Nieuw reglement voor gefuseerde regionale tuchtcolleges
Plaats een reactieHet reglement van de regionale tuchtcolleges voor de gezondheidszorg is sinds april dit jaar aangepast. Dat van het Centraal Tuchtcollege is ongewijzigd gebleven. Aanleiding was de wetswijziging die het aantal regionale tuchtcolleges terugbracht van vijf naar drie colleges.
Het reglement geeft een aanvulling op de regels over de tuchtrechtelijke procedure die zijn vastgelegd in de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) en het Tuchtrechtbesluit BIG.
In de nieuwste versie staat dat het ‘uitgangspunt’ is dat een mondeling vooronderzoek (MVO) wordt gehouden. De Wet BIG bepaalt dat de vooronderzoeker klager en beklaagde in de gelegenheid stelt om te worden gehoord bij het vooronderzoek. Een woordvoerder laat weten dat de wet altijd leidend is, zo ook bij dit reglement. Maar het kán voorkomen dat er geen wordt gehouden, bijvoorbeeld ‘als partijen daaraan geen behoefte hebben en het college er geen aanleiding toe ziet, omdat een zaak eerder is aangeboden, is verjaard of dat er geen griffiegeld is betaald’, aldus de woordvoerder. In het merendeel van de situaties bieden de tuchtcolleges een MVO actief aan.
Onafhankelijkheid
Nieuw is ook een passage over de onafhankelijkheid van het college. Van rechters wordt aangenomen dat ze beroepsmatig onpartijdig zijn. De overige leden van het tuchtcollege moeten zelf beoordelen of ze voldoende afstand hebben tot beide partijen. Vriendschappen of andere nauwe privécontacten met klager, zorgverlener of gemachtigde kunnen niet. Zeker als iemand binnen een klein subspecialisme werkt, is de kans groter dat men elkaar al eens is tegengekomen. Professionele samenwerking in het verleden, of werkzaam zijn voor dezelfde grote organisatie hoeft niet zonder meer een belemmering te zijn, aldus het reglement. ‘Of dat het geval is, hangt af van alle bijzondere omstandigheden van het geval. Bij twijfel overlegt het lid met de voorzitter’, zegt het reglement. De toelichting vermeldt dat de leden tevoren wordt gevraagd of zij voldoende vrij staan ten opzichte van beide partijen, dat de wet niet vereist dat er leden van hetzelfde specialisme in het college zitten maar dat ‘voldoende deskundigheid vertegenwoordigd’ moet zijn.
Klachten
Ook de paragraaf over klachten tegen de tuchtcolleges is opgefrist. Een belanghebbende heeft vier weken de tijd per brief een zogenoemde ‘bejegeningsklacht’ in te dienen bij de voorzitter over de wijze waarop het college, een van de leden of een medewerker van het secretariaat zich tegenover hem heeft gedragen. Nieuw is de toelichting dat tegen beslissingen op bejegeningsklachten geen beroep mogelijk is en er ook niet kan worden geklaagd over de afdoening van een bejegeningsklacht.
De Wet op de rechterlijke organisatie biedt ook nog de mogelijkheid aan te kloppen bij de procureur-generaal bij de Hoge Raad. Dit is ook van toepassing op de tuchtcolleges, maar dat staat niet genoemd in het reglement. Volgens die wet kan iemand met een klacht over de manier waarop een rechtsprekende ambtenaar zich in de uitoefening van zijn functie jegens hem heeft gedragen, dus niet over de rechterlijke beslissing zelf, aan de procureur-generaal bij de Hoge Raad vragen ‘een vordering bij de Hoge Raad in te stellen tot het doen van een onderzoek naar de gedraging’.
Links:
Wet BIG: https://wetten.overheid.nl/BWBR0006251/2022-04-01#HoofdstukVII_Paragraaf4_Artikel66
-
Eva Nyst
Eva Nyst werd geboren in Australië en groeide op in Middelburg. Ze studeerde filosofie en theologie aan de Universiteit van Amsterdam en werkte twee jaar als journalist bij De Volkskrant. Van 2001 tot 2022 was ze in dienst bij Medisch Contact. Sindsdien is zij werkzaam bij de KNMG als beleidsadviseur.
- Er zijn nog geen reacties