Ruggenprik bij bevalling verkleint risico op complicaties
Plaats een reactieEpidurale analgesie tijdens de bevalling gaat gepaard met vermindering van ernstige complicaties in de eerste paar weken na de bevalling. Het gaat dan om complicaties die vallen onder de verzamelnaam ernstige maternale morbiditeit, zoals een hartaanval, hartfalen, sepsis en hysterectomie. Dat blijkt uit een observationele studie door Rachel Kearns e.a., gepubliceerd in The BMJ.
Een ruggenprik wordt normaal gesproken aanbevolen voor vrouwen met bekende risicofactoren voor ernstige maternale morbiditeit, zoals obesitas, bepaalde onderliggende aandoeningen of het krijgen van meer dan één baby. Vrouwen die voortijdig bevallen, lopen ook een hoger risico.
Kearns e.a. maakten voor hun onderzoek gebruik van data ontleend aan de Scottish National Health Service. Om precies te zijn ging het om gegevens van 567.216 moeders die tussen 2007 en 2019 bevielen. Van hen kreeg 22 procent een ruggenprik tijdens de bevalling. Ernstige maternale morbiditeit kwam voor bij 4,3 op 1000 geboorten.
Epidurale analgesie resulteerde in een relatieve risicoreductie van 35 procent op ernstige maternale morbiditeit bij alle vrouwen in het onderzoek. De grootste afname zagen de onderzoekers echter bij vrouwen met een medische indicatie voor een ruggenprik (50%) vergeleken met vrouwen zonder (33%) en bij vrouwen die te vroeg bevielen (47% risicoreductie).
Als mogelijke verklaringen voor hun bevindingen opperen Kearns e.a. onder meer: nauwlettender monitoren van zowel moeder als baby tijdens de bevalling en het afzwakken van fysiologische stressreacties. Overigens: van de 77.439 vrouwen in het onderzoek die een hoger risico liepen op ernstige maternale morbiditeit, kreeg slechts een kwart een ruggenprik.
Belangrijke disclaimer: aan de studie namen overwegend blanke vrouwen deel, hetgeen de generaliseerbaarheid naar etnisch diverse bevolkingsgroepen bemoeilijkt, aldus de onderzoekers.
Lees ook- Er zijn nog geen reacties