Bij welke generatie voel jij je nou écht thuis?
6 reactiesHoe ga jij om met stress en tijdgebrek? Kom jij naast je werk nog aan jezelf toe? Of vind je dat helemaal niet belangrijk? Neurie jij mee met Whatever will be, will be maar kun je intussen maar wát moeilijk omgaan met verandering? De wereld in hokjes indelen heeft zo zijn functie: overzicht krijgen over het geheel der dingen, grip krijgen op de zaak. Misschien helpt deze zelftest om een beetje inzicht te krijgen in je gewoonten en denkbeelden en vind je herkenning in je eigen óf een andere generatie.
Tel hoeveel van elk symbooltje achter de antwoorden er voorkomen bij jouw antwoorden. Onderaan lees je welke generatie, of misschien wel mix van generaties, jou het best omschrijft.
of download de zelftest in PDF1. Wat is wat jou betreft een normale werkweek?
A. Als het maar parttime is; ik heb ook nog mijn vrijwilligerswerk en mijn hockeyteam kan ik ook niet laten zitten en mijn vrienden al helemaal niet (∏)
B. Maandag tot en met vrijdag, 9 tot 5, mijn weekend is heilig: me-time (∂)
C. Arts zijn is geen werk, het is een roeping, werktijden bestaan eigenlijk niet (∆)
D. Een fulltime werkweek vind ik normaal, af en toe overwerken daar kun je niet omheen als je je werk serieus neemt (∑ )
2. Hoe dient een arts zich te presenteren volgens jou?
A. Een beetje afhankelijk van je precieze functie natuurlijk, maar ik hecht aan de witte jas, dat straalt kundigheid uit (∆)
B. Waar je je lekker in voelt, je moet vooral jezelf laten zien; gympen, overhemd, tattoos, maakt niet uit (∏)
C. Representatieve kleding, je moet je werk goed kunnen uitvoeren maar ook professioneel overkomen (∑ )
D. Comfortabele kleding, maar tattoos bedek je (∂)
3. Hoe ga jij met de huidige klimaatproblematiek om?
A. Ik maak mij zorgen over de toekomst en probeer mij aan te sluiten bij Green Teams (∂)
B. Ik vind het zorgelijk maar zie niet wat ik er als arts aan zou moeten doen (∑ )
C. Ik kan hier echt wakker van liggen en doe graag iets om te helpen; ik vind dat iedereen en zeker ook artsen zich in moeten zetten het tij te keren (∏)
D. Ik denk dat het allemaal wel meevalt, maar het is zeker niet een probleem dat artsen zouden moeten oplossen (∆)
4. Je bent gevraagd om de volgende dag een presentatie van een collega over te nemen. Je bent maar met mate thuis in de materie. Wat doe je?
A. Ik zet een tentje op in de bibliotheek en lees me tot diep in de nacht in, ik zal zorgen dat dit goed komt (∆)
B. Ik struin het internet af, PubMed, Wikipedia, zo kom ik er wel uit (∑ )
C. Ik vraag het even aan ChatGPT en maak me verder niet druk, komt goed (∏)
D. Ik zorg dat ik mijn nachtrust pak en leg de volgende dag de situatie uit, toon de incomplete presentatie van mijn collega en vraag of het publiek zelf nog aanvullingen heeft (∂)
5. Hoe zorg jij voor een beetje ontspanning na een drukke werkweek?
A. Door mij op de bank te nestelen met een goed boek en een glas wijn (∑ )
B. Wat rommelen in de moestuin terwijl ik Radio 4 aan heb (∆)
C. Door een flink eind te wandelen, terwijl ik luister naar een informatieve podcast (∂)
D. Flink sporten en chillen met mijn vrienden (∏)
6. Je wordt buiten werktijd gebeld door een collega
A. Ik neem niet op, maar luister mijn voicemail straks wel even af (∂)
B. Ik twijfel maar neem dan toch maar even op, er zal wel iets dringends zijn (∑ )
C. Mijn telefoon staat op ‘niet storen’ buiten werktijd, alleen mijn moeder komt erdoorheen (∏)
D. Ik neem meteen op, misschien is het een noodsituatie (∆)
7. Tijdens een multidisciplinair overleg, waarbij een aantal collega’s online is aangehaakt, valt het scherm ineens uit. Wat doe je?
