Artsen maatschappij & gezondheid vragen VWS geld voor opleiding

De KAMG stelt in de brief dat de bekostiging van de opleiding sterk afhankelijk is van de welwillendheid van werkgevers, omdat de bekostiging door VWS in de sociale geneeskunde zeer beperkt is. De belangstelling van werkgevers om de opleiding te bekostigen is, volgens de KAMG, echter klein. Voor werkgevers zou het niet meevallen om te investeren in toekomstig algemeen volksgezondheidsbelang. Bovendien kost het opleiden veel tijd en geld, terwijl het niet zeker is of dat in het eigen belang is of in dat van een andere instelling. Volgens de KAMG kiezen werkgevers daarom vaak voor goedkopere, maar minder gekwalificeerde werkkrachten.

In de afgelopen twintig jaar heeft de KAMG het aantal geregistreerde artsen M&G zien afnemen van ongeveer 1200 naar 700 nu. In de brief stelt KAMG dat er in de geneeskundeopleiding te weinig aandacht is voor volksgezondheid, preventie en participatie. Jonge artsen kiezen niet voor een specialisatie als arts M&G door onbekendheid met het vak, de gebrekkige financiering en organisatie van de opleiding en beperkte carrièreperspectieven in de publieke gezondheidszorg.

De KAMG erkent in de brief dat de opleiding erg versnipperd was, met tien verschillende profielen. Daarom heeft ze de opleiding op de schop genomen. Het is de bedoeling dat de opleiding per 1 januari 2021 bestaat uit één integrale opleiding tot arts M&G met vijf deskundigheidsgebieden, waarin een aantal van de oude profielen met elkaar worden gecombineerd. Het opleidingsplan ligt nu nog ter goedkeuring bij het College Geneeskundige Specialismen. De KAMG stelt dat de bekostiging van de opleiding een belangrijke hindernis is voor de invoering van de nieuwe opleiding en vraagt daarom het ministerie van VWS deze vanaf 2021 volledig te financieren.