Nieuws

Coschappen en bijbaantje: een lastige combinatie

Plaats een reactie

‘Geneeskunde studeren is druk, ik houd nauwelijks tijd over voor sport, sociale contacten, nevenactiviteiten of een bijbaantje.’ Dit is een veelgehoorde klacht onder geneeskundestudenten. Maar hoe zit dit precies?

Een geneeskundestudie is behoorlijk tijdsintensief. Dit begint al in de bachelor met veel verplichte lessen, practica en stages en tijdens de masterfase neemt het aantal contacturen alleen maar toe. Reken daar ook nog eens flink wat uren zelfstudie bij, en het hebben van een bijbaantje of het uitvoeren van nevenactiviteiten lijkt haast onmogelijk. Het KNMG Studentenplatform onderzocht in hoeverre bijbaantjes en neventaken gecombineerd kunnen worden met een geneeskundestudie. Daarnaast vergeleken we het leengedrag van geneeskundestudenten met dat van andere studenten in Nederland en we berekenden wat voor studieschuld een geneeskundestudie gemiddeld oplevert.

Meer uren dan in richtlijn
Uit de jaarlijkse enquête van het KNMG Studentenplatform onder 2739 geneeskundestudenten blijkt dat bachelorstudenten gemiddeld 35 uur per week met hun studie bezig zijn. Tijdens coschappen zijn coassistenten gemiddeld 54 uur per week bezig, waarvan 46 uur op de werkvloer en 8 uur zelfstudie. Gedurende onderwijsweken is dit gemiddeld 36 uur per week. In de regeling voor de positie van geneeskundestudenten in de klinische praktijk, opgesteld door de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), is aangegeven dat de maximaal gevraagde inzet 46 uur per week is, inclusief onderwijs en zelfstudie. Onze enquête toont aan dat coassistenten, in ieder geval tijdens coschapweken, gemiddeld meer uren per week bezig zijn dan in deze richtlijn vermeld staat. De vraag of er dan nog genoeg tijd over is voor een bijbaantje of nevenactiviteiten is daarom zeker relevant.

Bijbaan te belastend
Gemiddeld heeft 43 procent van de coassistenten een bijbaan, tegenover ruim 60 procent van de bachelorstudenten. Voor coassistenten zijn ‘geld’ en ‘omdat ik het leuk vind’ de belangrijkste redenen om een bijbaan te hebben. Van de coassistenten die geen bijbaan hebben, had 80 procent dat wel vóór ze aan hun coschappen begonnen. Als belangrijkste reden om te stoppen met die bijbaan werd genoemd dat deze ‘te belastend’ en/of ‘niet in te plannen’ was. Dit geldt ook voor Rob van Gassel, vierdejaars geneeskundestudent in Maastricht: ‘Voordat ik met mijn coschappen begon, werkte ik elk weekend zeven à acht uur. Nu is mijn bijbaan echt niet meer te combineren met mijn coschappen. Ik leen daardoor nu maximaal bij, terwijl ik eerst alleen collegegeldkrediet leende.’ Coassistenten die hun bijbaan behouden, ervaren deze als meer belastend dan bachelorstudenten met een bijbaantje. Coassistenten houden gemiddeld 4 uur per week over voor betaald werken tijdens coschappen, 8 uur per week tijdens onderwijsweken in de masterfase, en 18 uur per week in vakantieperiodes. Omdat coassistenten vooralsnog meestal geen stagevergoeding krijgen tijdens coschappen, moet een aantal studenten bijlenen om financieel rond te komen.

Twee keer hogere studieschuld
Tijdens de geneeskundebachelor geeft 28 procent van de studenten aan dat zij bijlenen, onder coassistenten is dat al bijna de helft. Maximaal bijlenen doet een op de vier coassistenten, tegenover ruim een op de tien bachelorstudenten (zie figuur 1). Het gemiddelde geleende bedrag bedraagt onder bachelorgeneeskundestudenten 379 euro en onder coassistenten 448 euro, terwijl het landelijk gemiddelde onder hbo- en wo-studenten 386 euro per maand is.1 Wanneer deze bedragen worden doorberekend voor de gehele studie, heeft de gemiddelde lenende geneeskundestudent aan het eind van de zesjarige studie een studieschuld van 29.772 euro.2 De gemiddelde landelijke studieschuld onder lenende studenten bedraagt 14.748 euro.3 Geneeskundestudenten hebben aan het eind van hun studie dus gemiddeld een twee keer hogere studieschuld dan andere studenten in Nederland. Daarom pleit het KNMG Studentenplatform al enkele jaren voor een stagevergoeding. Daartegenover staat wel dat artsen over het algemeen ‘bovenmodaal’ verdienen; een opgelopen studieschuld zou dan ook in een relatief korte periode afbetaald kunnen worden.

Toch nevenactiviteiten
Hebben geneeskundestudenten eigenlijk nog wel tijd en geld om nevenactiviteiten te ondernemen? Ondanks de toenemende studiedruk, blijkt bijna 73 procent van de coassistenten naast hun studie ten minste één neventaak te hebben, tegenover 64 procent van de bachelorstudenten. Veelvoorkomende nevenactiviteiten zijn vrijwilligerswerk en bestuursfuncties. Eva van Walree, zesdejaars geneeskundestudent UMCU, geeft vrijwillig Nederlandse taalles aan immigranten naast haar coschappen: ‘Op deze manier draag ik iets bij aan de maatschappij en dit geeft een goed gevoel!’ Commissiewerk is populairder onder bachelorstudenten, terwijl twee keer zo veel coassistenten als bachelorstudenten aangeven naast hun studie onderzoek te doen (zie figuur 2).

Stagevergoeding
Geneeskunde studeren is tijdsintensief, met name gedurende de coschapperiodes. Een bijbaantje is hierdoor voor veel coassistenten niet haalbaar; coassistenten lenen dan ook significant meer bij dan bachelorstudenten. Bovendien lenen geneeskundestudenten meer bij dan studenten van andere studies, wat resulteert in een twee keer hogere studieschuld aan het eind van de studie. Het KNMG Studentenplatform pleit daarom voor een stagevergoeding voor coassistenten. Opvallend is dat een groot deel van de coassistenten wel neventaken doet; wellicht is dit ook noodzakelijk om de kans op een opleidingsplek te vergroten. Met het oog op een forse studieschuld is die gedachte zo gek nog niet.

Gijsje Snijders en Anna Verhulst

<b>Dit artikel als pdf</b>
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.