Artsen hebben vaak rijke ouders die zelf ook arts zijn
12 reactiesArtsen kiezen veel vaker dan de meeste andere zorgverleners hetzelfde beroep als hun ouders. En ze komen vaker uit een rijk nest dan andere zorgverleners. Dat geldt al helemaal voor jongere artsen. 30 procent van de jongere artsen (geboren vanaf 1980) heeft een vader die in 2011 een brutojaarinkomen had van meer dan 103 duizend euro.
Gemiddeld hadden de vaders van jongere artsen in 2011 een brutojaarinkomen van bijna 94 duizend euro. Dat blijkt uit het rapport ‘Diversiteit in het BIG-register’ van socioloog Lianne Mulder van het UMC Utrecht. Dat is gepubliceerd door het ministerie van VWS. Zij deed onderzoek naar de sociaal-economische achtergrond, geslacht en migratieachtergrond van alle vaders van zorgverleners in het BIG-register om de diversiteit en mogelijke kansenongelijkheid in kaart te brengen. Hiervoor gebruikte ze (geanonimiseerde) data over zorgverleners en over hun ouders uit het BIG-register en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Jaarinkomen
Uit deze analyse blijkt dat het gemiddelde brutojaarinkomen in 2011 van de vaders van alle artsen – ook de oudere – met bijna 80 duizend euro het hoogst is van alle zorgverleners in het BIG-register. De inkomens van deze vaders zijn 2,4 keer zo hoog als het modaal inkomen in 2011. De vaders van tandartsen staan op de tweede plek en de vaders van verpleegkundigen verdienden in 2011 het minst. Wel is het jaarinkomen van de vaders van álle zorgverleners in het BIG-register gemiddeld bovenmodaal. 1,2 procent van alle artsen had in 2023 minstens één ouder met een bijstandsuitkering.
Onderzoeker Mulder heeft de inkomens van de moeders van BIG-geregistreerde zorgverleners buiten beschouwing gelaten in het rapport. 10 tot 20 procent van de moeders van artsen had in 2011 géén inkomen, licht Mulder toe. Verder verschilt het inkomen van de moeders van artsen niet veel van dat van de moeders van andere zorgverleners. Ook is er volgens Mulder geen ‘disproportioneel’ grote groep moeders met een jaarinkomen boven een ton, zoals de 30 procent vaders van jonge artsen.
Hetzelfde beroep
In 2023 had 20,7 procent van alle artsen minstens één ouder die ook in het BIG-register staat. In 2005 was dat nog 9,4 procent. In 2023 was de vader van 7444 artsen óók arts. Dit is bijna het dubbele van verpleegkundigen van wie de vader ook verpleegkundige is. Ruim 15 duizend verpleegkundigen hebben een moeder die ook verpleegkundige is en 2641 artsen hebben een moeder die óók arts is. Alle andere BIG-zorgverleners hebben véél minder vaak een vader of moeder met hetzelfde beroep.
In bijna alle beroepsgroepen in het BIG-register is – ten opzichte van de algehele beroepsbevolking – een ondervertegenwoordiging te zien van mensen met een migratieachtergrond. Alleen onder apothekers en tandartsen is een lichte oververtegenwoordiging te zien. Bij artsen is de ondervertegenwoordiging wél minder sterk dan bij de resterende beroepsgroepen.
Kans op specialisatie
Mulder onderzocht op basis van de data uit onder meer het BIG-register en CBS ook of er sprake is van ongelijke kansen voor artsen om medisch specialist te worden. Ze concludeert in het rapport dat artsen, ongeacht hun leeftijd, een hogere kans hebben om specialist te zijn als ze man zijn, geen migratieachtergrond hebben en ouders hebben wiens vermogen behoort tot de hoogste 40 procent van Nederland. Ook hebben jongere vrouwelijke artsen nog steeds een lagere kans om specialist te zijn dan mannelijke artsen, ondanks dat zij wel bezig zijn met een opmars.
Het percentage jonge specialisten dat in 2023 man is, geen migratieachtergrond heeft, ouders heeft met een vermogen dat behoort tot de hoogste 20 procent van Nederland én die minstens één ouder heeft die óók arts is, ligt met 9,8 procent het hoogst bij heelkunde. Op de tweede plek staat met 8,6 procent de orthopedie, gevolgd door cardiologie en kno.
