Nieuws
Renske Bolt
5 minuten leestijd

Coschap op Vlieland

Plaats een reactie

In de voetsporen van dokter Deen

Met open mond sta ik toe te kijken. ‘Euhh, Saar, even hoor, maar hoe weet je in godsnaam of het hart en de longen van die hond goed zijn???’ Saar, dokter Schuling, krijgt een slinks lachje op haar gezicht. ‘En waar heb je geleerd waar je überhaupt je stethoscoop neer moeten zetten??’ ‘Ja, gewoon een beetje van Ferry (haar maat huisarts, RB) afgekeken.’ Want ook dat wordt van je gevraagd als je huisarts op Vlieland bent. De dierenarts komt maar eens in de zoveel tijd vanaf de wal om zijn spreekuur te doen, dus alle spoedjes van de nodige viervoeters, waaronder ook het idee blijkt te vallen van een dame die dacht dat haar hond wel eens de ziekte van Lyme zou kunnen hebben, worden opgevangen door de huisarts.

Ook ik dacht altijd wel ergens gedurende mijn studie in deep down Afrika terecht te komen, maar het liep wat anders en door de centen die ik zo uitspaarde aan een ticket kon ik een maand lang mijn verblijf op Vlieland bekostigen. Want een coschap op Vlieland is niet goedkoop; behalve de huisvesting die je zelf betaalt, had ik met mijzelf de deal gemaakt – om het gemis van de Afrikaanse zon te compenseren – dat ik iedere dag dat de zon scheen mocht lunchen op een terrasje. En die zon heeft nogal veel geschenen…

Maar naast het genieten van de zon, de rust en al het andere moois van het eiland deed ik natuurlijk ook mijn ding in de huisartsenpraktijk. Sinds de pensionering van dokter Deen is de regie van de gezondheidszorg op Vlieland in handen van twee huisartsen, dokter Wolfswinkel (Ferry) en dokter Schuling (Saar). De praktijk is verplaatst van de Dorpsstraat naar een prachtig nieuw pand in de Molenglop waar behalve de mainstream inventaris van een zich zelf respecterende huisarts ook een apotheek en een röntgenapparaat aanwezig zijn. De gemeente Vlieland draagt zo zijn steentje bij om de kosten van de gezondheidszorg te beteugelen door niet iedere verdenking van een fractuur voor een foto naar de wal te hoeven sturen.

Een coschap huisartsgeneeskunde is op een eiland wel anders dan aan de wal. Jubelende verhalen hoorde ik van medecoassistenten over dit coschap: ‘Je mag zoveel zelf doen’, ‘Ik draai gewoon mijn eigen spreekuren’, ‘Soms zie ik wel twintig mensen op een dag, zelfstandig!’.

In mijn eerste twee weken, net voor het zomerseizoen, haalden wij de twintig mensen op een dag niet eens. Daarbij heeft het voor de gemiddelde Vlielander wel even tijd gekost om te wennen aan twee nieuwe artsen in plaats van de vertrouwde dokter Deen, dus een co die zomaar even het spreekuur zou gaan doen… Gelukkig voor mij waren daar ook de passanten, en begon het hoogseizoen. Ik heb meer dan genoeg te doen gehad met jonge ouders met een (eerste) kindje met koorts, tekenbeten, rupsenallergieën, urineweginfecties (‘Dokter, komt dat nu door het op blote voeten lopen op de camping?’ ‘Nee lieve patiënt, dat komt omdat jullie eindelijk weer eens tijd hebben voor elkaar…’), snot- en loopneuzen, rode ogen en diverse snijwonden, niet zelden in de nacht, want dienst heb je op Vlieland 24/7. Daarnaast heb ik mijn Duits aardig weten bij te spijkeren; een fractuur is een Knochenbruch, ontwrichting een Verrenkung en verstuiking een Verstauchung. Neusverkoudheid Schnupfen en sputum Auswurf. Misselijkheid is Übelkeit en braken erbrechen. Urineaandrang Harndrang en een soa is een Geschlechtskrankheit.

Maar ook met de meer serieuze en minder leuke kant van het vak heb ik kennisgemaakt. In mijn laatste week werden wij bij een reanimatie op de veerhaven geroepen. Onze inspanningen ten spijt heeft het niet mogen baten. En dat ging mij, maar ook Saar en Ferry, niet in de koude kleren zitten. Behalve dat ik niet al te gecharmeerd was van de vraag ‘hoe dat nu voelde’, koud een paar minuten na alle gebeurtenissen, van een patiënt die we vanwege de 112-oproep later hadden terugbesteld in de praktijk, bleek ook de volgende dag hoe wij ons lieten beïnvloeden. Ditmaal kwam de melding van de doktersassistente; laten we zeggen patiënt Jans van de Ystraat 88 had gebeld vanwege pijn op de borst en palpitaties, dus wij vlogen de deur uit. Aangekomen op het adres stonden wij voor een dichte deur.

Radio nog aan en een smeulende peuk in de asbak. Zweet in de handen en een naar gevoel in de onderbuiken. Achterom gegaan, ook geen deur open. Raam van de woonkamer op een kier, met zo’n standaard zonder beveiliging waardoor je hem kunt lichten en het hele raam zover omhoog kunt duwen dat er ook een volwassen mens door naar binnen kan, en dit alles op een hoogte die goed bereikbaar was via de aanwezige tuinstoel. Dus, ik stoel tegenhouden, Saar naar binnen, die vervolgens naar de voordeur ging om mij binnen te laten. Het hele huis door, inclusief wc en kelder, met het hart in de keel.

Niemand te bekennen. Bellen met de praktijk. Was deze klojo inmiddels naar de praktijk gegaan zonder ons te verwittigen?? Geen gehoor. Nog een rondje, voor de dubbelcheck, echt niemand aanwezig. Huis uit, maar de voordeur op een kier gelaten, voor het geval we toch terug zouden moeten. Nog een keer bellen met de praktijk. ‘Ja, patiënt Jansen van Xstraat 88 belde net om te vragen om waar jullie bleven, zijn ritme is trouwens weer genormaliseerd.’ ‘Patiënt Jansen van Xstraat 88? Niet patiënt Jans van Ystraat 88?’ Ahhhhhhhhhhh!!

De assistente heeft voor ons patiënt Jans op zijn werk gebeld om uit te leggen waarom zijn voordeur openstond als hij thuis zou komen…

Renske Bolt, thans basisarts, liep in de zomer van 2012, als student geneeskunde aan de RUG, haar coschap huisartsgeneeskunde op Vlieland

beeld: auteur
beeld: auteur
<b>Download dit artikel als PDF</b>
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.