Laatste nieuws
Yfke Prins
Yfke Prins
4 minuten leestijd
psychiatrie

MDMA bij posttraumatische stressstoornis: we zijn er nog niet

Plaats een reactie
Adobe Stock
Adobe Stock

De Staatscommissie MDMA adviseert om ‘de medische toepassing van MDMA bij posttraumatische stressstoornis (PTSS) zo snel mogelijk in Nederland te ontwikkelen’. Eén dag voordat de Staatscommissie de resultaten rapporteerde, adviseerde een wetenschappelijke commissie aan de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) om MDMA niet te registreren als geneesmiddel in de Verenigde Staten. De meningen over deze therapie zijn kennelijk verdeeld.

MDMA-ondersteunde therapie is gericht op patiënten met therapie­resistente PTSS. Dat zijn er in Nederland ongeveer 400 duizend, van wie volgens schattingen van de Staatscommissie er tienduizenden therapieresistent zijn. De belangstelling voor de inzet van psychedelica bij de behandeling van deze patiëntengroep neemt toe.

De medische toepassing van MDMA, de werkzame stof in XTC, bestaat uit een combinatie van MDMA en psychotherapie voor PTSS. MDMA zorgt ervoor dat patiënten een minder hevige angstreactie ervaren als zij tijdens een therapiesessie teruggaan naar een trauma. Daardoor zijn ze ontvankelijker voor trauma­verwerkingstherapie. Metten Somers, psychiater in het UMC Utrecht en coördinator van het Platform Psychedelica in de Psychiatrie bij de Nederlandse vereniging voor Psychiatrie vertelt hoe deze behandeling eruitziet. ‘De behandeling bestaat uit drie sessies van zes tot acht uur waarin patiënten MDMA krijgen, in de aanwezigheid van twee speciaal opgeleide therapeuten. Het wordt altijd voorafgegaan door voorbereidende sessies en opgevolgd door integratiesessies, waarbij er samen wordt teruggekeken op de ervaring. In totaal duurt de behandeling vier maanden.’ Patiënten krijgen doseringen tussen de 80 en 120 mg MDMA.

Fase-III-studies

De zeskoppige Staatscommissie adviseert op basis van het ‘overtuigende wetenschappelijke bewijs’ om de medische toepassing van MDMA zo snel mogelijk te ontwikkelen. Ze baseert dit op meerdere fase-III-studies, waarbij patiënten na MDMA-therapie minder symptomen vertoonden dan bij een placebobehandeling. Zo voldeed een groter deel van de patiënten in een fase-III-trial die behandeld werden met MDMA niet meer aan de DSM-criteria voor PTSS: 71,2 procent voor de MDMA-groep versus 46,2 procent in de placebogroep. Daarnaast werd er gekeken naar remissie na twaalf weken. 46,2 procent van de patiënten in de interventiegroep bereikte remissie, tegenover 21,4 procent van de patiënten behandeld met placebo.

Methodologische beperkingen

Farmaceut Lykos diende vorig jaar een registratieverzoek in bij de FDA op basis van twee fase-III-onderzoeken, een vereiste voor registratie. Een adviescommissie van de FDA heeft de afgelopen week geadviseerd tégen het registreren van MDMA als geneesmiddel, mede vanwege methodologische beperkingen in de onderzoeken. De blindering vormde een struikelblok in de ogen van de commissie. Alhoewel de onderzoeken geblindeerd waren, kon circa 90 procent van de interventiegroep en circa 70 procent van de placebogroep deduceren in welke studiearm ze zaten. Daarnaast had 40 procent van de deelnemers al eerder MDMA gebruikt, wat kan leiden tot selectiebias. Ook draagt de commissie aan dat er veel vrije invulling mogelijk was in de psychotherapie, waardoor de psychotherapie mogelijk kon variëren tussen de interventiegroep en de placebogroep. De FDA is overigens niet verplicht om het advies van de commissie op te volgen. Het definitieve oordeel volgt nog.

Somers is verbaasd over de stelligheid waarmee de adviescommissie ertegen adviseert. ‘De FDA dacht dat de therapie veelbelovend zou zijn en kende het in 2017 de status ‘breakthrough therapy designation’ toe. Ook zijn er twee fase-III-studies die een goed resultaat lieten zien en waaruit bleek dat het veilig was.’ Tegelijkertijd zijn de kritiekpunten die de commissie aandraagt bekend. ‘In die zin is het niet verrassend. De redenen waarom ertegen geadviseerd werd zijn denk ik invoelbaar.’

Verwarrend voor patiënten

In Nederland geldt strenge wetgeving rondom MDMA. Het middel staat niet geregistreerd als geneesmiddel en staat samen met harddrugs op lijst I van de Opiumwet. Somers licht toe wat nu in de praktijk kan. ‘Heel kort door de bocht is het zo dat er nu nog niks mogelijk is voor psychiaters en andere zorgprofessionals. En dat is best verwarrend voor patiënten, omdat er in de media steeds meer berichten komen over deze behandeling. Het idee kan ontstaan dat het al voorhanden is en dat het voor­geschreven kan worden.’

Voor onderzoeksdoeleinden kan er wél MDMA voor­geschreven worden. De Staatscommissie adviseert dan ook verder onderzoek, in de vorm van ‘naturalistisch onderzoek’. Hierbij is geen sprake van een controlegroep, maar wordt een groep patiënten, die allen de behandelingen krijgen, langere tijd gevolgd. ‘Naturalistisch onderzoek is een stap in de goede richting. De randvoorwaarden in Nederland om het onderzoek van de grond te krijgen zijn ook goed’, zegt Somers. In het onderzoek moet er ook aandacht zijn voor de langetermijneffecten. ‘Mensen moeten langere tijd zonder klachten kunnen blijven. Dat is een belangrijke randvoorwaarde voor het inbedden van MDMA-therapie in ons medisch systeem.’

Grijs gebied

Een aantal BIG-geregistreerde behandelaren kiest ervoor om de behandeling al aan te bieden, zelfs al bevinden ze zich daardoor in juridisch (zeer) grijs gebied. Een reden hiervoor is de morele druk om therapieresistente patiënten – die volgens het rapport in sommige gevallen zelfs op basis van uitbehandelde PTSS een euthanasieverzoek doen – te helpen. Ook ‘eigen lezing van het wetenschappelijk onderzoek’ en ‘een gebrekkig vertrouwen in een snelle registratie van MDMA-therapie in Nederland’ zijn genoemde redenen.

Bij de presentatie van het rapport van de staatscommissie zei demissionair minister Pia Dijkstra dat ZonMw een subsidie van 2,6 miljoen euro gaat verdelen. Een deel van de subsidie is voor het opzetten van een samenwerkingsverband. Het andere gedeelte dient voor onderzoek naar één psychedelicum bij één indicatie. ZonMW stelt het middel en de indicatie later vast.

Lees ook Download dit artikel

Wetenschap psychiatrie trauma
  • Yfke Prins

    'Yfke Prins is laatstejaars coassistent. Naast haar interesse in de geneeskunde, heeft ze een grote passie voor schrijven. Zo is ze onder andere auteur en blogger bij Arts in Spe. Terwijl ze wacht op haar (administratief) afstuderen en BIG-registratie loopt ze stage bij Medisch Contact.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.