Laatste nieuws
Eva Nyst
4 minuten leestijd
Nieuws

KNMG maakt Domus Medica rookvrij

1 reactie

Artsenfederatie KNMG is erin geslaagd het gebouw waarin ze huist met vele andere gezondheidszorgorganisaties vanaf januari rookvrij te maken. Volgens verslavingsarts Robert van de Graaf een belangrijk signaal naar zowel werknemers, de zorg als de maatschappij.

Met een rookverbod in de Utrechtse Domus Medica beschermt de KNMG haar werknemers tegen rook, maar brengt ze ook de rokers in beweging, reageert verslavingsarts Robert van de Graaf van Verslavingszorg Noord Nederland. ‘Rokers moeten gaan lopen naar een andere rookplek of gaan nadenken over stoppen of minderen en of roken nog wel passend is bij hun professionele rol. Dit is een belangrijke verslavingsinterventie. De KNMG stelt een grens en mensen met een verslaving hebben vaak begrenzing nodig, al zijn ze het daar zelf vaak niet direct mee eens.’

Naast dit organisatorische signaal heeft het rookverbod in het KNMG-gebouw ook symbolische waarde. ‘De Domus staat voor gezondheid, onze beroepsgroep en patiëntenzorg. Deze stap geeft aan dat rokers helpen zowel binnen als buiten de spreekkamer onderdeel is van het artsenvak’, zegt Van de Graaf. Hij is een actief bestrijder van tabaksverslaving en schrijft een boek over het rookvrij maken van de zorg en de geschiedenis daarvan. Een rookvrije ‘Domus’ past naar zijn idee in de lijn die de KNMG in 2016 inzette met het Standpunt Tabaksontmoediging, het eerste landelijke congres ‘Maak de zorg rookvrij!’ en het onderschrijven van de Artsen Slaan Alarm-videoacties door de artsenfederatie.

Rokende dokters op het uitstapje tijdens de algemene ledenvergadering van de Nederlandsche Maatschappij ter bevordering der Geneeskunst in 1893 te Dordrecht. Bron: Archief hoogleraar medische geschiedenis Mart van Lieburg
Rokende dokters op het uitstapje tijdens de algemene ledenvergadering van de Nederlandsche Maatschappij ter bevordering der Geneeskunst in 1893 te Dordrecht. Bron: Archief hoogleraar medische geschiedenis Mart van Lieburg

Lieten leden van de artsenorganisatie zich eind negentiende eeuw nog vrolijk op de groepsfoto vastleggen met bolknak, in de jaren zeventig ging de KNMG artsen waarschuwen niet te roken (zie citaat MC 1978). En rokers worden volgens Van de Graaf al sinds een jaar of dertig geholpen door artsen om van hun verslaving af te komen. ‘Maar eerst werd roken gezien als ongezond gedrag en pas sinds een aantal jaar als behandelbare verslavingsziekte. De rookstoppoli’s kwamen en gingen omdat die kar maar door een paar enthousiastelingen werd getrokken en de financiering van stoppen-met-rokenzorg niet goed geregeld was. Om behandeling van tabaksverslaving duurzaam in de zorg in te bedden, moet de cultuur en het vergoedingssysteem van de zorg voor deze verslavingsziekte grondig veranderen’, zegt Van de Graaf. Zelf geeft hij sinds deze maand met longarts Marc Mertens leiding aan een nieuwe verslavingspoli voor rokers in het Wilhelmina Ziekenhuis in Assen. Het ziekenhuis steekt daarmee zijn nek uit omdat dergelijke zorg nog niet wordt vergoed. Volgens Van de Graaf is het voor het eerst dat verslavingsartsen worden ingezet op een poli voor ernstig tabaksverslaafden in het ziekenhuis.

Rookvrije Organisatie

Afgelopen maand lanceerden VWS, NFU, GGZ Nederland, NVZ en Verslavingskunde Nederland de website rookvrijezorg.com met een toolkit om een ziekenhuis rookvrij te maken. Daarnaast maakte de NVAB in december bekend het project ‘Rookvrije Organisatie’ te starten. De NVAB gaat bedrijfsartsen faciliteren om stoppen-met-roken actief en veelvuldig aan te kaarten in bedrijven en bij werknemers. ‘Overal rookvrij wordt de nieuwe norm. Bedrijfsartsen kunnen deze bij werknemers en bedrijven ondersteunen met gerichte acties en deskundig advies. Bijvoorbeeld over de stapeling van risico’s van roken en factoren in de werkomgeving die beroepslongaandoeningen kunnen ontwikkelen. Werkgevers kunnen zij adviseren en ondersteunen bij de ontwikkeling tot een rookvrije organisatie’, liet de NVAB in december weten.

Uit het archief van Medisch Contact:

In de jaren zeventig ging de KNMG artsen in kapitalen waarschuwen niet te roken, zeker niet in het bijzijn van patiënten:

Medisch Contact 7 april 1978
Medisch Contact 7 april 1978

NIET ROKEN
Het hoofdbestuur der Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst spreekt als zijn mening uit dat roken, in het bijzonder van sigaretten, schadelijk is voor de gezondheid. Het hoofdbestuur beveelt de leden der Maatschappij aan niet te roken, zeker niet tijdens de uitoefening van de praktijk. Het hoofdbestuur beveelt tevens dringend aan dat in instellingen van gezondheidszorg (met name ziekenhuizen en poliklinieken) niet wordt gerookt.’

Medisch Contact 33 (7 april 1978) blz. 436

Op pagina 442 in hetzelfde nummer staat een anonieme bijdrage aan de rubriek ‘Praktijkperikelen’:

Medisch Contact 7 april 1978
Medisch Contact 7 april 1978

De rokende zuster

Ondanks her veelvuldig afgedrukte advies niet te roken in gebouwen van gezondheidszorg, is het in ons ziekenhuis sinds kort officieel toegestaan, dat verpleegkundigen tijdens de uitoefening van hun werkzaamheden mogen roken. De directie voert als argumenten aan, dat zij anders de gediplomeerden zal verliezen en dat de leerlingen bij een rookverbod stiekem zullen gaan roken, wat de kans op een brand verhoogt. Het probleem van de artsen is, dat men ouders van kinderen met luchtwegafwijkingen het roken in de nabijheid van hun kind niet meer kan ontraden. Zij zien immers, dat hun kind in acute perioden door een rokende zuster wordt verzorgd.

Medisch Contact jaargang 33 (7 april 1978) blz. 442

> zie ook https://nvmg.nl/ (Nederlandse Vereniging voor Medische Geschiedenis)

lees ook

Nieuws KNMG
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.