A. Ik houd me erbuiten, ik heb geen verstand van dit soort dingen (∆)
B. Ik druk driftig op van alles en nog wat, maar het lukt me niet om het probleem op te lossen (∑ )
C. Ik wacht even af maar als niemand iets doet werp ik mij op en bekijk de situatie eens goed, meestal lukt het me wel om dit voor elkaar te krijgen (∂)
D. Mijn naam wordt al snel geroepen, is standaard bij dit soort problemen, meestal is de oplossing veel simpeler dan mensen denken (∏)
8. Je werk loopt uit, en je hebt om 19.30 uur een etentje met vrienden op de planning
A. Dat ik wat later ben is toch niet erg, maar ik stuur onderweg wel even een sticker met feestelijke kaasgeluiden en laat weten: ‘omw’ (∏)
B. Ik laat om 17.00 uur vast weten dat mijn werk hoogstwaarschijnlijk uitloopt en dat ze maar zonder mij moeten beginnen (∆)
C. Voordat ik op mijn racefiets spring, app ik: ‘Hoi jongens, mijn werk is uitgelopen. Even mijn dagelijkse kilometertjes pakken en dan kom ik eraan’ (∂)
D. Ik baal en app: ‘Sorry sorry sorry jongens, ik ben verschrikkelijk te laat. ETA 19.36’ (∑ )
9. Een collega besluit na twintig jaar in het vak een switch te maken naar een ander specialisme
A. Ja, goed idee om af en toe van richting te veranderen, zou iedereen moeten doen (∂)
B. Ik snap dat wel, je moet je wel thuis voelen in je specialisme, als het niet meer goed voelt moet een switch mogelijk zijn (∏)
C. Dat is een persoonlijke keuze, het kan goed zijn, maar of het verstandig is na zo’n lange tijd, ik zie daar wel risico’s in (∑ )
D. Ik begrijp dat eigenlijk niet, je kiest een specialisme toch voor altijd, je kunt je vak niet in de steek laten, al die kennis die je opgebouwd hebt (∆)
10. Men wil de overdracht die normaal om 7.30 uur plaatsvindt naar 8.00 uur verschuiven
A. Waarom zou je dat doen? De vroege overdracht hoort er gewoon bij (∆)
B. Goed idee, kan ik ook eens met mijn gezin ontbijten (∂)
C. Fijn, dan kan ik nog meedoen aan een vroege work-out in het park (∏)
D. Prima, dan kan ik nog even wat administratie wegwerken vooraf (∑ )
11. Er komt een vrouw op het spreekuur naar aanleiding van een reel over natuurlijke anticonceptie die zij op Instagram zag. Haar vraag is of dit betrouwbare informatie is. Wat zeg je tegen haar?
A. Ik heb die reels ook voorbij zien komen. Mocht u naar betrouwbare informatie op TikTok zoeken, dan raad ik Dokters Vandaag aan (∏)
B. Vertrouw nooit wat op sociale media staat, kijk liever op Thuisarts.nl (∂)
C. Ik geef een folder mee waar alles rondom conceptie duidelijk in uitgelegd staat, met de nodige bronnen en verwijzingen (∑ )
D. Och meisje, ik leg het je nog één keer uit allemaal. Maar eerst: wat is een reel? (∆)
12. Je bent veranderd van werkplek en moet een nieuw epd onder de knie krijgen. Hoelang heb je hier gemiddeld voor nodig?
