Voorland in het rokershok

Op een zonnige dag loop ik het ziekenhuis uit (waar ik niet werk maar wel af en toe kom). Mijn blik valt op het glazen rokershok, weliswaar op enige afstand maar in het zicht van de uitgang. In eerste instantie zie ik niets vreemds. Een aantal mensen op leeftijd, licht hijgend, van mager tot uitgemergeld, een paar in een rolstoel, sommigen met zuurstofslang, voedingssonde of beide. Allemaal met een sigaret in hand of mond.

Dan valt mijn blik op een jonge meid net naast het hok. Slank postuur, blonde staart die danst in de wind. Ook zij heeft een peuk in haar hand. Uitdrukkingsloos bekijkt ze de meute ouderen. Haar ogen glijden over de rolstoel, de zuurstoftank en de voedingssonde. Onverstoorbaar rookt ze door.