Nieuws
De Geneeskundestudent
4 minuten leestijd
politiek

Kiezen voor gezondheid

Plaats een reactie
Getty
Getty

Het is weer tijd voor verkiezingen! Hét moment voor alle partijen in de Tweede Kamer om duidelijk te maken wat er volgens hen de komende jaren in Nederland moet gebeuren.

De zorg en volksgezondheid hebben in veel partijprogramma’s een prominente plek gekregen. De aandacht voor de covidcrisis heeft namelijk niet alleen tot waardering van de zorg geleid, maar ook tot kritische vragen. Want hoe pakken we gezamenlijk zogenaamde leefstijlgerelateerde ziekten binnen de bevolking aan? En, wat doen we met gezondheidsongelijkheid? Wie beslist er uiteindelijk hoe centraal georganiseerde zorg wordt geleverd en voor wie deze beschikbaar is? Of je nu wel of geen affiniteit hebt met de politiek, dit zijn onderwerpen die ons zowel persoonlijk als professioneel raken. Hoog tijd om de competentie ‘gezondheidsbevorderaar’ eens af te stoffen en een uitstapje te maken naar de politiek van gezondheid.

 

Micro- en macroniveau

Gezondheid en politiek zijn zoals hierboven al beschreven onlosmakelijk met elkaar verbonden. Terwijl gezondheidsprofessionals zich dagelijks op ‘microniveau’ inzetten om de zorg voor individuele patiënten te verlenen, debatteren politici op ‘macroniveau’ over de belasting van de zorg en bijvoorbeeld het huidige vaccinatievraagstuk. Hierbij is niet altijd sprake van een heldere scheidslijn. Het beste voor hebben met iedere patiënt (microniveau) kan ook op bevolkingsniveau; goede zorg die beschikbaar is voor iedereen (macroniveau). Ideeën over de invulling van deze zorg verschillen en er moeten daarom landelijke maatregelen worden getroffen en afspraken worden gemaakt over hoe deze zorg in te richten.

Historisch gezien zijn het juist publieke maatregelen die grote gezondheidswinst hebben opgeleverd. Denk hierbij aan de invoering van een gesloten openbaar rioolstelsel in de negentiende eeuw, het rijksvaccinatieprogramma en wetgeving rondom alcohol en tabak. Maar ook zijn er de maatregelen om individuele patiënten te beschermen tegen inadequate of ongewenste medische zorg, zoals wetten op beroepsuitoefening van artsen en apothekers en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst. Een continu gesprek over en weer tussen gezondheidsprofessionals en politici moet waarborgen dat zorg- en gezondheidskwesties op de politieke agenda staan. Op diezelfde agenda komen echter ook punten die juist andere belangen dienen. Welke middelen heeft een (toekomstig) arts om daarin het gezondheidsbelang het zwaarst te laten wegen?

 

Politieke betrokkenheid

Er bestaat een groot aantal smaken als het aankomt op politieke betrokkenheid. Zo zijn er artsen die zelf de overstap maken naar een politieke carrière om hun ideeën optimaal uit te kunnen dragen en om naar eigen zeggen meer voor patiënten en zorgverleners te kunnen betekenen. Anderen gebruiken publiek aanzien of media-aandacht om zorggerelateerde onderwerpen een podium te bieden. Het merendeel van de artsen zal echter naast hun reguliere patiëntenzorg weinig tijd overhouden voor andere zaken. Juist voor deze groep is ons systeem van democratische verkiezingen bij uitstek een manier om als gezondheidsbevorderaar aan de slag te zijn. Elke politieke partij heeft namelijk andere opvattingen over de rol van de overheid in de aanpak van gezondheidsvraagstukken en zal het accent op andere maatregelen leggen.

 

Preventieve gezondheid

In Rotterdam is het verschil in levensverwachting tussen het ene en het andere eind van de metrolijn zo’n acht jaar. Dit komt omdat milieu, werk, socio-economische achtergrond en levensstijl de gezondheid van het individu sterk beïnvloeden. De belangrijkste risicofactoren voor gezondheidsverlies zijn roken (9%) en ongezonde voeding (8%). Deze risicofactoren komen vaker voor bij lageropgeleiden. Bij hen treden aandoeningen als hart- en vaatziekten, diabetes, COPD en kanker daardoor vaker op. Preventie vormt zo een belangrijke sleutel om tot een gezonder en gelijker Nederland te komen; gelukkig is het dan ook een onderwerp dat in menig verkiezingsprogramma wordt genoemd.

Een groot deel van de partijen benadrukt het belang van lichaamsbeweging en het stimuleren van gezond eten, door het – ongeacht je sociaaleconomische klasse – toegankelijk te maken. Waar het CDA en de VVD vooral belang zien in het maken van afspraken met producenten over de hoeveelheid suiker en zout in producten, pleiten partijen als D66, CU, GroenLinks en PvdA aanvullend voor het invoeren van een belasting op suiker (‘suikertaks’). De laatste twee partijen spreken zelfs over het schrappen van btw op groente en fruit en de SP noemt het verlagen van in ieder geval de belasting op deze producten. GroenLinks vindt dat leerlingen op de basisschool gratis schoolfruit zouden moeten krijgen. Wat betreft marketing noemt onder andere de PvdA een verbod op marketing van ongezonde producten richting kinderen en vindt de CU dat er een verbod op alcoholreclame zou moeten zijn.

Het CDA wil regionale preventiefondsen om leefstijlinterventies te bekostigen en D66 pleit voor vergoeding van medische preventie vanuit de zorgverzekering. De SP erkent hetzelfde belang en noemt daarbij ook het verkleinen van de sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Veel partijen noemen het belang van sporten waarbij de VVD sporten bij een vereniging voor ieder kind mogelijk wil maken en D66 wil minimaal twee uur per week bewegingsonderwijs in het basisonderwijs. Voor volwassenen vindt de PvdA dat mensen met laag inkomen een gratis lidmaatschap op een sportclub moeten kunnen krijgen en wil de CU extra openbare beweegplekken en sportaccommodaties.

De PvdA en CU opperen het ophogen van de prijzen van tabak en partijen als GroenLinks en D66 pleiten voor uitbreiding van rookvrije gebieden waardoor ook in parken, schoolpleinen en rond de ingang van ziekenhuizen of verpleeghuizen niet meer gerookt mag worden.

 

Vaccinatiestatus

De lijst van gezondheidsgerelateerde onderwerpen is hiermee nog verre van volledig. Ook de beschikbaarheid van de abortuspil, de toelaatbaarheid van stervenshulp, het in loondienst stellen van medisch specialisten en natuurlijk of een vaccinatiestatus mede kan bepalen of iemand een evenement mag bezoeken zijn actuele onderwerpen. Een volledig overzicht is in de afzonderlijke partijprogramma’s te vinden, maar uitgelichte thema’s op de verkiezingspagina van de KNMG of het online bijwonen van een evenement als ‘Het Grote Zorgdebat’ op 8 maart kunnen je keuze ook een heel eind op weg helpen.

De gezondheidszorg zoals wij die tegenwoordig kennen, bevindt zich niet meer alleen binnen de ziekenhuis- of spreekkamermuren. Maak van je stem gebruik door ideeën te steunen die jij als zorgprofessional maar ook als individu belangrijk vindt. Kortom, er valt in de maand maart wat te kiezen – en wel een keuze voor gezondheid.

auteurs

Egid van Bree

Melina van Eijck

Juliette Mattijsen

Nieuws politiek preventie Verkiezingen
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.