Blogs & columns
André Weel
André Weel
3 minuten leestijd
Blog

Het artsencomplot

1 reactie

‘Wat is jouw diagnose voor Poetin?’ vraagt een collega. ‘Lijdt hij aan kanker en wil hij nog snel wat regelen in Europa, of is het gewoon paranoia?’ Ik blijf het antwoord schuldig. Op afstand kan ik geen diagnose stellen. Paranoia is trouwens niet gewoon. Volgens David Owen komt het vaker voor bij autocraten.1 Jozef Stalin is een uitgesproken voorbeeld. Zijn paranoia heeft geleid tot een bizarre waan, historisch bekend als ‘het artsencomplot’. In die waan zit Stalin zijn laatste levensjaren gevangen.

De slothoofdstukken van Stalins biografie laten zien waartoe paranoia kan leiden.2 Op 2 juli 1951 schrijft Rjoemin, hoofd van een onderzoekscommissie, een brief aan Stalin. Rjoemin beschuldigt Abakoemov, minister van Staatsveiligheid, ervan dat deze laatste professor Etinger, een Joodse arts, welbewust heeft laten ombrengen. Zo zou Abakoemov een samenzwering van Joodse artsen geheim willen houden om leiders zoals Sjtsjerbakov te vermoorden. Sjtsjerbakov, lid van het politbureau, was plotseling overleden na de overwinningsparade van mei 1945. Dat vond men verdacht.

Hier ligt de kiem van het artsencomplot. Op 12 juli 1951 wordt Abakoemov gearresteerd.

Op 10 augustus 1951 begint Stalin aan een vakantie in Georgië. Hij wordt geplaagd door artrose, dichtslibbende bloedvaten en een falend geheugen. Als altijd is hij onvoorspelbaar, achterdochtig en boos. Hij piekert over zijn opvolging. ‘Met mij is het gedaan’, zegt hij tegen Mikojan en Chroesjtsjov die hem vergezellen. ‘Ik vertrouw mijzelf niet meer.’ Zoon Vasily lijdt zwaar onder de gevolgen van alcoholmisbruik. Stalin zoekt de schuldigen in zijn omgeving. ‘Vasily’s vrienden hebben het gedaan, zij hebben zijn drankprobleem tot een verslaving gemaakt!’

Op 22 december keert Stalin terug naar Moskou, als een rusteloze en hongerige tijger, vast van plan om een nieuwe terreurcampagne te ontketenen, speciaal gericht tegen Joden.

Voorjaar 1952 wordt Stalin onderzocht door zijn lijfarts Vinogradov. Die schrikt van de achteruitgang. Stalin lijdt aan hypertensie en arteriosclerose met stoornissen in de cerebrale circulatie. Dat leidt af en toe tot ‘aanvallen’. Daardoor verergeren Stalins angst, amnesie en achterdocht. Vinogradov schrijft complete rust voor. Stalin moet stoppen met werken. Die laatste woorden doen de Leider in woede ontsteken. Autocraten moet je nu eenmaal geen slecht nieuws vertellen. Stalin laat zijn medisch dossier vernietigen. Hij beschouwt Vinogradov voortaan als een vijand. Hij zout zijn woede op. Elf maanden later heeft hij bewezen dat hij kan doorwerken. Hij laat Vinogradov in de boeien slaan, tot verdriet van de leden van het politbureau en hun gezinnen, die Vinogradov als hun huisarts hebben gekoesterd.

De dood van de Mongoolse dictator Choibalsan, in de lente van 1952 op bezoek in Moskou, maakt Stalin opnieuw ongerust. ‘Ze sterven de een na de ander… en zo vlug! We moeten de oude dokters door nieuwe vervangen.’

Stalin laat vervolgens de dokters arresteren die hebben bekend te hebben geholpen bij de dood van Sjtsjerbakov. Stalin geeft opdracht de gevangen dokters te martelen. Rjoemin heeft een speciale martelkamer ingericht, die eruitziet als een snijzaal, met een amfitheater. Zo wil hij de dokters schrik aanjagen. En zo slaan de beulen Ignatjev en Rjoemin het bewijs uit de gevangen Kremlindokters. Deze bekennen dat ze, geleid door Stalins eigen lijfarts, niet alleen Sjtsjerbakov, maar ook Zhdanov, Dmitrov en Choibalsan hebben vermoord.

Stalins hele familie zit nu gevangen in een bizarre collectieve waan, teweeggebracht door Stalins inbeelding en Rjoemins slaafse volgzaamheid. De dokters hebben nog meer misdaden gepleegd. Ze hebben Vasily’s behandeling voor ‘nerveuze aandoeningen’ ondermijnd, en ze hebben gefaald om toxicose te voorkomen tijdens de zwangerschap van dochter Svetlana.

De angst voor Stalin en zijn paranoia is zo groot dat eind februari 1953, als de generalissimo door een bloeding van de linker arteria cerebri media wordt getroffen, niemand een hand durft uit te steken om hem te helpen. Als je iets fout doet, kan dat je leven kosten! De kamerdienaren durven geen dokter te halen. De meeste dokters, voor zover nog in leven, zitten trouwens gevangen.

Stalin ligt vele uren op de vloer van zijn slaapkamer, in soporeuze toestand. Hij braakt en laat zijn plas lopen. Uiteindelijk rollen de kamerdienaren hem op een laken en tillen hem op de divan. Ten slotte arriveert een nieuwe doktersploeg onder leiding van professor Lukomsky. De dokters staan te trillen op hun benen. Lukomsky meet met bevende handen de bloeddruk: 190 over 110. De pols is irregulair. De patiënt is geheel buiten bewustzijn. De troonpretendenten blijven uit de buurt. Stalin overlijdt op 5 maart 1953 in volstrekte eenzaamheid.

voetnoten

1. Owen, David. In Sickness and in Power. London: Methuen Publishing Ltd, 2008

2. Montefiore, Simon. Stalin: the Court of the Red Tsar. London: Orion Books Ltd, 2004

meer van André Weel

  • André Weel

    André Weel is bedrijfsarts-niet-praktiserend en epidemioloog; werkzaam als curator bij het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op Urk.'  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • M.J. Fortuijn

    Psychiater, Haarlem

    Bedankt voor weer een historische bijdrage. Ik lees net Potoks 'Mijn naam is Asher Lev', waarin deze geschiedenis ook een belangrijke rol speelt, dus dit helpt om dat boek wat beter te begriipen.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.