Laatste nieuws
Eva Kneepkens
Eva Kneepkens
6 minuten leestijd
Achter het nieuws

Het verkennend gesprek ontlast straks de huisarts en de ggz

‘Mensen komen zo eerder op de juiste plek’

3 reacties
ANP/Roos Koole
ANP/Roos Koole

Al jaren kampt de ggz met ellenlange wachttijden. De hoop is dat verkennende gesprekken dit veranderen, maar volgens twee ggz-instellingen die ermee experimenteren is dat niet het doel.

Stichting Recht op ggz gaf onlangs aan een collectieve rechtszaak voor te bereiden tegen de staat en zorgverzekeraars vanwege de lange ggz-wachtlijsten. Die aankondiging vestigt de aandacht weer op de 55 duizend patiënten die langer op een ggz-behandeling wachten dan de wettelijke norm van veertien weken. De stichting vindt dat de staat en zorgverzekeraars dieper in de buidel moeten tasten om dit op te lossen, maar die wijzen naar het Integraal Zorgakkoord (IZA).

Nieuwe voordeur

Volgens het IZA moet iedere regio een mentale­gezondheids­netwerk krijgen waarin de eerste lijn, ggz en het sociaal domein nauw samenwerken. Een taak is het voeren van verkennende gesprekken. Dat moet mensen met psychische én sociale problematiek naar ‘passende zorg’ triëren. De Nederlandse ggz schat op basis van pilots dat een tiende tot een kwart van de ggz-aanmeldingen hierdoor beter af is in het sociaal domein.

Volgens Alex de Ridder, psychiater en bestuurslid van GGz Breburg – die met het verkennend gesprek experimenteert – is zo’n netwerk ‘onze nieuwe voordeur’: één deur waar alle verwijzingen langskomen en waar ggz-professionals weer met een generalistische blik kijken. Nu bestaat de ggz nog uit allerlei voordeurtjes met eigen aanmeld- en behandelwachtrijen, zoals de ‘depressiezorglijn’ of de ‘ADHD-zorglijn’. Geregeld blijkt, na weken of maanden wachten op een intake, dat de patiënt al die tijd in de verkeerde wachtrij stond.

Het mentalegezondheidsnetwerk moet die in­­­efficiënte zorginzet voorkomen. In plaats van een diagnose aanvinken, kan de huisarts bij twijfel over de diagnose aangeven: ‘Er is een psychisch probleem dat samenhangt met het sociaal functioneren’, zegt Rob van Dijk, psychiater en A-opleider bij GGz Breburg. ‘En de ggz is toegerust om dat met die persoon verder uit te zoeken en te differentiëren.’ Hiermee wordt de huisarts ‘ontzorgd’.

Open gesprek

Bij GGz Breburg vindt het verkennend gesprek plaats na de aanmelding. Het is een open gesprek van mens tot mens waarbij altijd een ggz-professional aanwezig is en bij voorkeur ook een ervaringsdeskundige. Die leggen allerlei opties voor ondersteuning op tafel. Dat zijn hulplijnen vanuit bijvoorbeeld de ggz, het sociaal domein, maar ook uit de eerste lijn of informele zorg, zoals lotgenotencontact. De ‘burger’ kan dan aangeven welke hulp hij of zij op dat moment nodig denkt te hebben.

Ze voerden bijna zesduizend verkennende gesprekken. Een kwart van de burgers bleek ‘passend’ geholpen te kunnen worden buiten de ggz. ‘Mensen komen eerder op de juiste plek en hebben sneller een passende behandeling’, licht Margot Metz toe, senior onderzoeker bij GGz Breburg. Als bijvangst zien ze ‘de eerste positieve signalen in de aanmeldwachttijd’. Volgens het Zorginstituut staat vooralsnog niet vast dat verkennende gesprekken tot ‘betere’ zorg en kortere wachttijden leiden. Daarom is monitoring belangrijk. GGz Breburg werkt aan de publicatie van de onderzoeksresultaten en wil mensen na het verkennend gesprek binnen het netwerk langere tijd volgen.

