Blogs
Blog

Voor deze patiënten wil ik arts worden

1 reactie

Het coschap ouderengeneeskunde loop ik in een verpleeghuis voor bewoners met dementie. Dit huis heeft mij veel duidelijk gemaakt. Het laat zien hoe pijnlijk de aftakeling van het brein is. De meeste bewoners vinden het niet te begrijpen hoe ze in dit tehuis zijn terechtgekomen. Zo’n verhuizing houdt vaak in dat ze ’s ochtends in hun eigen bed wakker worden en koffie gaan drinken met familie. Als donderslag bij heldere hemel wordt hun even later verteld dat ze in een verpleeghuis zijn, dat ze vanaf nu daar blijven en nooit meer hun huis terug zullen zien.

‘Jullie vinden een dode belangrijker dan een levende’, zegt meneer Pieter nadat dit hem overkwam. Hij wil liever dood zijn dan zonder zijn eigen huis zijn. Maar elk plannetje voor levensbeëindiging dat in zijn hoofd opkomt, vergeet hij een kwartier later weer.

Echter, het verpleeghuis laat ook veel mooie dingen zien. Het leert me hoe onuitputtelijk de kracht is van de verzorgers. Elke woning heeft een eigen verzorger en bij binnenkomst ruik je de lekkerste geuren van gerechten vanuit alle uithoeken van de wereld. Een van de verzorgers, Mo, doet op zijn slippers de deur open. Trots wijst hij naar het schilderij dat prominent in de woonkamer hangt. ‘Gemaakt door mevrouw Jennie, dat weet ze niet meer hoor, mooi hè!’ Mevrouw Jennie kijkt naar het schilderij en haalt eerst onverschillig haar schouders op, maar steekt dan haar hand uit naar Mo en glimlacht. In een andere woning opent een verzorger met twinkelende ogen de deur. Ik kom kijken bij een bewoner die een allergische reactie heeft gekregen op antibiotica. De bewoonster is zacht gezegd ondeugend, en wordt weleens knokkend met een van haar medebewoners aangetroffen. Laatst had een van hen een gourmetvork getrokken. ‘Psst dokter, kom eens’, sist ze me toe. Ze wijst naar haar verzorger en fluistert: ‘Pas op voor haar, Chinezen moet je nooit vertrouwen.’ Vanuit een andere hoek van de kamer hoor je haar huisgenoot met een hoog stemmetje jammeren. Ze begrijpt maar niet waar papa en mama zijn. De verzorger van de woning, een lieve vrouw die inderdaad Chinese roots heeft, geeft telkens opnieuw geduldig antwoord.

Het laat me de fantasie van ons brein zien, ondanks of juist door de aftakeling. En het houdt ons een spiegel voor. ‘Waarom klappen we voordat een voorstelling begint?’ vraagt een bewoonster zich tijdens een concert af. Nadat ik terug ben in haar woning, ontmoet ik haar huisgenoot. In zijn jonge jaren was hij hoogleraar, nu zit hij in een rolstoel en is zijn vocabulaire zeer beperkt. Bij elk persoon met borsten die zijn woning binnentreedt verschijnt een grote grijns op zijn gezicht. ‘Lieverdje, schatje’ en andere liefkozende namen maken ons hart warm. Hij heeft sinds kort een relatie met een van zijn andere huisgenoten. Bij hen woont ook hun zogenaamde dochter, mevrouw Tina van 96 jaar. Zij ligt het grootste deel van de dag te slapen in een rolstoel. Liefdevol aaien ze haar over haar bol. Andere bewoners gebruiken hier een pop of een huisdier zonder hartslag voor. Zijn wettelijke echtgenoot bezoekt hem elke dag.

Het leert me nog zo veel meer, meer dan ik hierkan schrijven. Maar wat ik wel kan zeggen is dat dit de patiënten zijn voor wie ik arts wil worden.

ook van Duveke

dementie ouderengeneeskunde
  • Duveke de Gaay Fortman

    Dit is Duveke, coassistent aan de VU. Naast haar studie geneeskunde heeft zij een premaster journalistiek gevolgd. Zij is onderdeel van de redactie van KoffieCo de podcast, waarvoor zij artsen in heel Nederland interviewt. Met veel plezier schrijft zij nu over haar observaties tijdens het lopen van haar coschappen.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • B. Bos

    Specialist ouderengeneeskunde , Leiden

    Goed plan, dokter in spe,
    Wat je omschrijft: dat is de wondere wereld van het verpleeghuis en daarbij de waanzinnige wonderlijke wereld in ons brein. Ik zit al bijna 20 jaar in dit veld, en ik verveel me nooit. Ik lach wel heel wat af, de ‘echthei...d en humor’ die soms naar boven komt bij dementerenden: prachtig. Ze zijn wel dement maar nog steeds intelligent. En deze mensen goed verzorgen en zorgen dat hun naasten ook nog blijven staan en begrijpen wat er gebeurt: is gewoonweg prachtig. Ik dacht altijd: deze mensen hebben tenminste echte problemen: hun leven verliezen ze en hun eigen hoofd: daar wil ik hard voor rennen. Hoe leuk ik opereren ook vond en vind, en ik heb het derhalve ook serieus overwogen: steeds een heup is ergens steeds een heup, zo voelde dat ergens. Waarbij ik overigens geen afbreuk wil doen aan het feit dat er gelukkig artsen zijn die daar weer hard voor willen rennen. Gelukkig maar want ik breek vast een heup ooit en velen met mij.
    Ik wilde de mens als patiënt denk ik, en niet een stukje van een mens. Niet een orgaanprobleem maar een levensprobleem om te helpen oplossen. Wees welkom in dit prachtige werkveld. Veel succes!

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.