Blogs & columns
Blog

Zulke ouders gun je iedereen

2 reacties

Ik ben net klaar met een niet-alledaagse operatie. We hebben de milt en een nier verwijderd bij een jongeman na een groot auto-ongeluk. Ondanks een reanimatiesetting direct na het ongeval leeft hij nog en krijgen we hem enigszins stabiel op de intensive care. Zijn ouders zitten op me te wachten.

Ze zijn gespannen maar open en vriendelijk. Ik praat ze bij in de familiekamer, geef aan dat hun zoon nog in levensgevaar is en dat we de volgende dag, of wellicht de dag daarop, nogmaals zullen gaan opereren omdat we de buik tijdelijk hebben gesloten met achterlaten van gazen. Bovendien heeft hij uitgebreid schedel-hersenletsel. De ouders zijn beheerst verdrietig, betrokken en stellen de juiste vragen. Ergens heb ik het gevoel dat ze hier niet voor het eerst zijn.

En dat klopt. Hun zoon was dit jaar namelijk bijna overleden aan een meningitis. Ze zijn ontzettend blij dat hij het heeft overleefd. Het had zomaar anders kunnen aflopen. ‘Hij houdt ons wel van de straat’ zegt vader met een glimlach. Een understatement van klasse maar dermate warm gezegd dat ik vader meteen sympathiek vind.

Twee dagen later zie ik de ouders weer. We hebben net de tweede operatie gedaan: de gazen uit de buik gehaald, een groot defect in het diafragma overhecht en de buik ook kunnen sluiten. Nu blijft ‘slechts’ het schedel-hersenletsel over. Op dit moment is daar niet veel zinnigs over te zeggen. Wederom zijn beide ouders aanwezig bij het gesprek, wederom zijn ze op een warme manier betrokken en stellen de juiste vragen. Ik spreek de hoop uit chirurgisch ‘klaar’ te zijn. We moeten wachten op de uitkomst van het schedel-hersenletsel.

In mijn dienst corrigeer ik een artikel van onze onderzoeker. Hij heeft twee populaties vergeleken met als primaire uitkomst overlijden: polytraumapatiënten met ernstig schedel-hersenletsel en patiënten met alleen ernstig schedel-hersenletsel. Je zou verwachten dat polytraumapatiënten vaker overlijden. Niks is minder waar. We kunnen geen verschil aantonen en concluderen dat ernstig schedel-hersenletsel de laatste barrière is die we als gezondheidszorg moeten overwinnen voor de zwaargewonde patiënt.

Uiteindelijk blijkt ook hier weer de restschade van het brein bepalend voor de uitkomst. In dit geval zit er gelukkig een stijgende lijn in en kan hij na een maand ziekenhuis worden ontslagen naar de revalidatiekliniek. Twee maanden na het ongeval komen ze bij mij op de polikliniek.

De zoon zit in een rolstoel. Z’n ouders komen samen mee. Hij kan zeggen hoe hij heet, krabt over zijn pet en voor we het weten, vertrekt hij met rolstoel en al de gang op. Vader gaat hem lachend halen. ‘Hij is er niet rustiger op geworden dokter’. Ze hebben hem dit weekend voor het eerst mee naar huis genomen. ‘We gaan er alles aan doen om hem thuis te kunnen verzorgen. Ik denk dat we het kunnen’ zegt moeder niet zonder trots. Ik denk het ook.

Als moeder als laatste mijn spreekkamer uitloopt, zeg ik het toch. ‘Mevrouw, ik gun iedere patiënt zulke ouders. Dat u het weet.’ Ik krijg een grote glimlach en word uitgebreid bedankt. Maar het is andersom. Zo’n systeem gun je iedereen.

ook van Marijn Houwert

kinderen
  • Marijn Houwert

    Marijn Houwert is werkzaam als traumachirurg in het UMC Utrecht. Hij vindt opereren best leuk, draagt de opleiding een warm hart toe en schrijft af en toe een artikel.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.