Lichte stijging vuurwerkslachtoffers met jaarwisseling

Rond de jaarwisseling moesten bijna 1300 slachtoffers met vuurwerkletsel worden behandeld. Dat is een lichte stijging ten opzichte van vorig jaar, meldt VeiligheidNL. Plastisch chirurgen moesten deze oud en nieuw vijftig patiënten helpen. Volgens hen neemt ernst van het vuurwerkletsel dat zij behandelen toe.

Volgens VeiligheidNL werden op 31 december en 1 januari 385 patiënten op spoedeisendehulpafdelingen behandeld, en nog eens circa 900 patiënten met lichtere verwondingen op een huisartsenpost. Het aantal SEH-patiënten lag zo’n tien patiënten lager dan vorig jaar, maar het aantal slachtoffers die een hap bezochten met vuurwerkletsel lag zo’n honderd mensen hoger ten opzichte van vorig jaar. VeiligheidNL signaleerde al eerder in een artikel in Medisch Contact een verschuiving van de behandeling van lichtere letsels van de SEH naar de hap.

Volgens de veiligheidsorganisatie waren de slachtoffers in 79 procent van de gevallen man, en de helft van hen jongens onder de 20 jaar. Het letsel werd in 81 procent van de gevallen veroorzaakt door legaal vuurwerk, en in ruim de helft ging het om siervuurwerk. Iets meer dan de helft van de slachtoffers had het vuurwerk niet zelf afgestoken. VeiligheidNL werkt voor het onderzoek samen met eerstelijnsorganisatie InEen en de verenigingen van SEH-artsen en traumachirurgen.

De plastisch chirurgen moesten rond deze jaarwisseling vijftig patiënten die via de Spoedeisende Hulp binnenkwamen met vuurwerkletsel helpen, meldt de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (NVPC). Er moesten tien al dan niet gedeeltelijke handamputaties worden verricht, waarbij drie of meer vingers werden afgezet. Onder de slachtoffers waren diverse minderjarigen.

Volgens de NVPC is het aantal slachtoffers die door plastisch chirurgen moesten worden geholpen niet gestegen, maar dus de ernst van de letsels wel. Plastisch chirurgen zagen naast zeer ernstige handletsels ook brandwonden aan handen en gezicht, fracturen en wekedelenletsels. NVPC-woordvoerder en plastisch chirurg Annekatrien van de Kar vergelijkt het letsel met ‘ernstige oorlogswonden’.

Het beeld van het gebruikte vuurwerk van deze slachtoffers wijkt af van het landelijk beeld van VeiligheidNL. De meeste verwondingen hingen samen met knalvuurwerk, en in 60 procent van alle gevallen, was er illegaal vuurwerk bij betrokken. Van de vijftig slachtoffers had 85 procent zelf het vuurwerk afgestoken. De helft van de patiënten was jonger dan 18 jaar. Ook moesten de plastisch chirurgen een kind van 3 voor brandwonden behandelen.

Het online-Vuurwerkmanifest, waarin wordt gepleit om vuurwerk alleen door professionals in vuurwerkshows af te steken, is in de eerste week van dit nieuwe jaar ondertekend door zo’n 250 duizend particulieren en organisaties die dit ondersteunen.