Artsen vaker doelwit van intimidatie en treiterij
Plaats een reactieArtsen hebben in toenemende mate te maken met intimidatie door patiënten of andere externe ‘klanten’. Liefst 60 procent van de artsen in loondienst is minstens één keer of vaker blootgesteld aan zogenoemd ‘extern ongewenst gedrag’; dat is een stijging ten opzichte van het jaar ervoor toen 48 procent daarvan last had.
Dat blijkt uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), die jaarlijks wordt uitgevoerd door TNO en CBS onder ruim 41 duizend werknemers. Op verzoek van Medisch Contact heeft TNO speciaal de artsen onder geënquêteerden eruit gelicht. Omdat de NEA over werknemers gaat, betreft het louter artsen in dienstverband.
Het gaat bij extern ongewenst gedrag om schelden, pesten, treiterijen, intimidatie. Met name vrouwelijke artsen (65,5%) hebben last van dergelijke agressie door patiënten, familie van patiënten of andere mensen van ‘buiten’ de instelling. Maar ook de helft van de mannelijke artsen heeft hier voorgaand jaar mee te maken gehad. TNO-onderzoeker Wendela Hooftman, projectleider van de NEA, noemt de stijging van het aantal artsen dat deze incidenten meldt opvallend.
Ook in andere zorgberoepen was vorig jaar een toename te zien, zij het niet overal even sterk. Zo hebben ook de meeste verpleegkundigen (63%) ervaring met extern ongewenst gedrag op de werkvloer; dit is iets (nog geen procentpunt) meer dan het voorgaande jaar. Opvallend is dat onder de verpleegkundigen meer mannelijke (66%) dan vrouwelijke (61%) collega’s zeggen dat ze te maken hebben gehad met ongewenst gedrag van buiten. Binnen de andere zorgberoepen valt op dat fysiotherapeuten meer ongewenst gedrag hebben gemeld dan vorig jaar.
Bij andere beroepen, buiten de zorg, was vorig jaar geen stijging in te zien. Om het in context te plaatsen: iets meer dan één op de vijf werknemers die niet in de zorg werken, heeft te maken gehad met ongewenst gedrag van mensen ‘van buiten’.
De aard van het werk vergt veel van artsen, zo blijkt opnieuw uit de antwoorden over de arbeidsbelasting. Meer dan driekwart van hen werkt weleens ’s avonds (78%), alleen verpleegkundigen werken nóg vaker in de avonduren (81%). Ruim 60 procent draait diensten waar hij bereikbaar, beschikbaar of oproepbaar moet zijn. Dat is voor andere werknemers in de zorg ook het geval, maar toch in mindere mate (35%). Buiten de zorg is dat percentage nog geen 30 procent. Het mag geen verbazing wekken dat artsen, net als verpleegkundigen, vaker dan andere werknemers in het weekend werken.
Opmerkelijk is dat overwerk de norm lijkt: 90 procent van de artsen werkt over. De gemiddelde dokter werkt vijf uur over per week, dat is meer dan de gemiddelde werknemer die drie uur overwerkt.
Net als in eerdere edities van de NEA zeggen artsen (16%) iets vaker dat ze gezins- of familieactiviteiten moeten missen als gevolg van hun werk. Ook heeft één op de vijf soms last van burn-outklachten.
lees ook-
Marieke van Twillert
Marieke van Twillert is sinds eind 2015 journalist bij Medisch Contact. Arbeidsmarkt en internationale gezondheidszorg hebben haar speciale aandacht, maar ze volgt ook het levenseindedebat, medische technologie en internationale gezondheid. Marieke is een van de presentatoren van MC de Podcast en schrijft geregeld een bijdrage voor de rubriek Media en Cultuur.
- Er zijn nog geen reacties