekte van hun kind of kinderen, constateerde Eijkelboom dat studenten makkelijker het perspectief van een patiënt kunnen innemen naarmate ze meer gelijkenissen tussen zichzelf en een patiënt zien. En als ze zelf – of andere studenten – vragen aan een patiënt kunnen stellen en er een gesprek op gang komt. ‘Dat laatste, stimuleer interactie, is een mooie praktische tip aan docenten om in de collegezalen toe te passen. Dat eerste vind ik zorgelijk. We hopen studenten te leren om patiëntgerichte zorg te leveren aan alle patienten die ze tegenkomen. Schijnbaar is dat moeilijker als een patiënt niet op jou lijkt. Dat was al bekend uit andere onderzoeken, en nu komt dit weer naar voren.’ Daarom vindt Eijkelboom dat er meer diversiteit nodig is qua patiëntdocenten. ‘Dat zijn vaak hoogopgeleide witte perspectieven.’
Geloofwaardigheid
Een andere bevinding is dat het oordeel van studenten over de geloofwaardigheid van patiënten als feedbackgever afhangt van het onderwerp. Zo kunnen studenten patiënten als meer geloofwaardig beoordelen als de feedback gaat over de communicatie, maar minder als die bijvoorbeeld gaat over medische zaken. ‘Voor studenten én artsen is het belangrijk om erover na te denken: met wie heb ik allemaal te maken tijdens mijn werk en wie kan ik op welk onderwerp het beste om feedback vragen? Dan is de kans groter dat je ook iets met die feedback kunt doen’.
In haar proefschrift beschrijft ze ook zes veelvoorkomende valkuilen van feedback ontvangen. Een van de valkuilen is: ‘What do you know?’ Die sluit hierop aan. ‘Studenten vragen vaak alleen feedback aan hun supervisor, terwijl ze met meer mensen samenwerken. Dan krijg je een eenzijdig perspectief op je handelen. Deze valkuil springt er voor mij echt uit. Het is belangrijk om feedback te krijgen vanuit verschillende perspectieven: supervisor, peers, verpleegkundigen en natuurlijk patiënten. Vervolgens is het de kunst om die perspectieven te integreren. Dat kan best lastig zijn, want wat als twee perspectieven elkaar tegenspreken? Bijvoorbeeld als de poliassistente zegt dat jouw spreekuren te veel uitlopen, terwijl de patiënt zegt dat het fijn is dat je zoveel tijd neemt voor een consult.’
Onbekwaam
Ook constateerde ze dat de gedachtes – percepties – van studenten over patiëntfeedback positiever zijn aan het begin van een coschap waarin ze oefenen met patiëntfeedback dan aan het eind. ‘Ik denk dat studenten dan gaan beseffen dat patiëntfeedback best moeilijk is en dat dit complexe vaardigheden van hen vraagt.’ Met andere woorden, de studenten zijn niet langer meer onbewust onbekwaam, maar bewust onbekwaam. ‘Wat wel een stapje vooruit is’, vult Eijkelboom snel aan. ‘Een andere verklaring kan zijn dat studenten tijdens hun coschap vooral positieve, niet-specifieke feedback kregen van patiënten. Vaak zijn mensen hier in het begin blij mee, het is best lekker om positieve feedback te krijgen.’ Maar als studenten de feedback in werkgroepen bespreken, actieplannen maken en zo concrete verbeterpunten krijgen, ontdekken ze mogelijk dat ze daar meer aan hebben, aldus Eijkelboom.
Feedbackgeletterdheid
Een overkoepelende aanbeveling van haar promotieonderzoek is om een ‘longitudinaal feedbackprogramma’ in de geneeskundeopleiding te integreren. Hierin leren studenten al vroeg en gedurende hun gehele opleiding om actief om feedback te vragen aan zoveel mogelijk mensen (onder anderen patiënten) en leren ze die feedback te analyseren en toe te passen in de praktijk. Hiermee kunnen ze vervolgens tijdens hun carrière als arts doorgaan. ‘Een soort feedbackgeletterdheid als het ware.’
In haar proefschrift deelt ze ook twaalf tips voor patiëntparticipatie in onderwijs. Een belangrijke tip aan docenten en geneeskundeopleidingen sluit hierop aan: ‘Start from day 1 and never stop.’
Lees ook- Er zijn nog geen reacties