Daten voor geneeskundestudenten - deel 2

Floor had een date (zie ‘Daten voor geneeskundestudenten’, deel 1). Bijgestaan door mijn gesprekstechnieken leek alles te kloppen. De anamnese was volledig, non-verbaal alles in orde en mijn onderbuikgevoel was positief. In de differentiaaldiagnose (1. totale mislukking, 2. ongemakkelijkheid, 3. niets beters te doen, 4. lichtelijke interesse, 5. liefde van mijn leven) was optie 5 zeer waarschijnlijk en achtte ik het van levensbelang om dit uit te sluiten dan wel aan te tonen.

Het zou niet mogen, maar ook bijna-dokters maken fouten. Mijn waarschijnlijkheidsdiagnose klopte namelijk niet. Zoals wij allen hebben geleerd is het belangrijk hoe je hiermee omgaat en over communiceert. Tijd dus om in alle openheid te reflecteren en lering te trekken uit deze liefdesgeschiedenis.

Na de anamnese heb ik verschillende vormen van aanvullend onderzoek aangevraagd:

• Oriënterend lichamelijk onderzoek: Hyperhidrosis palmaris. Blosjes op de wangen. In de onderbuik vlinders te ausculteren. Pupillen isocoor en lichtreactief, lichte mydriasis. Sensibiliteit ongestoord. 
• Laboratoriumonderzoek: Verhoogde endorfines en oxytocine in de veneuze punctie, in het arteriële bloedgas het beeld van lichte hyperventilatie. 
• Ecg: Sinustachycardie met af en toe een ventriculaire extrasystole.
• Beeldvormend onderzoek: Ik heb foto’s van verschillende hoeken systematisch bekeken. De anterior-posterior-opname op Facebook was geen duckface, de laterale foto van een vakantieland dat ik herkende. Ik heb uitgebreid de tijd genomen tijdens fundoscopie.

Maar ik had duidelijk tunnelvisie op optie 5 en herkende de symptomen van optie 4, slechts lichtelijke interesse, niet. De korte antwoorden op appjes, initiatiefverlies, te laat voor het vervolgconsult; ik kreeg een niet-pluisgevoel. Optie 4 bleek de definitieve diagnose te zijn. Dat is vervelend, vooral als coassistent, want tijd en energie voor daten is een lastige zaak als je meer dan 55 uur per week van huis bent.

Wie wil nu niet daten met een jonge dokter? Die heldhaftige persoon in witte jas die met wapperende haren door het ziekenhuis rent. Een student die levens redt, wonden hecht, pijn doet verdwijnen, kinderen op de wereld zet, mensen de zin van het leven weer laat zien. De rots in de brandig, de steun en toeverlaat van menig patiënt.

Wie wil nu niet tijd doorbrengen met een jonge dokter die meer dan twaalf uur per dag van huis is? Die als ze thuiskomt, moe is en chagrijnig omdat er geen boodschappen zijn gedaan en zelfs als vegetariër een paard op kan. Die kortaf zegt dat ze geen zin heeft in de verjaardag van haar schoonmoeder, want ze moet nog de anatomie van de bekkenbodem stampen voor het ok-programma van de volgende dag (ik bedoel, prioriteiten!). Die na één biertje op de borrel vrijdag schaapachtig voor zich uit staart en niets toevoegt aan het gesprek, als het haar überhaupt gelukt is van de bank te komen.

Wie zit nu niet te wachten op de smakelijke verhalen over ‘die necrotische teen die er zomaar afviel’ of ‘ik moest echt wegduiken toen het bloed uit de arteria iliaca spoot toen de klem losschoot hoe-cool’ of ‘en toen duwde ik heel hard en toen stond die neus weer recht en mocht ik er een megatampon in douwen’.

Wie geniet nu niet van de geur die aan het eind van de dag aan je vriendin hangt van latex handschoenen, feces, meconiumhoudend vruchtwater of desinfectievloeistof. Of vaker, een combinatie van bovenstaande.

Wij geneeskundestudenten zijn best leuk. Het nobele streven patiënten te helpen gaat soms ten kosten van andere zaken. Daarom is het belangrijk ons af en toe uit het geneeskundewereldje te halen, laat ons zien dat de wereld groter is. Wees de schouder om op te steunen als we onze eerste patiënt hebben geschouwd. Vergeef ons onze afwezigheid en moeheid na een dag vol verantwoordelijkheden.

Zelf zullen we er niet naar vragen, maar zorg af en toe voor de aankomende dokter, want de aankomende dokter zorgt de hele dag, maar in mindere mate voor zichzelf.

Floor

PS Voor een nieuw consult als studieobject met de vrijgezellige Floor mag geschreven worden naar de redactie van Arts in Spe. artsinspe@medischcontact.nl