A. Een dag, met een paar keer oefenen heb ik het wel onder de knie (∂)
B. Niet lang, ik ben al zo vaak geswitcht van plek dat ik er met een ochtendje wel uit ben (∏)
C. Ik vraag een jongere collega mij alles uit te leggen, digitaal werken dat gaat me geregeld boven de pet (∆)
D. Een paar dagen toch wel, zo technisch ben ik ook niet meer (∑ )
13. Je bent gevraagd om een presentatie te geven voor je eigen afdeling. Hoe ziet je presentatie eruit?
A. Dat doe ik in Word en ik ben zo origineel een ander lettertype dan Comic Sans te gebruiken en met WordArt maak ik er iets nóg aantrekkelijkers van: letters met schaduw op een groene achtergrond, en ik vergroot het lettertype zodat het goed te lezen is (∑ )
B. Een kleurige presentatie gemaakt met Prezi, met een aantal Kahoot-vragen voor de interactie (∏)
C. Ik heb snel een PowerPoint in elkaar geflanst met een standaard PowerPoint-design (∂)
D. Ik gebruik geen presentatie, ik heb het uitgeprint. Papier vindt iedereen uiteindelijk toch fijner (∆)
14. Wat vind jij de prettigste manier van feedback geven?
A. Ik neem de ander even apart en vertel zonder er verder omheen te draaien wat mij opgevallen is (∑ )
B. Ik gebruik de sandwichmethode, tips en tops, vertel de ander eerst hoe ik zijn of haar werk waardeer en dan vertel ik wat mij dwarszit en ik sluit af met een mooie tip (∂)
C. Och houd toch op. Al die trucjes om feedback mooi in te pakken. Zeg gewoon waar het op staat en dat mag best iedereen horen (∆)
D. Ik heb totaal geen moeite met feedback, sterker nog: ik ben gek op feedback, geven en ontvangen, het is een kans om te leren! (∏)
15. Met welk nummer identificeer jij je het meest?
A. You’re simply the best (∂)
B. Voulez vous coucher avec moi (ce soir) (∑ )
C. Who let the dogs out? (∏)
D. Whatever will be, will be (∆)
De uitslag
Tel hoeveel van elk symbooltje er voorkomen bij je antwoorden. Hieronder lees je welke generatie, of misschien wel mix van generaties, jou het best omschrijft.
∆ = Boomer
Overwegend ∆ geteld? Dan ben je een echte boomer. Jij hecht aan autoriteit en professionaliteit. Patiënten moeten jou als arts vertrouwen en respecteren. Zo behandel je zelf toch ook mensen die hun vak verstaan? En dat straal je ook uit, in je voorkomen, in je voorbereiding, in je toewijding. Het artsenvak is je roeping en vanzelfsprekend werkt dat door in alle keuzes die je maakt. De meeste babyboomers zijn tussen 1946 en 1964 geboren, maar ben jij van daarna, dan is de kans groot dat je uit een artsenfamilie komt. Je vervult je levensrol met trots.
∑ = Generatie X
Overwegend ∑ geteld? Jij bent een typische gen X’er. Jij houdt van je vak en hebt daar ook wel het nodige voor over. Daar moeten soms andere zaken voor wijken, maar dat is het waard. Het is niet zomaar een beroep. Je hebt een groot verantwoordelijkheidsgevoel voor je patiënten. Samen overleggen vind je belangrijk, de patiënt moet gekend worden, maar uiteindelijk bepaal jij als arts de koers. Generatie X zijn meestal mensen tussen 1965 en 1980 geboren. Generatie Xcellent.
∂ = Millennial
Overwegend ∂ geteld? Jij vindt het belangrijk plezier in je werk te hebben. Werk is geen roeping, maar is iets wat bij je past, en dat kan dus ook weer veranderen. Je deinst dan ook niet terug voor verandering en leert graag van feedback. Technologie is een hulpmiddel waar je graag gebruik van maakt, ook al gaat het jou tegenwoordig soms ook weleens iets te snel. Je vindt het belangrijk om samen met de patiënt de route te bepalen. Naast je werk hecht je belang aan familie en vrienden maar ook tijd voor jezelf. Millennials stoeien met hun work-life balance en zijn meestal tussen 1981 en 1996 geboren.
