Blogs
Sabrina
2 minuten leestijd
Blog

Mens-zijn

Plaats een reactie

Ik had net de bloeddrukband bij de patiënt afgedaan en opgeborgen, toen deze zich naar mij omdraaide. ‘Deze heb je niet, hè?’ zei hij. Hij stak zijn hand naar me uit, handpalm naar me toe, met daarin een bos sleutels. Ik was even van mijn à propos. Ik zat als gloednieuwe coassistent op het klassieke ‘co’-krukje naast de internist, en ik had niet verwacht dat een patiënt zich met mij wilde bemoeien. Tot nu toe hadden de patiënten me toegeknikt bij binnenkomst en een hand opgestoken wanneer ze de kamer verlieten. Tot zover het echte patiëntcontact. De mondelinge uitwisseling van informatie vond uitsluitend plaats tussen de internist en de patiënt, en was nog niet aan mij besteed.

‘Nee’, zei ik na een tijdje, puur en alleen om de ongemakkelijke stilte te verbreken. Haastig ging ik in mijn hoofd gevoelsreflecties af, maar die waren hier niet geschikt voor. Een ‘o, wat leuk’ voelde ook niet op zijn plaats. Welke andere gesprekstechnieken bleven er dan over? Het leek wel een communicatieve black-out, een reset van mijn sociale vaardigheden. Het enige wat overbleef waren de lessen over communicatie met een boze patiënt, een geïrriteerde patiënt, een emotionele patiënt. Van dat alles was nu echter geen sprake. Ondertussen typte de internist onafgebroken door. Misschien in de ijle hoop dat ik nog op een creatievere respons zou komen.

De patiënt nam weer plaats en opende opnieuw zijn hand. ‘Deze is van de deur van de loods’, zei hij, en hij wees met de wijsvinger van zijn andere hand naar een grote sleutel. ‘Daarmee open ik elke ochtend de deur voor de anderen.’ Hij bedoelde zijn collega’s, net zoals hij werkzaam in de bloembollenindustrie. Patiënt liet de sleutelbos in zijn zak glijden en keek naar zijn schoenen. Langzaam drong het tot me door dat hij zich trots voelde. Trots op zijn baan, op zijn verantwoordelijkheid. Hij wilde laten zien dat hij er ook toe deed, hier zittend tegenover twee witte jassen. Hij was niet slechts de patiënt die hier was voor zijn driemaandelijkse controle. Hij was niet slechts de ziekte waar hij aan leed. Net zoals wij had hij een baan en een doel, was hij een mens.

Het moment om te reageren was gepasseerd. Ik deed alsof ik meelas met wat de internist – nog steeds typende – aan het opschrijven was. Twee witte jassen, een ziektebeeld, en een heel luide stilte in één kamer.

Het moment was gekomen om de controleafspraak en de medicatie door te nemen en gedag te zeggen. ‘Zo, tot de volgende keer’, zei de internist, en liep met de man mee naar de deur. Die draaide zich nog even om naar mij, zwaaide even kort. Ik stak mijn hand op. Ik voelde opeens genegenheid voor hem. Zo’n simpel teken van wederzijdse erkenning. Dat we meer zijn dan de rol die we op dat moment innamen; dat we beiden mens zijn.

Meer van Sabrina
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.