De dood stapt binnen
1 reactieVanuit de auto stap ik de straat op, terwijl ik waterplassen ontwijk die zich door de stortregen tussen de laaggelegen straatstenen gevormd hebben. Regen en duister weer, ‘toepasselijk voor deze situatie’, schiet nog door mijn hoofd. GoogleMaps heeft ons, waarschijnlijk voor het laatst, genavigeerd naar het huis waar we de laatste weken meermaals geweest zijn. Ergens toch gek dat we alsnog de weg niet wisten. Wellicht komt dat door de drukkende spanning, die voelbaar was in de auto van de huisarts. Deze navigatie geeft dan een laatste zekerheidje, want vanmiddag willen we niets aan het toeval overlaten.
De huisarts trekt een kort sprintje naar de voordeur van nummer 42, om niet al te nat te worden. Er wordt vrij snel opengedaan door een sinister kijkende man van eind 50, die ons met enige vertwijfeling verwelkomt. De dood stapt binnen.
Bij het betreden van de woning, wordt het gehele gezelschap zichtbaar. Zittend, om een dame van 90 jaar. Deze vrouw ken ik en heb ik leren kennen als iemand die van het leven genoten heeft en hierover veel wijsheid heeft vergaard, maar nu zeker is van haar zaak. De familieleden ken ik echter niet en ik stel me aan hen voor, om daarna nogmaals te vragen of iedereen akkoord is met mijn aanwezigheid. Daarop volgen instemmende geluiden, ook zij hadden de wens van hun moeder gehoord dat ik hierbij kon zijn.
Ik neem plaats op de bank, zover mogelijk weg van het geheel, om voldoende plaats over te houden voor de emotie die zal volgen. Het zal voelen als ‘aapjes kijken’, had de huisarts me al gewaarschuwd. Als jonge dokter in opleiding is bij deze vorm van geneeskunde namelijk geen plaats om iets toe te voegen. De huisarts legt nog een keer uit wat we gaan doen en vraagt aan mevrouw of ze dit écht wil; die weet niet hoe snel ze hierop instemmend moet reageren. De vijf spuiten worden klaargelegd en één voor één toegediend, direct nadat haar zoons en dochters afscheid genomen hebben. Zittend in de stoel waar zij altijd in zat, ook tijdens de huisbezoeken van de afgelopen tijd, overlijdt ze. Haar zoon zegt nog dat hij het idee heeft dat ze ieder moment wakker kan worden, aangezien ze altijd op deze manier in die stoel zat. Met behulp van mijn horloge wordt de tijd van toediening en overlijden vastgesteld, terwijl ik het liefst op zou gaan in het behang, om maar voldoende ruimte te bieden aan de familie. Mijn horloge heeft hier meer functionaliteit dan ik namelijk.
‘Gaat het?’, vraagt de huisarts nog, waarna de gemeentelijk lijkschouwer gebeld wordt. Dit emotionele, onheilspellende en toch ook mooie moment wordt kortdurend verstoord door dit zakelijke, maar ook noodzakelijke belletje. De lijkschouwer zegt dat hij er direct aankomt. Waarna het contact met de buitenwereld weer stopt.
Door de gordijnen zie ik de inwoners van dit stadje met hun boodschappen sjouwen. Onwetend van wat zich achter de gordijnen van dit woonhuis heeft afgespeeld.
Het leven gaat door en dat hoort ook zo. Maar bij het voor de laatste keer verlaten van het huis, voelt het ook vreemd dat het leven buiten deze voordeur gewoon doorging, terwijl de tijd hier stil leek te staan.
En toch, zo besef ik, is dit bij uitstek een prachtig voorbeeld van wat geneeskunde is. Er is vandaag, zij het op een onherroepelijke manier, lijden beëindigd.
Christiaan Meijer
masterstudent geneeskunde, Radboud Universiteit Nijmegen
M.L.P. Mateijsen
Huisarts, Someren
Prachtig beschreven jonge collega! Dit maakt ons vak zo mooi en waardevol.