Dagelijks leven

Ook ggz-instelling Dimence Groep experimenteert, met Prisma Psychologie en PsyQ, in Zwolle al enige tijd met het verkennend gesprek bij het initiatief Wachtkracht. Mensen op de behandelwachtlijsten kregen het aanbod om alvast met een cliëntondersteuner te praten. ‘Als mensen langer op de wachtlijst staan, nemen de klachten vaak alleen maar toe’, zegt Annemarie van der Kolk, manager bij WerV, de welzijnstak van Dimence Groep. ‘Daarom willen we mensen alvast ondersteuning bieden bij datgene waar ze in het dagelijks leven tegenaan lopen.’

De roep om een uniforme werkwijze neemt toe

Eén op de vier wachtenden maakte van het aanbod gebruik. Ruim de helft kreeg hulp vanuit het sociaal domein, vaak bij de finan­ciën of dagbesteding. Bij 14 procent werd de wachttijd verkort en bij 5 procent was geen ggz-traject meer nodig. De volgende stap is om het verkennend gesprek eerder in de wachtrij plaats te laten vinden. Ze verwacht dat meer mensen er dan gebruik van maken.

Pionieren

Beide ggz-instellingen hebben de afgelopen jaren kunnen pionieren met het verkennend gesprek, financieel gesteund door hun preferente zorgverzekeraar en, in het geval van Dimence Groep, ook de gemeente. Maar nu het landelijk geïmplementeerd wordt, neemt de roep om een uniforme werkwijze toe. ‘Dat is een spanningsveld’, beaamt De Ridder.

Zo staat in het zorgakkoord dat de huisarts, en niet de ggz, kiest of een verkennend gesprek nodig is. Dat moet idealiter binnen twee weken na de verwijzing plaatsvinden. Als tijdens het gesprek blijkt dat een ggz-­behandeling het meest passend is, dan moet de ggz-instelling ernaar ‘streven’ om de ‘behandelverantwoordelijkheid’ binnen vier weken van de huisarts over te nemen, ‘ook als er nog geen intake heeft plaatsgevonden’. Daarnaast staat in een aanvullend document – Werk­wijze ontwikkeling Mentale gezondheids­netwerken – dat ‘altijd de ggz én het sociaal domein’ bij een verkennend gesprek met de patiënt ‘aanwezig’ zijn.

Speelruimte

In de praktijk gaat dat nu anders. De twee ggz-instellingen geven aan het liefst bij alle niet-spoedverwijzingen een verkennend gesprek te voeren. Bovendien zijn niet altijd een ggz-professional én sociaal werker erbij. ‘Wil je zorg weghalen bij de ggz, dan moet je het verkennend gesprek anders inrichten’, zegt Van Der Kolk. ‘Bij onze methodiek werken we met mensen met kennis van de ggz, zoals een sociaal werker met uitstroomprofiel zorg. Bovendien kunnen we de hulp binnen Dimence Groep snel opschalen als dat nodig is.’ GGz Breburg kiest juist wel voor een ggz-professional en op indicatie een sociaal werker van de gemeente. De Ridder: ‘Op basis van deze brede verkenning neem je medisch gezien ook een belangrijke beslissing als je zegt: deze persoon gaat nu niet door naar de ggz.’

‘Met Zilveren Kruis hebben we afgesproken dat we gaan uitproberen welke aanpak het beste werkt en die kan iets afwijken van het zorgakkoord’, zegt Van der Kolk. ‘Want het gaat erom hoe we de huisarts en ggz het meest kunnen ontlasten.’ Ook De Ridder vraagt om speelruimte: ‘Timmer het niet achter de komma dicht, maar geef het veld de ruimte om deze methodiek te verfijnen en positioneren.’

‘Wachtrijoverbruggingszorg’

Guus Jaspar heeft als huisarts in Zeeuws-Vlaanderen nog geen ervaring met het verkennend gesprek, maar als LHV-bestuurder zat hij wel aan de IZA-tafel. Hij verwacht dat huisartsen door het verkennend gesprek vlotter kunnen doorverwijzen, zowel de ‘evident urgente ggz-problematiek’ als patiënten met een ‘ingangsklacht die een zorgvraag lijkt te zijn’ maar bij nader inzien toch door niet-­medische problemen wordt veroorzaakt. Ook is het een uitkomst voor de huisarts dat de praktijkondersteuner straks de ‘wacht­rijoverbruggingszorg’ niet meer hoeft te leveren. Al zal het wel een tijd duren voordat het echt zover is. ‘Het klinkt triest om te zeggen, maar slechter dan het nu gaat kan bijna niet.’

