Basisspeler
Plaats een reactieVijf voor half acht ’s ochtends, ik loop door de schuifdeuren van het ziekenhuis, trek een witte jas en broek aan en begeef me naar de overdrachtsruimte. Het is volle bak en ik ga stilletjes op mijn vaste plek zitten: op de bank aan de zijkant.
Aansluitend aan de overdracht hebben we nog een journal club. De vraag ‘Misschien weet een van de co’s welke twee ethische principes hier lijnrecht tegenover elkaar staan?’ zorgt voor een akelige stilte en het ongemak groeit met de seconde. Hulpeloos kijken de studenten elkaar aan: ‘Is er iemand die het antwoord weet?!’
‘Vraag morgen eens aan een specialist wat het belangrijkste moment van de dag is.’ Toen een arts dit laatst aan mij vroeg, antwoordde ik: ‘Het supervisiemoment met u natuurlijk.’ Waarop hij zei: ‘Ammehoela, dat is de overdracht jongeman.’
Tijdens een voetbalwedstrijd staan de basisspelers op het veld en zitten de wisselspelers op de bank. Net zoals tijdens de wedstrijd, is er tijdens de overdracht een vaste opstelling. Specialist en aiossen positioneren zich aan de grote tafel. Indien plek beschikbaar, schuift er een enkele anios aan. De coassistenten zitten, ondanks het feit dat ze meestal als eerste aanwezig zijn, op de bank aan de zijkant.
Om kwart over vier ’s middags is het weer tijd. Ik begeef me wederom richting de overdrachtsruimte, maar nu met iets meer spanning. De co’s zijn hier verantwoordelijk voor de indicatiebesprekingen en het is mijn beurt. Onderweg loop ik mijn zaalarts tegen het lijf, hij geeft me een boks en zegt: ‘Succes man, je kunt ’t .’ Zo braaf als ik probeer te zijn, heb ik alles voorbereid en dreun het hele verhaal op. Ik weet de inhoudelijke vragen te beantwoorden en afgezien van een verkeerd geplaatste klemtoon hier en daar, gaat het best aardig. Natuurlijk is het hyperténsie in plaats van hypertensíé. Tevreden loop ik de ruimte uit: weer een overdracht overleefd.
Zittend in de trein onderweg naar huis denk ik terug aan de vraag van vanochtend. ‘Autonomie en het principe van weldoen’ floepte er uit mijn mond. Het goede antwoord. Kwam het keuzevak ethiek uit mijn tweede jaar toch nog van pas. Trots verschijnt er een klein lachje op mijn gezicht, zou ik morgenochtend misschien aanschuiven aan de tafel van de basisspelers?
Meer van Duncan:- Er zijn nog geen reacties