Financiering geneeskundeopleidingen onder de loep
1 reactieDe bekostiging van de universitaire medische opleidingen zal onder de loep worden genomen. Dat schrijft minister Ingrid van Engelshoven in antwoord op Kamervragen van Judith Tielen van de VVD, die zich afvraagt of het wel doeltreffend, doelmatig en rechtvaardig is dat de medische opleidingen substantieel meer geld ontvangen dan andere opleidingen.
In haar brief erkent de minister dat de medische opleidingen een aparte positie innemen binnen de bekostiging van het hoger onderwijs. Niet alleen gaat de grootste bijdrage vanuit de rijksoverheid naar de medische opleidingen, ook komt een aantal medische opleidingen, zoals de geneeskundeopleiding, in aanmerking voor het zogeheten werkplaatsbudget. In de 2018 bedroeg dat werkplaatsbudget 670 miljoen euro. Dat bedrag moet door de universiteiten ‘onverwijld’ aan de umc’s worden doorgegeven. De umc-bestuurders zijn verantwoordelijk voor de besteding van het werkplaatsbudget. Van Engelshoven herkent zich niet in de constatering van Tielen dat de ‘status aparte’ van de universitaire medische opleidingen ontwikkelingen in de gezondheidszorg, zoals interdisciplinair werken, taakherschikking, verpleegkundig leiderschap en technologisering in de weg zou staan, zo schrijft ze.
Er zal overigens niet alleen onderzoek worden gedaan naar de bekostiging van de medische opleidingen. Al in het voorjaar kondigde minister Van Engelshoven, naar aanleiding van een advies van de Adviescommissie Bekostiging Hoger Onderwijs en Onderzoek, een uitgebreider onderzoek aan naar het bekostigingssysteem van het hbo- en wo-onderwijs en -onderzoek. Naar aanleiding van het advies is al besloten dat er een herverdeling van onderwijsgelden moet komen; bèta- en technische opleidingen krijgen dan meer geld. Dit zou gevolgen kunnen hebben voor het budget van de geneeskundeopleidingen.
lees ook-
Simone Paauw
Simone Paauw deed de deeltijdopleiding journalistiek in Tilburg en werkt sinds 2008 als journalist bij Medisch Contact. Ze interviewt het liefst de ‘gewone arts’ met een bijzonder verhaal, bijvoorbeeld voor de rubriek Het Portret. (Gezondheids)recht en medisch tuchtrecht hebben haar bijzondere interesse. Ze heeft aandacht voor diversiteit en inclusie in de breedte, discriminatie en grensoverschrijdend gedrag (op de werkvloer) en de positie van vluchtelingen en vluchteling-artsen. Daarnaast schrijft ze over tal van andere onderwerpen.
W.J,Duits
Bedrijfsarts, Houten
In de vraagstelling vanuit de Kamer en de reactie van de Minister is een hele wezenlijke conclusie te trekken. In Nederland is het onderwijs een kostenpost. Op kostenposten kun je bezuinigen. En dat gaan we blijkbaar ook weer doen, want deze vraagste...lling impliceert eigenlijk al een stellingname: het kan efficiënter.
Als we nu eens anders kijken: onderwijs is een maatschappelijk noodzakelijke investering. Het zorgt er namelijk voor dat we als maatschappij vooruit kunnen. Goed opgeleide mensen zorgen voor economische activiteit. Hoog opgeleide mensen hebben vaak goed betaalde banen en betalen veel belasting, zijn in staat dure huizen te kopen, kunnen veel geld uitgeven, dat weer hoge BTW-inkomsten genereerd. Allemaal zaken waar de BV-Nederland alleen maar beter van wordt. Maar wat doet deze Kamer en regering? We maken er een kostenpost van, we laten jonge mensen veel geld lenen, want anders kosten ze te veel. Wat kost eigenlijk veel? Volgens mij kost dit benepen, korte termijn denken heel veel, het maakt dat talent niet tot ontwikkeling kan komen, omdat jonge mensen bang zijn het onderwijs niet te kunnen betalen. Onderwijs is geen kostenpost Kamer en Minister, het is een investering. Een investering waar we met zijn allen rijker van worden. Stop dus met dit soort onzinnige discussies en ga zoeken naar wegen die leiden tot ontplooiing van talenten. Zodat mensen hun bijdrage kunnen leveren aan onze maatschappij, gebruik makend van hun talenten en mogelijkheden.