Minder antibioticarecepten huisartsen tijdens coronacrisis

Huisartsen schreven tijdens het hoogtepunt van de coronacrisis beduidend minder antibiotica voor dan in dezelfde periode vorig jaar. Voor kinderen tot 10 jaar was de sterkste daling te zien. Dat stelt het Nivel op basis van gegevens van ongeveer 150 huisartsenpraktijken in Nederland.

Het Nivel heeft het aantal keer dat een antibioticum werd voorgeschreven door de huisarts tussen 1 januari en 10 mei vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Daaruit blijkt dat het aantal patiënten dat een antibioticum kreeg voorgeschreven sterk daalde vanaf de week van 16 maart; de week waarin ook de scholen sloten, mensen zoveel mogelijk thuis moesten gaan werken en ook het aantal consulten bij de huisarts sterk daalde. In week 19 bijvoorbeeld werd aan 360 op de 100 duizend patiënten een antibioticum voorgeschreven, terwijl dat een jaar eerder 570 patiënten waren.

Huisartsen schreven volgens het Nivel vooral minder antibiotica voor bij luchtweginfecties en dan met name minder amoxicilline. Ook daalde volgens het onderzoeksinstituut het aantal mensen dat met luchtweginfecties bij de huisarts kwam. Het Nivel denkt dat de daling van het aantal antibioticarecepten mogelijk te verklaren is doordat de covid-19-maatregelen ook de verspreiding van een aantal andere infectieziekten heeft geremd. Voor urineweginfecties, waarop social distancing géén effect heeft, blijkt het aantal recepten slechts licht gedaald. Een andere verklaring is dat patiënten minder snel naar de huisarts zijn gegaan met (luchtweg)klachten. Daarbij vraagt het Nivel zich wel af of er mogelijk infecties zijn gemist die wel behandeld hadden moeten worden.