Diversiteit
Mulder concludeert dat met name de beroepsgroepen van artsen, klinisch technologen en tandartsen geen goede afspiegeling vormen van de bevolking. Het grootste gebrek aan diversiteit is volgens haar te zien op het gebied van sociaal-economische achtergrond en dan met name op het gebied van het inkomen van de vaders. Ze pleit ervoor in de selectieprocedure voor de verschillende opleidingen meer aandacht te besteden aan diversiteit, ook op het gebied van sociaal-economische status.
Lees ook-
Simone Paauw
Simone Paauw interviewt het liefst de ‘gewone arts’ met een bijzonder verhaal. Ze heeft aandacht voor diversiteit en inclusie in de breedte, discriminatie en grensoverschrijdend gedrag (op de werkvloer) en de positie van vluchtelingen en vluchteling-artsen. (Gezondheids)recht en medisch tuchtrecht hebben haar bijzondere interesse.
W.J. Duits
Bedrijfsarts, Houten
Op basis van deze gegevens je mogelijk ook concluderen dat ouders het beroep aanbevelen. Omdat ze het een mooi beroep vinden. Misschien ligt er zelfs wel een druk op kinderen om ook net als vader arts te worden. Je kunt alle kanten er mee op. Het is ...net wat je wil zien.
Een MC onwaardig onderzoek m.i..
F.A. van Gaalen
arts
Ik heb een naar gevoel over hoe dit onderzoek tot stand is gekomen.
Ongevraagd zijn hier gegevens van ouders en kinderen aan elkaar geknoopt zonder dat enige mogelijkheid is geboden om deze privé-gegevens buiten het onderzoek te houden. (Opt out?) ...
Daarnaast had dit onderzoek ook met toestemming uitgevoerd kunnen worden door gezondheidsmedewerkers uit te nodigen mee te doen aan een vragenlijstonderzoek.
Dit is slecht is voor het maatschappelijk draagvlak van wetenschap.
A. G?bel
Huisarts, Amstelveen
Ik wil echt nergens meer horen of lezen dat vrouwen in de geneeskunde minder kansen hebben dan mannen. Om me heen zie ik zeer veel vrouwelijke artsen. Ik heb zelfs het idee dat er meer vrouwelijke dan mannelijke dokters zijn.
Voorts stoort m de su...ggestie van causaliteit waar alleen sprake is van correlatie. Er wordt bij sollicitatie niet gekeken naar het inkomen van de vader. Er moet dus een andere causaliteit zijn. Bijvoorbeeld simpelweg dat een kind van een chirurg enthousiast wordt voor dat vak en dat daarom de inkomenscorrelatie ook bestaat.
Ik hoor nooit van mensen die klagen over minder kansen om dokter te worden. Er is volgens mij een correct aannamebeleid. Ook in de huisartsgeneeskunde zie ik veel diverse mensen langskomen en ik geloof dat 70% inmiddels vrouw is. We moet geen problemen maken die er niet of nauwelijks zijn.
Bedrijfsarts, Den Haag
Hier een reactie van iemand zonder rijke ouders of ouders die ook maar gestudeerd hebben.
Je hebt al een hele route tot überhaupt de geneeskunde studie waarin het inkomen van je ouders al helpt. Tijdens de middelbare school geen bijbaantje hoeven ...doen, hulp bij huiswerk, mentaal beter in je vel zitten omdat het in je gezin wat prettiger gaat omdat er geen financiële zorgen zijn.
Vervolgens val je ook minder snel af in de geneeskunde studie als je ouders je royaal bijspringen. Bij de belastingdienst val je gek genoeg ook niet op als je ouders je >1000 euro per maand cadeau doen, in tegenstelling als je net als ik de hele studietijd als verzorgende in de ouderenzorg aan de slag gaat.
Je leven is gewoon net wat minder stressvol als je ouders een dikke portemonnee hebben. Verder helpt het als diegenen bij wie je solliciteert ook een jongere versie van zichzelf zien. “Netwerken is belangrijk” (het helpt als je ouders al vroeg stages voor je kunnen regelen bij bekenden).
