Vier weken ongemakkelijkheid
1 reactie‘Vindt u het goed als de coassistent meekijkt bij het onderzoek?’ Er valt een korte stilte na die vraag. ‘Het onderzoek’ is in dit geval gynaecologisch onderzoek: speculumonderzoek, vaginale echo, uitstrijkje, dat soort dingen. ‘De coassistent’, dat ben ik. En ‘u’ is de patiënt, een jonge vrouw van ongeveer mijn leeftijd. Ze kijkt me keurend aan en knikt dan; het is goed.
Het valt me mee hoe vaak het ‘niet goed’ is: het aantal keer dat ik tijdens mijn coschap gynaecologie buiten de polikamer heb moeten wachten is op één hand te tellen, en eerlijk gezegd had ik dat van tevoren niet verwacht. Ik had mij namelijk ingesteld op vier weken lichte ongemakkelijkheid en veel, héél veel op de gang wachten. Dat laatste viel dus mee. Maar wat betreft die ongemakkelijkheid: tja, die was wel aanwezig…
Want ook al zegt een patiënt dat het ‘prima’ is dat ik er bij ben, niet altijd voelt het dan ook echt ‘prima’. Soms komt dat door de manier waarop iemand ‘prima hoor’ zegt. Soms komt het door de manier waarop er naar je wordt gekeken – of juist niet naar je wordt gekeken – op het moment dat de patiënt plaatsneemt in de onderzoeksstoel. Maar je kunt op dat moment niet zoveel: het moment dat iemand halfnaakt voor je zit, is niet het moment om een paternalistische statement te maken en op eigen initiatief de kamer te verlaten.
Op dat moment speelt echter wel door mijn hoofd: wat doe ik hier? Maar serieus: wat doe ik hier? Ik ga geen gynaecoloog worden, ook geen huisarts; de kans dat ik in mijn verdere carrière ooit nog een speculum ga hanteren of een uitstrijkje ga maken is echt minuscuul… dus: wat doe ik hier? De patiënt lijkt het niet te waarderen, van mij hoeft het ook niet, de arts zal het waarschijnlijk ook niet zoveel uitmaken… dus, nogmaals: wat doe ik hier?
Het antwoord is natuurlijk: omdat het van je wordt verwacht. Gynaecologie is een verplicht coschap, en gynaecologisch onderzoek meekijken en uitvoeren hoort er nou eenmaal bij. Ook als je bedrijfsarts wil worden, of psychiater, of neurochirurg, of anesthesioloog, of oogarts. Het is onderdeel van je brede opleiding tot basisarts, dus dit is wat er van je wordt verwacht, en dit is hoe het werkt. Maar ten koste van wat, en vooral: van wie?
lees meer van albert
Christien
Huisarts, Nijmegen
Ook het oefenen in ongemak kan een waardevolle training zijn als dokter. Ik herinner me nog de keer dat ik als coassistent dermatologie in een kamertje van twee vierkante meter zonder ramen me moest buigen over een plekje op de penis van mijn leefti...jdsgenoot, waarvan ik ook nog eens geen idee had wat het zou kunnen zijn. Ik werd knalrood en de ongemakkelijke sfeer was drukkend. Ik werd trouwens wel huisarts en het ongemak went en slijt. Elke keer een beetje meer. En hoe beter je zelf de ongemakkelijkheid kan verdragen hoe prettiger het consult verloopt voor alle betrokkenen. Wat een bijzonder vak hebben we toch.