Blogs & columns
Blog

Niet denken maar doen

8 reacties

Ze is 21 jaar en werkt in de zorg. Ze vraagt om een verwijzing naar de kno-arts, omdat ze niet meer volledig kan functioneren op haar werk. Het verplichte mondkapje weerhoudt haar van de mogelijkheid om te kunnen liplezen. Haar ‘trucje’ om normaliter zonder problemen en met veel plezier te werken is van haar afgepakt. Wat gun ik haar een praktische oplossing.

Hij is 65 jaar. Zijn bloeddruk en cholesterol zijn wat aan de hoge kant. Aan de hand van de risico-inventarisatie komen we samen tot de conclusie dat we een medicamenteuze behandeling gaan starten. Ik geef hem tekst en uitleg inclusief leefstijladviezen, met een mondkapje voor mijn mond. Ondanks dat ik hem aankijk en luid en duidelijk spreek, moet ik mijzelf wel drie keer per zin herhalen. Dit gesprek ga ik niet in vijftien minuten redden. En de patiënt raakt gefrustreerd. Ik heb met hem te doen.

Zij is ver in de 80 jaar met een gemetastaseerde ziekte. Het beleid is palliatief van aard. Ik kom één keer per week bij haar op visite om te kijken hoe het gaat en eventueel de symptomatische behandeling bij te stellen. We bespreken ook wekelijks het behandelbeleid en voeren hierbij regelmatig levenseindegesprekken. Ik probeer met mijn stem en mimiek compassie uit te stralen. De glimlach is verborgen achter mijn mondkapje. Hopelijk kan ze het in mijn ogen zien. Mijn hart breekt.

Ze is 25 jaar en komt voor een spiraaltje als zijnde nullipara. Ze ligt bij mij op de onderzoeksbank en de plaatsing verloopt soepel. Totdat ze overeind komt en vasovagaal wordt. Het mondkapje zit haar in de weg en half hyperventilerend kijkt ze me smekend aan. Natuurlijk mag ze van mij het mondkapje afzetten. Ze trekt gauw bij en zet haar mondkapje weer op. Ik kan niet zien of ze met een glimlach vertrekt. Ik vertrouw maar op mijn gevoel dat die glimlach er geweest is. 

Ze is 6,5 maand en ik breng haar vanochtend naar het gastgezin. Met mondkapje. Waar ik dagelijks een grote glimlach van oor tot oor in de ochtend krijg, zie ik nu bij het afscheid alleen een verbaasde blik. Ik glimlach nog harder achter mijn mondkapje, maar blijf verbazing zien. Bij intens oogcontact komt er uiteindelijk een voorzichtige, onwennige glimlach. Auw, dat doet pijn.

Slechts enkele van de vele schrijnende voorbeelden van ons mondkapjesbeleid. Ja, het raakt me. En ja, soms kan ik er verdrietig van worden. Maar ik ben geen antivaxer of recalcitrant gebakje. En als militair in hart en nieren luister ik naar de adviezen. Of dat effectief en/of noodzakelijk is? Wie zal het zeggen. Maar in tijden van nood moet je niet tot in den treure willen discussiëren. En al helemaal niet agressief (tegen zorgpersoneel) of gefrustreerd worden/raken. Luisteren en volgen is het devies.    

Na de pest kregen we riolering. Kraamvrouwenkoorts bracht ons het veelvuldig handen wassen. En syfilis bracht ons het condoom. Mogelijk brengt corona ons wel een mondkapje, geen handen schudden en 1,5 meter afstand. Is dat leuk? Nee. Valt het te veranderen? Wellicht. Maar niet in crisissituaties. Ik hoor nog de woorden van de sergeant op de Koninklijke Militaire Academie door mijn hoofd scanderen: ‘Beckers, niet denken maar doen.’ En natuurlijk staat mijn universitair geschoolde hoofd ook niet stil. Ook ik plaats wel eens vraagtekens bij het ingestelde beleid. Maar toch vraag ik aan heel Nederland om niet te denken, maar te doen. Hopelijk brengt corona ons dan alleen een donkerzwarte bladzijde in de geschiedenis.

ook van Arianne Beckers

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.