∏ = Gen Z
Overwegend ∏ geteld? Jij bent jong en flexibel! Of je bent gewoon heel jong van geest. Jij hecht aan een diverse mix van activiteiten en mensen in je leven. Sport, vrienden, vrijwilligerswerk, een tweede studie, een eigen bedrijfje, en dat allemaal naast je carrière als arts, niets is jou te veel. Als jouw werk maar niet te veel van je vraagt, moet dat toch mogelijk zijn? Er is gewoonweg meer in het leven dan werken. Gen Z staat voor de generatie tussen 1997 en 2012 geboren. Of staat het gewoon voor een enthousiaste gretige levenshouding? Gen Zest for Life.
Adviseur, Haaksbergen
Recent uitgebreid gescreend en t voelt goed om dan niet geconfirmeerd te kunnen worden aan enig hokjes. Misschien een gen x dingetje, omdat we de tijd hebben gekend om af te gaan op eigen intuitie zonder mobiel en media. Waar die hokjes ooit vandaan ...komen? Ego denken en spiegelen, maar vaak slechts in negatieve zin. Jammer. Omdat die hokjes slechts in onze hoofden ontstaan. Oude mensen zijn jonge mensen met ervaring, maar vaak zonder de vrijheid nog te kunnen kiezen hoe ze moeten opstaan.
Apotheekhoudend huisarts, Streefkerk
Bart Bruijn
Ha ha ha, dit is heel leuk en ook wel confronterend, in zeker zin.
Ik ben, wat geboortejaar betreft een boomer. 1960, maar ik heb mezelf altijd beschouwd als vooruitstrevend en vernieuwend. Laat dat nu ook uit deze test komen, Gen ...X met vlag en wimpel. Confronterend is het feit, dat je niet verder vooruitstreeft, maar blijkbaar blijft hangen in je normen en waarden.
Voor wat dit waard is, heel aardig.
J.H.A. Vollebergh
Gynaecoloog, Heesch
Ik ben iets jonger (van 1962) maar haal de hoogste scores bij ‘Millennial’ en ‘GenZ’. Dus ofwel ik ben heel vooruitstrevend (daar ga ik zelf maar van uit) of we moeten nog eens kritisch naar het onderscheidend vermogen van de test kijken…
I.F. van Lingen
Huisarts, Hellendoorn
Wat grappig om te doen. En om mezelf te betrappen op:“ik hoop niet dat ik het etiket boomer krijg”. Ik vond de vragen goed in te vullen, terwijl ik normaal vastloop in mc-vragen. De uiteindelijke uitslag past bij hoe ik mezelf zie, maar laat me ook... wat verbaasd.
S.M. Schaab
coassistent, Zwolle
Beste Reina en Celeste,
Jammer dat jullie niet een online versie hebben, dan had je de resultaten kunnen analyseren. Ook vind ik het lastig om alleen een antwoord te kiezen. Daarom heb ik ook halve punten gegeven. Interessant genoeg klopt het denk... ik wel aardig met mijn generatie, al ben ik benieuwd of dit niet gewoon een verkapte DISC persoonlijkheidstest is. Mijn resultaat:
Babyboomers: 2 punten
Gen X: 3,5 punten
Millenials: 4,5 punten
Gen Z: 5 punten
Grappig feitje, de laatste, niet-medisch/werk gerelateerde vraag maakte Gen Z mijn generatie, waarbij ik uit geboortejaar 2000 kom, ik ben benieuwd of die vraag het beste onderscheid maakt. XD
Vriendelijke groet,
Stefan
R. Roovers
Redacteur
Leuk om te lezen, Stefan! Het zou zeker interessant zijn om eens te onderzoeken of het uiteindelijk niet allemaal op muziekvoorkeur terug te voeren is, die vermeende generatieverschillen :-)
[Reactie gewijzigd door redactie op 20-12-2024 09:37]