Ik zou mijn kinderen ook gewoon helpen tijdens de studie, maar dat er zoiets is als “gelijke kansen voor elke geboren Nederlander om arts te worden” is natuurlijk niet waar en dat lijkt dit onderzoek te bevestigen.
M.L. van Weert-Waltman
was ooit arts en sociaal geneeskundige, wegens pensionering nu drs, Amsterdam
Tendensieuse kop en is dit een echt onderzoek ?
Mijn ouders waren geen arts en ik was er nooit aan begonnen als mijn vader niet beloofd had bij te zullen dragen aan de studie. Ik heb tot mijn doctoraal bijverdiend en thuis gewoond, zoals veel van m...ijn studie genoten en weinig van mijn verenigingsgenoten, die altijd geld bleken te hebben voor een uitje of truitje.
mijn vader overleed tijdens de coschappen. Ik ben mijn moeder nog altijd dankbaar dat zij mij ook dat laatste jaar heeft kunnen helpen, zoals wij ook onze dochter hebben kunnen helpen.
Nog steeds is de situatie voor coassistenten financieel beneden ieder pijl. Onder het motto straks ga je veel verdienen, leef je als je pech hebt meer dan twee jaar onder het minimum. Dat veel verdienen geldt overigens zeker niet voor de meeste artsen.
Ik heb bewondering voor vrouwen, die zich hier tegenwoordig diep in de schuld voor moeten steken.
huisarts, australia
leuk onderzoek" diversiteit in het big-register" en dan alleen kijken naar het inkomen van vaders....
J. Wind
huisarts, Wijk en Aalburg
Gewoon een vraag: waarom wordt dit soort dingen onderzocht?
M. van Oostwaard
Gynaecoloog , Rotterdam
Laat je niet ontmoedigen hoor, vrouwelijke jonge artsen van welke afkomst dan ook, met een automonteur als vader en een fulltime moeder is het me mooi wel gelukt! Met hard werken en volharding kun jij het ook!
F.S. Krikke
huisarts, Arnhem
Uit deze analyse blijkt dat het gemiddelde bruto-jaarinkomen in 2011 van de vaders van alle artsen.... : hoe zijn uit geanonimiseerde data van het BIG register en het CBS zaken als familiebanden en inkomens te halen?
P.L. Ganani-Allis
verzekeringsarts, Rotterdam
Logische uitkomst, na zoveel jaren van decentrale selectie. Je kunt wel 'meer aandacht besteden aan diversiteit', maar als je selecteert, kies je nu eenmaal sneller mensen die op jou lijken.
Verder is er een niet te onderschatten factor van het lee...nstelsel. Voor kinderen van minder rijke ouders is het gewoon een heel erg dure studie. Ik heb mijn kinderen zonder schuld kunnen laten studeren, net zoals ik dat zelf mocht van mijn ouders (die overigens niet in de zorg werkten).
Vooral de coschappen zijn een zeer dure periode, waarbij het niet gezond is er ook nog naast te werken. En wat je dan krijgt, zijn rijke studenten die nominaal kunnen studeren, en werkstudenten die dat niet kunnen omdat ze ook moeten werken. Die studenten worden vervolgens minder snel geselecteerd op de genoemde vervolgopleidingen vanwege de studievertraging, en zo houd je de 7 vinkjes cultuur in stand. Terwijl de werkervaring die ze hebben opgedaan vaak veel waard is.
Die studie is gewoon heel hard werken, maar de overheid gaat ervan uit dat je minstens 10 uur per week ernaast kunt werken. Nou, dat zou mij niet zijn gelukt, ondanks mijn 6 vinkjes.
SO, Steenderen
Ik ben geen gemiddelde arts
1e academicus in de familie
F.A. Philipszoon
Arts n.p., Tilburg
Interessant artikel! Is ook bekend wat de inkomens en professies zijn van de ouders van succesvolle ondernemers c.q. mensen met een mooie carrière in het bedrijfsleven? Wellicht is hier ook een correlatie. Dank voor een reactie.