Laatste nieuws
Nieuws

Science: biomedische doorbraken van 2021

Plaats een reactie

Traditiegetrouw maakt Science aan het eind van het jaar de balans op: wat zijn de belangrijkste wetenschappelijke doorbraken van 2021? Ook dit jaar scoort de biomedische wetenschap weer hoog. Lijstaanvoerder zijn twee baanbrekende publicaties in Nature en Science waarin kunstmatige intelligente software wordt gepresenteerd waarmee duizenden nauwkeurige driedimensionele eiwitstructuren te voorspellen zijn, uitsluitend op basis van de aminozuren die ze bevatten. Nu al gebruiken wetenschappers de AI-programmatuur om het effect van mutaties in het spike-eiwit van de omikronvariant te analyseren.

Xtc bij PTSS

Verder zijn, aldus Science, psychedelica aan een bescheiden opmars begonnen in de psychiatrie, vooral waar het gaat om de behandeling van depressie en posttraumatisch stresssyndroom (PTSS). Eerder dit jaar verscheen in Nature Medicine een RCT waarin een intensieve combinatie van gesprekstherapie en MDMA – xtc dus – versus placebo werd getest: na twee maanden voldeed twee derde van de patiënten niet langer aan de diagnostische criteria voor PTSS tegen ongeveer een derde in de placebogroep. Maar let wel: het betrof geen heel grote studie (n=76) en zoals steeds in dit soort onderzoek: blindering en placebocontrole waren notoir moeilijk.

Monoklonale antilichamen

Een andere opmars, die van de monoklonale antilichamen, gaat gestaag voort: we kennen ze van de behandeling van sommige vormen van kanker en auto-immuunziekten, maar ze hadden tot nu toe slechts beperkt succes bij de behandeling van infectieziekten. Maar afgelopen jaar kwamen er – experimenteel – monoklonale antilichamen tegen SARS-CoV-2, het respiratoir syncytieel virus (RSV), hiv en malariaparasieten. Monoklonale antilichamen tegen ebola, miltvuur bij inademing, terugkerende Clostridium difficile, RSV bij zuigelingen met een hoog risico en hiv bij mensen voor wie andere medicijnen niet werken, zijn in de VS inmiddels goedgekeurd. Er wordt volgens Science gewerkt aan monoklonale middelen tegen griep, zika en cytomegalovirus.

Gentechniek

Ook de gentechniek CRISPR vervolgde zijn opmars. Op experimentele wijze zijn in 2020 mensen behandeld met sikkelcelziekte en bètathalassemie. Wetenschappers verwijderden met CRISPR een defect in de bloedstamcellen en brachten de cellen daarna opnieuw in bij patiënten. Afgelopen jaar gingen wetenschappers directer te werk, en verminderden zo de werking van een toxisch levereiwit en verbeterden het zicht bij mensen met erfelijke blindheid. Wat dat laatste betreft: ze injecteerden een onschadelijk virus met CRISPR-DNA in de ogen van zes volwassenen met amaurosis congenita van Leber, een erfelijke oogaandoening waarbij het netvlies niet of niet goed werkt. Na enige maanden zagen twee patiënten wat meer licht, zo rapporteerden ze. Een bescheiden, maar belangrijk resultaat, zo oordeelt Science.

Embryonale ontwikkeling

Nog een onderwerp op de jaarlijst: inzicht in de vroege embryonale ontwikkeling. Dat kan artsen en wetenschappers immers helpen miskramen en geboorteafwijkingen te begrijpen – en het succes van in-vitrofertilisatie te bevorderen. Allerlei wettelijke en ethische beperkingen bemoeilijken het onderzoek met menselijke embryo’s. Muizenembryo’s zouden een alternatief kunnen zijn, maar waren tot voor kort slechts kort buiten de moeder levensvatbaar. Dat is dit jaar sterk verbeterd: die periode is nu opgerekt tot elf dagen. Bovendien zag een groep onderzoekers kans replica’s van blastocysten te maken, daarbij gebruikmakend van menselijke embryonale stamcellen en geïnduceerde pluripotente stamcellen – stamcellen dus die zijn geherprogrammeerd uit gespecialiseerde volwassen cellen. Dit zou een minder controversieel alternatief kunnen zijn voor onderzoek aan embryo’s.

Covid-19

Natuurlijk ontbreekt covid-19 niet in het overzicht. Science juicht vooral de komst van antivirale medicatie toe: geneesmiddelen die ziekenhuisopname en overlijden voorkomen mits ze vroeg na een corona-infectie worden ingenomen. Zo vermindert het middel van farmaceut Merck, molnupiravir, het risico op ziekenhuisopname of overlijden met 30 procent bij niet-gevaccineerde personen met een hoog risico. Paxlovid, van Pfizer, zou de kans op ziekenhuisopname zelfs met 89 procent verminderen, indien tijdig gestart, namelijk binnen drie dagen na symptomen.

Overigens meldde Merck aanvankelijk een verminderd risico op ziekenhuisopname van 50 procent, maar dat moest het bedrijf dus bijstellen. Mogelijk omdat in de eerste helft van het onderzoek de deltavariant nog niet dominant was. Als molnupiravir minder goed werkt tegen delta, belooft dat weinig goeds tegen de nog besmettelijker omikronvariant. 

Sommige onderzoekers zijn bovendien bezorgd dat het werkingsmechanisme van molnupiravir op de lange termijn veiligheidsrisico’s met zich mee kan brengen. Het antivirale middel werkt door zichzelf op te nemen in het RNA van het virus, waardoor fouten worden gemaakt en het replicatievermogen van SARS-CoV-2 wordt verlamd. Het opzettelijk introduceren van mutaties in viraal RNA zou een gevaarlijkere versie van SARS-CoV-2 kunnen creëren, vrezen ze. Anderen zeggen dat de kans daarop klein is.

Momenteel zijn er meer antivirale middelen en bestaande generieke geneesmiddelen, zoals fluvoxamine, onderwerp van onderzoek.

Science.org, VOL 374 ISSUE 6574 (geen doi)

doi: https://doi.org/10.1038/d41586-021-03667-0

Lees ook

Nieuws Wetenschap covid-19
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.