Blogs
Pieter Huisman
Pieter Huisman
2 minuten leestijd
Blog

‘Dokter, vertel eens over de hematopoëse?’

Plaats een reactie

‘Goedemiddag, met Pieter van de huisartsenpraktijk.’
‘Hallo, goedemiddag.’
‘Ik zou u nog bellen over de uitslag van het urineonderzoek. De test wijst erop dat er een klein beetje ontstekingscellen in de urine zit, maar er is geen sterke aanwijzing voor een urineweginfectie…’
‘Infectie? Heb ik een infectie?’, onderbrak de patiënt mij.

‘Nééé, er is op dit moment geen harde aanwijzing voor een infectie.’ Ik had de telefoon aan mijn oor en voelde me blozen. Er was verwarring, maar ik kon het nog oplossen. De patiënt was mij echter voor met spreken: ‘Oké, geen infectie, maar er is wel een ontsteking? Is dat niet gevaarlijk?’

Hier zou ik meer tijd voor nodig hebben. Eén verkeerde woordkeuze – urineweginfectie in plaats van blaasontsteking – en ik stond direct met 1-0 achter.

Uitleg over medische onderwerpen lijkt eenvoudig, maar je bent geneigd om je eigen kennis over bepaalde medische basisbegrippen over het hoofd te zien, terwijl die voor essentiële context zorgt.

Ik moest nu aan mijn patiënt (niet-zwangere vrouw van 30 met milde plasklachten) uitleggen dat de urinestick schoon terugkwam, behoudens één plusje voor de leukocyten, en dat een uricult geïndiceerd was. Dit deed me denken aan de student-docent die in de derde klas van mijn middelbare school uitleg gaf over de functie van hemoglobine. Aan de hand van een rode Playmobil-kiepwagen en bouwblokjes demonstreerde hij hoe hemoglobine zuurstof transporteert. Een beeld dat het concept voor iedere leek begrijpelijk maakt.

Ik vind het leuk om dingen uit te leggen. Het liefste zou ik me daarom niet beperken tot een metaforische simplificatie van de functie van leukocyten, maar beginnen bij het begin: de hematopoëse. Patiënten bellen alleen nooit naar de huisartsenpraktijk voor uitleg over de hematopoëse. Zij bellen voor de uitslag van hun urineonderzoek.

Zou ik de term ‘leukocyt’ kunnen gebruiken? Nee, die schrikt af. Witte bloedcel? Beter, maar die behoort misschien niet tot het dagelijkse vocabulaire van patiënt. Ontsteking? Aspecifiek, maar herkenbaar. En hoe specifiek moet een patiënt het eigenlijk weten? Is het belangrijk om te weten dat we allereerst kijken naar nitriet? En dat leukocyten tot drie plusjes gaan bij een urinestick? En dat er nu één plusje was? Of dat de volgende diagnostische stap een 24-uurskweek is waarbij we kijken naar bacteriegroei? Termen als sensitiviteit, specificiteit en a-priorikans zoemden door mijn hoofd, maar ik hield ze voor me.

En dat was het beste. De patiënt legde mij uit dat ze de vorige keer veel last had en bij het minste al weer dacht een blaasontsteking te hebben. Ze was niet zozeer op zoek naar een diagnose als wel naar geruststelling.

‘In uw urine zien we dat er een klein beetje ontstekingscellen zijn. Dit kan wijzen op een blaasontsteking en moeten we uitsluiten met een nauwkeurigere test. Aangezien u milde klachten heeft, verwacht ik niet dat daar toch een blaasontsteking uitkomt.’

Met de hulpvraag in het achterhoofd ging de uitleg als vanzelf. Mocht de patiënt nog nieuwsgierig zijn naar wat ‘een beetje ontstekingscellen’ inhield dan zou ik dat vanzelf wel horen. Een vraag over de hematopoëse zou ik waarschijnlijk niet krijgen.

Meer van Pieter Huisman

coschappen huisartsgeneeskunde
  • Pieter Huisman

    Pieter Huisman is bezig met het laatste jaar van zijn coschappen.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.