Blogs & columns
Schelto Kruijff
Schelto Kruijff
2 minuten leestijd
Blog

Coronales: geen hulpvraag is geen zorg en dus geen werk

9 reacties

De buitenwereld heeft het idee dat de afgelopen maanden bij alle zorgverleners de stoom uit de oren kwam. ‘Hart voor de zorg’, geklap, bergen met ‘bedankchocola’ en gratis koffie op de afdeling.

Natuurlijk hebben zorgverleners stevig doorgewerkt, maar u en ik weten dat ook velen eindeloos hebben zitten wachten op een tsunami van covid-patiënten die maar niet kwam. Omdat alle programma’s hiervoor waren stilgezet, vreesden chirurgen en cardiologen begrijpelijkerwijs een gigantische wachtlijstcrisis.

Wat bleek? Die patiënt kwam helemaal niet. Het bleef muisstil. Planners werden niet telefonisch overrompeld door boze patiënten en er lagen geen mensen met hartinfarcten voor de deur, die niet geholpen konden worden. Hoe kon dit? Was de patiënt te bang om te komen?

Begin april was de stilte zo oorverdovend dat de cardiologen alarm sloegen. Zij melden dat het aantal Nederlanders dat zich met acute hartklachten meldde bij de spoedeisende hulp sinds de coronamaatregelen was gehalveerd. De cardiologenvereniging was zelfs bezorgd, schreef het AD. ‘Het is niet dat er ineens minder mensen kunnen zijn met hartproblemen’, zeiden de cardiologen. Waarom niet, alles kan. Misschien kregen ze wel geen infarcten omdat ze eindelijk eens een keer rustig thuis zaten in plaats van dat gejakker de hele dag. Geen files, geen vertraagde treinen et cetera.

De antwoorden over het hoe en waarom zullen nog komen, maar veel interessanter is om te zien hoe onrustig sommige dokters worden als ze geen patiënten meer krijgen. Je zou zeggen: mooi toch? Geen patiënten, geen klachten, probleem opgelost. In mijn optiek hebben we nog altijd een vraaggerelateerd zorgsysteem gebaseerd op de hulpvraag van de patiënt. Geen hulpvraag? Geen zorg.

Zelfs al zouden patiënten een virus enger vinden dan een hartinfarct, dan zou dat toch nog altijd hun eigen keuze moeten zijn. De persoonlijke autonomie bovenaan. Dat dokters hierover de media opzochten, zei dat niet meer over hun zorgen dan over de belangen van hypothetische patiënten die ze nog nooit eerder hadden ontmoet?

Toen ik in Australië werkte als chirurg zag ik dat jonge chirurgen niet zomaar een baan kregen zoals in Nederland, maar hun eigen baan moesten maken. Vaak begonnen ze met hun vrouw als secretaresse, huurden een schamel kantoortje in het centrum als polikliniek en liepen bij huisartsen langs met een fles wijn hopend op een verwijzing. Het duurde 5 jaar voordat ze een goedlopende praktijk hadden opgebouwd met inkomsten en een goede naam. Ze moesten knokken om patiëntenzorg te mogen verlenen. Een goede les in nederigheid. Je eigen softwaresysteem dat piept en kraakt, verzekeraars die je proberen uit te knijpen en de keiharde concurrentie met je collega’s om zorg te mogen verlenen. Zonder al te veel moeite verruilde ik daarom het 400 stranden rijke, warme Sydney voor het druilerige Nederland. Vanwege ons topzorgsysteem. Eenmaal in Nederland besefte ik eens te meer hoe goed wij het toch hebben met draaiende softwaresystemen, betaalde ok-ruimte en secretariële ondersteuning en ook voor maatschappen, weinig risico’s.

Toch klagen we nogal eens over volle wachtlijsten en de onophoudelijke patiëntenstroom. Maar vorige maand bleek hoe snel we onrustig worden als ons dagelijks werk, de patiënt, niet meer vanzelf komt en de wachtlijst leeg raakt. Zelfs Jinek vielen we met onze zorgen lastig en dat zegt wat.

Meer van Schelto Kruyff

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.