
Schreeuwen is zelden een teken van genialiteit
Mijn perifere coschap chirurgie liep ik ooit in een klein ziekenhuis dat bekendstond vanwege de leuke diensten op de Spoedeisende Hulp, maar berucht was door een chirurg die daar rondliep.
Miquel Ekkelenkamp werkt als arts-microbioloog in het UMC Utrecht. Onder de naam Miquel Bulnes schreef hij al verscheidene romans. Ekkelenkamp was al eerder (2011-2012) columnist voor Medisch Contact en pakt nu het stokje over van Bert Keizer.
Mijn perifere coschap chirurgie liep ik ooit in een klein ziekenhuis dat bekendstond vanwege de leuke diensten op de Spoedeisende Hulp, maar berucht was door een chirurg die daar rondliep.
Af en toe word ik benaderd door een collega die een probleem ziet in de geneeskunde, en me voorstelt daar een column over te schrijven. Dat is aandoenlijk, want het tekent de misconceptie dat wat ik schrijf dingen doet veranderen in de echte wereld.
Mijn laatste roman, Monstrum, speelt zich af in de wereld van de paleogenetica. Het bekijken van onlinepresentaties over dit vakgebied werd een lichte verslaving toen ik een tijd lang aan bed gekluisterd was.
Onlangs moest ik na vijfenhalf jaar afscheid nemen van mijn mobiele telefoon. Het was een Huawei, dus de Chinezen luisterden mee, en ik moest hem twee keer per dag opladen, maar alles wat ik nodig had kon hij. Probleem was dat het geheugen volliep, vooral met onduidelijke upgrades van apps. Opeens 100 MB erbij voor een app die elf kortingspascodes bewaarde – dat soort dingen.
Na het nogal tegenvallende remdesivir – in medische, niet in financiële zin natuurlijk – is er nu een antiviraal middel met wellicht relevante activiteit tegen covid: nirmatrelvir/ritonavir (Paxlovid). Eind augustus was het in Nederland nog niet te krijgen, vanwege iets met formaliteiten of geld – dat werd niet helemaal duidelijk. Fabrikant en overheidsinstanties wezen naar elkaar als verantwoordelijke, en in nieuwsitems maakten collega’s zich er druk over.