Minder enthousiast is psychiater Jim van Os – ‘de uitvinder’ van het verkennend gesprek, alleen ‘heette dat toen anders’. Hij vindt dat een verkennend gesprek niet in de ggz thuishoort. ‘Wat er nu gebeurt, is dat de ggz, waar toch al enorme wachtlijsten zijn, van de zorgverzekeraar geld krijgt om te stoppen met behandelen om verkennende gesprekken te leren voeren die veel beter gevoerd kunnen worden door het sociaal domein, de POH-ggz, herstelacademies, et cetera, én daar ook al worden gedaan; zonder medische bril op.’

Kritisch

Op basis van het aanvullende document – Werkwijze ontwikkeling Mentale gezondheidsnetwerken – concludeert het Zorginstituut in een standpunt dat de werkzaamheden van de huisarts en de ‘ggz-professional’ binnen het basispakket vallen. Inmiddels heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) ook een betaaltitel aan deze domeinoverstijgende samenwerking toegekend, zodat het verkennend gesprek in 2025 als landelijk experiment kan starten.

Wel is het Zorginstituut in datzelfde standpunt ook kritisch op het verkennend gesprek. Zo waarschuwt het voor onnodige medicalisering – terwijl het verkennend gesprek juist bedoeld is om dat tegen te gaan. Want de doelgroep is ‘niet scherp omschreven’ waardoor het risico bestaat dat het verkennend gesprek ‘een tussenstation wordt voor alle mensen met psychische problemen’. En als binnen vier weken de behandelverantwoordelijkheid wordt overgenomen – zoals het streven is – kan dat leiden tot ‘verdringing van zorg’ waardoor anderen nóg langer op de wachtlijst staan. Verder zet de vereiste aanwezigheid van een ggz-professional de ‘schaarse personeelscapaciteit’ nog meer onder druk.

Lees ook
Achter het nieuws ggz psychiatrie wachtlijsten
  • Eva Kneepkens

    Eva Kneepkens is arts en promoveerde binnen de reumatologie. Na een postacademische cursus wetenschapsjournalistiek en een stage bij de Volkskrant koos ze voor het journalistieke pad. Ze schrijft voor Medisch Contact onder andere over wetenschap, tuchtzaken en inrichting van zorg.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • G.R.I. Slock

    huisarts, Sluis

    Sociaal domein is slecht bereikbaar, voor de patiënt maar ook voor de huisarts. Deze is door aparte WOZ financiering afscheiden van de reguliere zorg, terug samenwerking opzetten is niet zo makkelijk. Door de enorme ggz wachtlijsten en hardnekki...g afschuifgedrag merk ik eerder het tegendeel van ontlasting van de huisarts.

  • huisarts, Nijeveen, M.Ooms

    Op dit moment voert de POH GGZ bij ons de verkennende gesprekken uit, wanneer ze na goed overwegen aangeeft dat de patient doorverwezen moet worden, dan sta je tegen die wachtrij aan te kijken. Of er mag niet meer aangemeld worden.
    Tevens heb ik in... dit jaar al drie psychotische mensen vanuit de crisisdienst terugverwezen gekregen die gediagnostiseerd werden met een psychose. Er zou geen acuut gevaar zijn, verdere begeleiding door de POH GGZ werd geadviseerd, bij een acute crisis mochten we weer bellen. (hierna volgde alsnog opname nadat meerdere incidenten er toch een crisisopname van maakte)
    Er is nog een grote brug te slaan....

  • W.L. Rakhorst

    Psychiater , Amsterdam

    Ik hoop niet dat we behandelcapaciteit gaan vrij maken om dit soort gesprekken te voeren en vervolgens mensen van de ene wachtrij in de andere te stoppen… sociaal domein kampt ook met steeds langere wachttijden…

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.